Thierry Burkhard, vertrekkend chef van de Franse strijdkrachten, zegt dat Europa werk te doen heeft.
Rusland herbewapent zich zo snel dat het binnen vijf jaar een ‘reële bedreiging’ voor Europa kan vormen, zegt generaal Thierry Burkhard. Tegen 2030, zegt hij, ‘zal Rusland opnieuw over de middelen beschikken om een militaire dreiging te vormen voor westerse landen, en voor Europese landen in het bijzonder.’
Na vier jaar aan het hoofd van het Franse leger stapt generaal Burkhard op 1 september definitief op. In 2021, nog vóór Rusland Oekraïne binnenviel, waarschuwde hij al dat Europa zich moest voorbereiden op een oorlog. Vandaag benadrukt hij dat de gevechtservaring van Rusland, de grote bevolking en het uithoudingsvermogen het land gevaarlijk maken: in een conflict, zegt hij, houdt het Russische volk het ‘vijf minuten langer vol dan wij’.
Europese pijler van NAVO
Toch zijn er ook redenen tot optimisme. Generaal Burkhard denkt niet dat de Amerikaanse strijdkrachten Europa zullen verlaten, al zou hun aanwezigheid kunnen afnemen. Bovendien groeit er een netwerk van bilaterale samenwerking, vooral tussen het Verenigd Koninkrijk, Frankrijk en Duitsland – wier leiders elkaar de afgelopen weken ontmoetten – dat wijst op een concrete visie voor ‘wat de Europese pijler van de NAVO kan zijn’.
In de voorbije jaren zijn NAVO-bondgenoten begonnen met het opstellen van regionale verdedigingsplannen: welke troepen nodig zijn, wie ze levert en waar ze worden ingezet. Bijna geen enkele Europese bondgenoot haalt de doelstellingen. Amerikaanse terugtrekking zou die kloof alleen vergroten. Sommigen zouden dat als excuus kunnen gebruiken, waarschuwt Burkhard, om te stellen dat ‘als we dat [materieel] niet allemaal hebben, we het ook niet kunnen uitvoeren.’
Europese legers zullen meer moeten doen met minder, ‘door meer risico’s te nemen, door wendbaarder te zijn.’
Europa, stelt de Franse generaal, kan de Amerikaanse ‘industriële en mechanische’ aanpak van oorlog niet imiteren – een benadering die erop gericht is om de vijand te overvleugelen en het risico tot bijna nul te reduceren. Europese legers zullen meer moeten doen met minder, ‘door meer risico’s te nemen, door wendbaarder te zijn.’ Als Amerikaanse officieren het NAVO-hoofdkwartier zouden verlaten, hoeven zij niet stuk voor stuk te worden vervangen. Europeanen kunnen ‘zelf uitzoeken hoe ze met de officieren die overblijven een nieuwe commandostructuur kunnen opzetten.’
Europa-expert Steven Everts: ‘De angst van Europa stimuleert de Russische bombardementen in Oekraïne’
Ferrari’s en drones
De Europese strijdkrachten zullen zich ook moeten aanpassen aan nieuwe vormen van oorlogsvoering. De slagvelden in Oekraïne zijn ongekend transparant: strijdende partijen kunnen ‘achter elk struikje kijken’. Daaruit trekt Burkhard twee lessen.
De eerste is dat hightechwapens essentieel blijven – in juli kondigde Frankrijk aan de productie van SCALP-kruisraketten te hervatten na een pauze van 15 jaar – maar goedkope munitie nodig is om de vijand uit te putten. ‘Je hebt af en toe een Ferrari nodig,’ zegt Burkhard, ‘maar we gaan de oorlog niet winnen met Ferrari’s.’
De tweede les is dat tactiek en organisatie minstens zo belangrijk zijn als technologie. In 1940 hadden alle Europese legers tanks, artillerie en vliegtuigen, maar Duitsland was het enige land dat die middelen wist te integreren. ‘Vandaag heeft iedereen drones’, zegt Burkhard. Het zijn de legers die ze combineren op land, in de lucht en op zee die zullen overwinnen.
Nucleaire stuurgroep
En dan is er nog de nucleaire afschrikking. De Franse president Emmanuel Macron verklaarde eerder dit jaar dat hij met Europese bondgenoten wil praten over de ‘bescherming via onze afschrikking’. Op 10 juli kwamen Frankrijk en het Verenigd Koninkrijk, de twee Europese kernmachten, overeen hun coördinatie te verdiepen. Ze verklaarden dat elke ‘extreme dreiging voor Europa’ een gezamenlijke reactie zou uitlokken.
Beide landen behouden hun onafhankelijke nucleaire arsenaal. Er bestaan al mechanismen om hun onderzeeërpatrouilles op elkaar af te stemmen, zegt generaal Burkhard. Maar het vooruitzicht van een gezamenlijke nucleaire aanval vereist een nieuw niveau van planning. In tegenstelling tot het Verenigd Koninkrijk is Frankrijk’s kernmacht niet toegewezen aan de NAVO. Wel richten de twee landen nu een gezamenlijke nucleaire stuurgroep op. ‘Wanneer zich een crisis voordoet, moet je bekijken wat de dreigingen zijn en wat je bereid moet zijn te doen’, zegt Burkhard.
Het vooruitzicht van een gezamenlijke nucleaire aanval vereist een nieuw niveau van planning.
Duitsland en andere Europese bondgenoten stellen zich intussen de vraag wat dat voor hen betekent. Op 13 juli vroeg president Macron aan generaal Burkhard en minister van Defensie Sébastien Lecornu om een strategische dialoog met Europese partners te starten over de rol van Frankrijk’s nucleaire afschrikking. ‘Frankrijk kan niet alleen tegen Rusland vechten’, zegt de generaal. Als het ooit door Rusland bedreigd zou worden, ‘gaat het niet om conventionele wapens, maar om nucleaire afschrikking.’
‘Kernwapens? Trump heeft een kort lontje, maar er zijn oorlogszuchtigere presidenten geweest’