Paola Verhaert

‘Europese Commissie effent het pad voor een historische afbraak van onze digitale rechten’

Paola Verhaert Schrijver en onderzoeker

‘De tijd dat Europeanen konden rekenen op een sterke Commissie om hun digitale rechten te verdedigen, lijkt  voorbij’, schrijft onderzoeker Paola Verhaert na de voorstelling van het ‘Digitale Ombibus‘-pakket. ‘om spelers op de AI-markt meer bewegingsruimte te geven, moeten burgers inboeten op hun digitale rechten.’

De Europese Commissie breekt met haar imago als voorvechter van digitale rechten. Dat bleek toen de Commissie eerder deze week haar ‘Digitale Omnibus’-pakket voorstelde. Dit pakket houdt een reeks wetswijzigingen in, die als doel hebben om het digitale wetboek van de EU te ‘vereenvoudigen’. Maar de vereenvoudiging heeft meer weg van een verzwakking. Meer nog, de voorgestelde wijzigingen effenen het pad voor een historische afbraak van onze digitale rechten.

De Digitale Omnibus wordt al enkele maanden met enige nervositeit opgewacht door Europese middenveldorganisaties. Commissievoorzitter Ursula von der Leyen had eerder te kennen gegeven dat ze tijdens de komende jaren een vereenvoudiging van de bestaande digitale regelgevingen zou nastreven. Dit zou de positie van Europese bedrijven op de digitale markt, maar vooral op de boomende AI-markt, moeten versterken.

De nervositeit van het middenveld bleek gegrond toen de Digitale Omnibus afgelopen woensdag officieel werd voorgesteld. Met het pakket levert de Commissie een duidelijke boodschap: om spelers op de AI-markt meer bewegingsruimte te geven, moeten burgers inboeten op hun digitale rechten.

Het voorstel viseert de pilaren van het digitale wetboek van de EU, zoals de Algemene Verordening Gegevensbescherming (AVG) en de Verordening Kunstmatige Intelligentie (AI Act). Belangrijke bepalingen in deze wetgevingen die zijn bedoeld om transparantie te waarborgen en de grondrechten van inwoners te beschermen, zouden volgens het voorstel op een ingrijpende manier moeten worden herschreven.

Als het van de Commissie afhangt, zal de AVG de meest drastische transformatie ondergaan. Deze baanbrekende wetgeving, die in 2018 in werking trad, wordt globaal nog steeds gezien als de gouden standaard voor de bescherming van persoonsgegevens. Mede dankzij deze AVG heeft de Commissie zich gedurende het voorbije decennium kunnen profileren als behoeder van digitale rechten.

Dat zal veranderen, want het Omnibuspakket houdt voorstellen in die de intentie van de AVG, namelijk om de belangen van burgers voorop te stellen aan die van tech-bedrijven, volledig ondergraven. Zo stelt de Commissie onder meer voor om in de AVG de definitie van persoonsgegevens te vernauwen en bestaande beschermingsmechanismen tegen geautomatiseerde besluitvorming af te zwakken. Ze stelt ook wijzigingen voor die het gemakkelijk moeten maken voor bedrijven om gevoelige persoonsgegevens te gebruiken voor de training van AI-modellen. Tegelijk stelt het ook wijzigingen voor die het moeilijker zouden maken voor personen die de AVG gebruiken om hun rechten uit te oefenen.

Ook de AI Act, die pas werd goedgekeurd in 2024 en nog niet volledig in werking is getreden, wordt onder handen genomen. De voorgestelde wijzigingen van de AI Act zijn naar verhouding minder gericht op het transformeren van de wet, dan wel op het vertragen van haar inwerkingtreding.

Toch zouden de voorgestelde wijzingen grote gevolgen hebben, omdat deze belangrijke beschermingsmechanismen in de AI Act ondermijnen. Aanbieders van AI-systemen die ernstige risico’s inhouden voor de grondrechten, gezondheid en veiligheid van burgers, om kernverplichtingen krijgen het gemakkelijker. De wijzigingen maken het mogelijk  voor hen om belangrijke verplichtingen inzake toezicht en verantwoording te omzeilen. Andere belangrijke verplichtingen voor aanbieders van risicovolle AI-systemen worden aanzienlijk uitgesteld. Bovendien wordt de rol van instanties die moeten toezien op de naleving van de grondrechten verzwakt.

De vereenvoudiging van complexe regelgeving is een belangrijk aandachtspunt voor wetgevers. Vereenvoudiging kan het gemakkelijker maken om wetten te begrijpen, na te leven en je rechten uit te oefenen. Het staat vast dat het omvangrijke digitale wetboek van de EU hier baat bij zou kunnen hebben.

Maar vereenvoudiging is een misleidende noemer voor wat de Commissie werkelijk voorziet met haar Digitale Omnibus, namelijk een verlaging van de nalevingslasten voor bedrijven in ruil voor de verzwakking van waarborgen die onze grondrechten beschermen. We kunnen niet spreken van vereenvoudiging als de intentie van een wet, zoals de AVG, wordt ondergraven of als er wordt geraakt aan onze grondrechten. Dan spreken we van deregulering.

Henna Virkkunen, Uitvoerend Vicevoorzitter voor technologische soevereiniteit bij de Europese Commissie, verdedigt het voorstel. “Dit gebeurt op de Europese manier: door ervoor te zorgen dat de grondrechten van gebruikers volledig beschermd blijven.” De inhoud van de Digitale Omnibus spreekt Virkkunnen tegen. We zien hier geen Commissie die de grondrechten van gebruikers wil beschermen. We zien een Commissie die buigt voor de druk van Big Tech en de Amerikaanse overheid, en daarmee de grootste terugval van onze digitale rechten in de geschiedenis van de EU voorbereidt.

De tijd dat Europeanen konden rekenen op een sterke Commissie om hun digitale rechten te verdedigen, lijkt zo voorbij. Voordat de wetswijzingen uit de Digitale Omnibus kunnen worden ingevoerd, moet het pakket nog worden goedgekeurd door het Europese Parlement en de lidstaten.

De koerswijziging van de Commissie betekent dat het nu aan de lidstaten en de verkozenen in het Parlement is om in de bres te springen voor onze digitale rechten. Rest de vraag: welke (Belgische) politici zijn bereid om deze sprong te wagen?

Paola Verhaert is expert digitale rechten en auteur van het boek ‘Technologie is politiek: De strijd voor digitale rechtvaardigheid’ (Letterwerk, 2025).

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Expertise