Heeft Groot-Brittannië de Koh-i-Noor, een diamant van 105 karaat, in de 19e eeuw gestolen of gekregen? Deze vraag doet ook vandaag nog de emoties hoog oplaaien in India.
‘De Koh-i-Noor, een diamant van 105 karaat, werd niet gestolen, maar in de negentiende eeuw geschonken aan Groot-Brittannië’, klinkt het al decennia in Britse kringen. Een stelling die nu ook bevestigd wordt door de Indiase regering. Maar ze lijkt haar strijd om de diamant nog niet op te geven. Dat meldt BBC.
Emoties
De Koh-i-Noor, is al meer dan 150 jaar in het bezit van het Britse koningshuis en zit verwerkt in de Imperial State Crown. Tijdens discussies over de diamant laaien de emoties onder Indiërs vaak hoog op, schrijft de Britse omroep. De Indiërs voelen het als een onrecht dat de steen ‘gestolen’ werd en nu door hun voormalige kolonisator als pronkstuk wordt gebruikt.
De regering van eerste minister Narendra Modi lijkt nu af te stappen van het onrechtvaardigheidsgevoel. Aan het Hooggerechtstof verklaarde vertegenwoordiger Ranjit Kumar dat ‘India de strijd om het juweel moet staken. Want in 1851 schonk de Indiase koning Maharaja Ranjit Singh de steen aan de kolonisator’, klonk het. ‘We moeten inzien dat de steen noch gestolen, noch onrechtmatig werd toegeëigend.’
Een uitspraak die op haar beurt voor ophef zorgde. Een dag na de hoorzitting tikte de regering haar eigen vertegenwoordiger op de vingers. ‘We zijn het eens met het laatste deel van zijn verklaring, maar niettegenstaande willen we de diamant nog steeds laten overbrengen.’
Koloniale verleden
Als je één voorwerp laat overkomen, is straks het hele British Museum leeg
De huidige rechtszaak werd op gang gebracht door een Indiase ngo. Zij startte een petitie ‘bring back the Diamond.’ Hoewel de regering nu heeft toegeven dat de diamant GB toebehoort, wil de rechtbank de petitie niet in zijn geheel verwerpen. ‘Ze kan zinvol zijn om in de toekomst andere overzeese voorwerpen terug te brengen’, klinkt het.
De achterkleinzoon van Mahtama Ghandi, Tushar, is een grote voorstander van zo’n ‘rechtvaardige terugkeer van het koloniale verleden.’ ‘Deze voorwerpen maken deel uit van onze geschiedenis, wij hebben het recht om ze in eigen land onder te brengen.’
Al denkt niet iedereen daar zo over. ‘Waar begint en eindigt zo’n terugkeer’, aldus de Britse premier David Cameron in 2010. ‘Als je één voorwerp laat overkomen, is straks het hele British Museum leeg.’
Brengt ongeluk bij mannen
Naast de intrinsieke waarde, draagt de Koh-i-Noor ook een heleboel legendes met zich mee. Zou hij ongeluk brengen, indien een man hem draagt. In het verleden waren het dan ook steeds de Britse koninginnen die het sieraad droegen droegen.
Op dit moment is de Koh-i-Noor te bewonderen in de Tower of London, waar de kroon wordt tentoongesteld. Bij officiële gelegenheden wordt de kroon vanonder het stof gehaald, zodat de Queen ze kan opzetten. (AVE)