‘Als je het bloedvergieten wilt stoppen, zijn er geen fraaie oplossingen mogelijk’

Als Poetin de enige is die de Russische elite kan beschermen, zal ze hem niet snel een dolk in de rug steken. © Getty Images
Jeroen Zuallaert

Ondanks de aanzienlijke verliezen aan beide kanten lijkt geen van de strijdende partijen voorlopig zin te hebben in vredesonderhandelingen. Europa kan voorlopig enkel proberen om niet betrokken te raken. ‘Het is niet omdat wij genoeg hebben van de oorlog, dat we de strijdende partijen kunnen dwingen om ermee op te houden.’

Voor critici is Brussel doorgaans een dankbare schietschijf. De Europese Unie geldt als een papieren tijger, een logge machine waarin er altijd wel een machinist is die op een cruciaal moment aan de noodrem trekt. Maar soms, heel soms, wordt het gaspedaal collectief ingedrukt, en schiet de machine met een rotvaart vooruit.

Het lijkt erop dat een grootschalige Russische invasie tegen een Europees buurland nog steeds voldoende is om de neuzen in dezelfde richting te zetten. De sancties die de afgelopen week tegen Rusland werden genomen, zijn zwaar. Ze hebben nu al een enorme invloed op het dagelijkse leven in Rusland. Door de sancties tegen de Russische centrale bank is de roebel in vrije val. Omdat de Russische economie voor cruciale sectoren afhankelijk is van import, zullen er de komende dagen aanzienlijke tekorten ontstaan. Zelfs als de olie- en gasleveringen vanuit Rusland niet zijn drooggelegd, vinden Russische oliebedrijven nauwelijks nog gegadigden, en moeten ze hun voorraden verkopen tegen dumpprijzen. Russische luchtvaartmaatschappijen, die sinds vorige week niet meer het Europese luchtruim in mogen, komen nauwelijks nog aan wisselstukken. Rusland raakt niet alleen politiek geïsoleerd, maar ook cultureel. Ook Russische cineasten, kunstenaars en sportorganisaties worden – niet noodzakelijk terecht – geboycot. Zelfs de Russische (en Belarussische) paralympiërs mogen niet meer deelnemen aan de Paralympische Spelen.

Enkele jaren geleden maakte Poetin de grap dat Russen die omkomen bij een nucleaire oorlog sowieso naar het paradijs gaan.

Vera Agejeva, buitenlandexpert aan de Higher School of Economics van Sint-Petersburg

Het heeft er natuurlijk mee te maken dat Oekraïne zichzelf uitstekend verkoopt. Op zich is dat niet verwonderlijk: Oekraïne is in dezen overduidelijk het slachtoffer van buitenlandse agressie. Die agressor doet bovendien weinig moeite om te verhullen op welke schaal er mensenrechten geschonden worden. Maar tegelijk slaagt de Oekraïense president Volodymyr Zelensky er wonderwel in om de internationale gemeenschap tot actie aan te zetten. Naast bemoedigende woorden haalt Zelensky op die manier ook wel degelijk resultaten binnen. Amerika, dat de voorbije jaren de Oekraïense kwestie vooral probeerde te negeren, moedigt NAVO-landen aan om de Oekraïense luchtmacht te bevoorraden met straaljagers. Turkije zegde toe om de doorgang naar de Zwarte Zee te blokkeren en extra Bayraktar-drones te leveren. Zowat elk Europees land kondigde aan om de afgelopen week extra wapens te leveren. Duitsland, het land dat de voorbije twintig jaar met een soms aandoenlijke naïviteit probeerde om Rusland economisch aan zich te binden en tot voor kort wapenleveringen aan Oekraïne blokkeerde, levert nu onder luid applaus zelf wapens. Zelfs België, een land waar militairen tijdens hun oefeningen al jaren zuinig moeten zijn met de kogels, beloofde om machinegeweren en antitankwapens te leveren.

Naast verbazing – voor sommigen ontroering – bij zo veel eensgezindheid werpt het wel de vraag op wat het plan is. David Criekemans, professor internationale politiek aan de Universiteit Antwerpen, maakt zich zorgen over de luidruchtige manier waarop Europese landen Oekraïne met wapens bevoorraden. Hij dringt erop aan om voortaan de term ‘niet-humanitaire hulp’ te gebruiken. ‘Het heeft geen enkele zin om daar in deze fase nog openlijk over te praten’, benadrukt Criekemans. ‘Communiceren over niet-humanitaire hulp heeft enkel zin als afschrikmiddel, om te voorkomen dat het tot een conflict komt. Maar daarvoor is het nu te laat. Bovendien maken al die nieuwsberichten het ook voor Rusland moeilijker om te de-escaleren – voor zover het dat wil. Niemand is erbij gebaat dat dit conflict verder uitbreidt.’

'Als je het bloedvergieten wilt stoppen, zijn er geen fraaie oplossingen mogelijk'

De Europese wapenleveringen – die voor het Oekraïense leger een wereld van verschil maken – zijn het resultaat van een politiek elan, waarbij democratische leiders hun bevolking willen tonen dat ze aan de goede kant van de geschiedenis staan. Ook de sancties beantwoorden aan een politieke noodzaak om te tonen dat er toch ‘iets’ gebeurt. Zelfs als de sancties door tal van uitzonderingen gemilderd zijn, is het duidelijk dat de Russische economie de komende maanden dreigt in te storten. Als dat gebeurt, zal de hele Russische bevolking daaronder lijden.

Als het de bedoeling is om het Russische regime te inspireren tot terughoudendheid, lijken de sancties voorlopig niet echt doeltreffend. Afgelopen weekend schond het Russische leger meermaals een staakt-het-vuren rond Marioepol, waarbij het tegen alle afspraken in vuurde op burgers. Poetin, die op de vierde dag van de vijandigheden de wereld er al aan herinnerde over kernwapens te beschikken, gaf afgelopen weekend aan – en hij kan het weten – dat Rusland in Oekraïne zal doorgaan tot het krijgt wat het wil: via diplomatie, of op het slagveld. Het langlopende idee dat sancties, als ze maar zwaar genoeg zijn, uiteindelijk een autoritair regime ten val brengen, is niet gebaseerd op concrete voorbeelden. Ondanks het wijd verbreide ongenoegen binnen de Russische elite lijken sancties de banden tussen die elite en de grote leider immers te versterken. Als Poetin de enige persoon is die hen en hun fortuinen kan beschermen, wil niemand hem als eerste een mes in de rug steken. Bovendien valt te verwachten dat gewone Russen de economische crash maar matig zullen appreciëren, zelfs wanneer ze niet dol zijn op Poetin.

Ondertussen groeit elke dag het risico dat de NAVO rechtstreeks in het conflict betrokken raakt. Afgelopen weekend verwees Jens Stoltenberg de hardnekkige Oekraïense vraag om een vliegverbod uit te vaardigen naar de prullenmand. Zo’n no-flyzone zou immers impliceren dat NAVO-vliegtuigen het gevecht aangaan met Russische straaljagers die het vliegverbod trotseren, wat een rechtstreekse confrontatie met Rusland zou betekenen. Stoltenberg maakte ook duidelijk dat er geen NAVO-troepen op Oekraïens grondgebied ontplooid zullen worden. Toch is het moeilijk vol te houden dat de NAVO niet bij dit conflict betrokken is, stelt Rob de Wijk, buitenlandexpert en stichter van het Den Haag Centrum voor Strategische Studies. ‘We beweren wel dat die wapenleveringen niet van de NAVO zelf komen, maar Rusland maakt dat onderscheid niet. Vladimir Poetin heeft al gezegd dat hij die economische sancties als een oorlogsverklaring ziet. Dat is bijzonder zorgwekkend.’

Poetin zal Oekraïne niet verlaten zonder dat Rusland zijn territorium uitbreidt.’

Jekatarina Pierson-Lyzjina, politoloog aan de Université Libre de Bruxelles

Geen toegevingen

Sowieso lijkt de toestand eerst te moeten verslechteren voor hij kan verbeteren. Geen van beide kanten heeft momenteel voldoende belang bij de-escalatie en vredesgesprekken. De vredesgesprekken die Rusland en Oekraïne op 28 februari opstartten, lijken een maat voor niets. De Russische delegatie bestaat vrijwel uitsluitend uit politiek uitgerangeerde onderhandelaars. Het is veelzeggend dat Rusland tijdens de eerste gesprekken de beschietingen over heel Oekraïne opvoerde. Tijdens diezelfde gesprekken solliciteerde Oekraïne openlijk naar EU-lidmaatschap. ‘Geen van beide kanten gedraagt zich alsof deze gesprekken ernstig zijn’, zegt Jekatarina Pierson-Lyzjina, politoloog aan de Université Libre de Bruxelles.

Het voornaamste probleem aan Russische kant is dat Vladimir Poetin niet kan verliezen. In de meer dan 22 jaar waarin hij aan de macht is, heeft hij een aura van onoverwinnelijkheid rondom zich gecreëerd. Op de Russische televisie wint Vladimir Poetin altijd: in Tsjetsjenië, in Georgië, op de Krim, in Syrië, in het vrijwaren van sancties. ‘Hij kan het zich niet veroorloven om te verliezen’, zegt Pierson-Lyzjina. ‘De Russische bevolking wil dan wel geen oorlog, maar neemt enkel genoegen met een overwinning. Er is geen enkel teken dat Poetin nu plots bereid zou zijn om een fout toe te geven. Hij zal Oekraïne niet verlaten zonder dat Rusland zijn territorium uitbreidt.’

'Als je het bloedvergieten wilt stoppen, zijn er geen fraaie oplossingen mogelijk'
© Bron: Liveuama

Dat wil niet zeggen dat Poetin alleen met de totale onderwerping van Oekraïne tevreden zal zijn. In het verleden toonden Kremlinspindokters al een onwaarschijnlijk vernuft in het recht praten van wat krom is, en het Russische publiek een uitzonderlijk talent voor zelfbegoocheling. Zelfs als het Russische leger met de staart tussen de benen Oekraïne moet verlaten, zal de vaderlandse pers het tactische genie van Poetin bezingen. ‘Het Russische regime lanceert nu al het verhaal dat de NAVO stiekem een basis in Marioepol aan het bouwen was, en ze klaarstonden om aan te vallen’, zegt Pierson-Lyzjina. ‘Dat is een mogelijke uitweg. Ze kunnen achteraf beweren dat ze erin geslaagd zijn om de aanval op Rusland te verijdelen en Marioepol te veroveren. Het Russische publiek, dat nauwelijks manieren heeft om te controleren wat er is gebeurd, zal daar vermoedelijk genoegen mee nemen.’

Onder Russische analisten is de hoop op een vergelijk sowieso klein. ‘Poetin handelt niet meer rationeel’, zegt Vera Agejeva, buitenlandexpert aan de Higher School of Economics van Sint-Petersburg. ‘Hij heeft een autoritair regime gesticht zonder vrije pers. Er is niemand die zijn assumpties nog ter discussie stelt. Met zo’n tegenstander is het heel moeilijk om te praten, zeker wanneer hij over het grootste nucleaire arsenaal ter wereld beschikt en zijn aanvalsplan vrijwel volledig aan het mislukken is.’ Agejeva benadrukt dat Poetin al langer dan vandaag over de mogelijkheid van een nucleaire oorlog spreekt. ‘Enkele jaren geleden maakte hij eens de grap dat Russen die omkomen bij een nucleaire oorlog sowieso naar het paradijs gaan. Het is ronduit zorgwekkend dat een wereldleider daar zo luchtig mee omgaat.’

Ook aan de Oekraïense kant is er momenteel maar weinig animo om toegevingen te doen. Elke dag dat het Oekraïense leger langer standhoudt, ontvangt het extra wapens uit het Westen. Bovendien kampt het Russische leger met logistieke problemen. Elke dag extra conflict betekent voor de Russische soldaten grotere honger en brandstofproblemen. Bovendien wordt de komende week een winterprik verwacht die de logistieke problemen voor Rusland dreigt te vergroten. Ondanks de vele burgerslachtoffers lijken de Oekraïners eensgezind achter hun president te staan. En Zelensky wil vechten. Desnoods ’tot de laatste druppel’, zo meldde hij vorige week.

Bovendien heeft het Russische regime een bijzonder verwrongen beeld van de Oekraïense maatschappij. ‘Russische leiders dachten echt dat een aanzienlijk deel van de Oekraïense bevolking aan de kant van de weg zou staan applaudisseren als het Russische leger binnenviel’, zegt Pierson-Lyzjina. ‘Het is duidelijk dat er in Rusland een totaal gebrek aan expertise is wanneer het over Oekraïne gaat.’ Die stelling klinkt tegenstrijdig. Oekraïne en Rusland gelden immers als broederlanden met een vergelijkbare cultuur. ‘Vergeet niet dat Rusland en Oekraïne eigenlijk al acht jaar met elkaar in conflict zijn’, vervolgt Pierson-Lyzjina. ‘Er zijn nauwelijks nog samenwerkingen tussen beide landen. Het Kremlin snapt niet in welke mate Oekraïne sinds 2014 veranderd is. Ze snappen niet dat Oekraïne niet braaf terugkeert naar Rusland als je Zelensky vermoordt. Ze snappen niet dat duizenden Oekraïners een partizanenoorlog zullen beginnen als het Russische leger het land bezet. Er zijn nauwelijks ernstige politieke wetenschappers die Oekraïne onderzoeken. Het Kremlin luistert niet naar wetenschappers, maar naar tv-propagandisten.’

Als dit allemaal voorbij is, moet er een nieuwe Europese veiligheidsstructuur komen mét Rusland.’

David Criekemans, professor internationale politiek aan deUAntwerpen

Geen appeasement

Het probleem met snel ontsporende conflicten is dat het moeilijk is de dynamiek op voorhand te voorspellen. Het is duidelijk waar we moeten eindigen, stelt David Criekemans. ‘Als dit allemaal voorbij is, moet er een nieuwe Europese veiligheidsarchitectuur komen mét Rusland. We hebben in de jaren negentig, toen de Koude Oorlog voorbij was en er veel mogelijk was, de kans laten liggen om Rusland erbij te betrekken. Die fout mogen we geen tweede keer maken.’

Het is een vaak gehoorde vorm van zelfkritiek in Europa: het Westen heeft Rusland de voorbije decennia vernederd. Door de voormalige landen van het Warschaupact toe te laten tot de NAVO, heeft het Westen Rusland in de hoek geduwd. Er zijn inderdaad bedenkingen te maken bij de manier waarop de NAVO de (tijdelijke) Russische zwakte gebruikte om nieuwe leden te werven. Maar tegelijk gaat dat verwijt voorbij aan de vaststelling dat al die Centraal- en Oost-Europese landen maar al te graag bij de NAVO wilden. Landen als Tsjechië, Polen of de Baltische staten hebben een levendige historische herinnering aan bloedige Russische interventies. Voor hen betekent de NAVO – véél meer dan de Europese Unie – de mogelijkheid om zich op democratisch en economisch vlak te ontwikkelen. In een nieuwe veiligheidsarchitectuur zal Rusland zijn imperialistische ambities in Europa achterwege moeten laten. Onder de huidige president is dat scenario eigenlijk onmogelijk.

Volodymyr Zelensky met Jens Stoltenberg. Het valt moeilijk vol te houden dat de NAVO niet bij dit conflict betrokken is, stelt Rob de Wijk.
Volodymyr Zelensky met Jens Stoltenberg. Het valt moeilijk vol te houden dat de NAVO niet bij dit conflict betrokken is, stelt Rob de Wijk.© Getty Images

Maar de weg naar zo’n nieuwe veiligheidsstructuur is lang, en ervaren gidsen zijn niet meteen voorhanden. Door clustermunitie in te zetten en gericht te bombarderen op woonwijken bezondigt het Russische leger zich overduidelijk aan oorlogsmisdaden. Naast de onuitsprekelijke gruwel die dergelijke daden veroorzaken, bemoeilijkt het ook de Russische langetermijndoelen. Het maakt het voor westerse leiders bovendien ook steeds moeilijker om met Poetin aan tafel te gaan zitten. Geen enkele Europese leider wil de nieuwe Neville Chamberlain zijn, de Britse premier die met een al te welwillende benadering nazi-Duitsland in de zetel zette, en desondanks toch nog gebombardeerd werd. En toch moeten we de deur openhouden, vindt Rob de Wijk. ‘Het domste wat we kunnen doen, is zeggen dat we Poetin voor het oorlogstribunaal in Den Haag zullen brengen. Als je enige alternatief voor de dood de gevangenis is, moedig je hem aan om tot het bittere einde door te vechten.’

Het dient gezegd dat Europa voor het conflict bereid was om ver te gaan. De Franse president Emmanuel Macron was net voor de Russische aanval bereid om Oekraïne min of meer voor de bus te gooien. Met een verregaand voorstel voor Oekraïense neutraliteit zou tegemoet gekomen worden aan de Russische eisen. Samen met de eerdere beloftes om over bewapeningsverdragen te praten zou dat genoeg moeten zijn, zo was het idee, om de Russen te doen afzien van vijandigheden. Die inschatting bleek fout. Rusland blijft beweren dat zijn eisen te nemen of te laten zijn. En zelfs als Europa bereid zou zijn die eisen in te willigen, lijkt Rusland niet bereid om het ‘Rijk der Leugens’ op zijn woord te geloven.

Niemand die weet hoe een mogelijk compromis eruit kan zien. Zowel voor het Westen als voor Oekraïne zal een staakt-het-vuren onderworpen zijn aan pijnlijke voorwaarden. ‘Ik geloof dat het zin heeft voor Oekraïne om te beloven dat het niet bij de NAVO gaat, in ruil voor de terugtrekking van de Russische troepen’, zegt Agejeva. ‘Voor Oekraïne zou dat een nieuwe grondwet betekenen, maar het zou wel verhinderen dat er nog onschuldige slachtoffers vallen. Vervolgens moet je hopen dat Poetins regime instort. Het is geen fraai zicht, het is oneerlijk ten opzichte van Oekraïne. Maar als je het bloedvergieten wilt stoppen, zijn er geen fraaie oplossingen mogelijk.’

Volgens De Wijk rest ons weinig keuze. ‘Hoe erg het ook klinkt: we kunnen niet anders dan het conflict zijn beloop te laten gaan. We hebben in het Westen het idee dat we altijd wel iets kunnen regelen om de oorlog te doen ophouden. Dat is gewoon niet zo. Sancties en wapenleveringen verlengen het conflict. Het is niet omdat wij genoeg hebben van de oorlog, dat we de strijdende partijen kunnen dwingen om ermee op te houden.’

En dus zullen we, ondanks al ons afgrijzen, toch met Rusland moeten blijven praten. ‘In de politiek kun je meermaals sterven’, besluit Criekemans. ‘Op het slagveld maar één keer.’

Partner Content