Het Chinese mirakel: ‘Bedrijven hebben geen democratie nodig’

Vooral in de industrieën die China een tiental jaar geleden van strategisch belang noemde, loopt het nu voorop. © VCG via Getty Images

Of het nu gaat over elektrische auto’s, kernreactoren of kunstmatige intelligentie, China steekt het Westen in sneltreinvaart voorbij. Is het tijd om afscheid te nemen van het idee dat de economie alleen kan bloeien in een vrije, democratische samenleving? ‘Als we het slim spelen, kan Europa echt als winnaar uit de bus komen.’

Drones die je een hamburger brengen tijdens een picknick in het park, of als je in het holst van de nacht plots honger krijgt. Elektrische auto’s met batterijen die in vijf minuten opladen en die binnen de drie seconden accelereren tot honderd kilometer per uur. Een gigantische windmolen die 55.000 huishoudens van stroom kan voorzien. Een AI-app, voor een fractie van de kosten gemaakt, die kan wedijveren met ChatGPT en die door het leger gebruikt wordt voor troepen robothonden en dronezwermen die volledig autonoom opereren. We worden overspoeld door berichten over de technologische wonderen van Chinese makelij.

‘Vooral in de industrieën die China een tiental jaar geleden van strategisch belang noemde, loopt het nu voorop’, zegt de Leuvense econoom en docent Chinese studies Dorien Emmers. ‘Dat is allereerst de groene industrie. In de biotechnologie zijn ze blijkbaar ook heel snel aan het inhalen. En meerdere stemmen zeggen dat ze de race in kunstmatige intelligentie zullen winnen.’

‘De generatie van mijn studenten woont, leeft, werkt en concurreert in een wereld waarin het Westen niet langer dominant is.’

Haico Ebbers, hoogleraar internationale economie aan Nyenrode Business University, komt sinds 1987 geregeld in China. ‘Het is echt onvoorstelbaar hoe snel het in de afgelopen jaren is gegaan’, zegt hij. ‘Waar schaal belangrijk is, wordt China koploper. Bij technologie als zonnepanelen, windturbines en elektrische auto’s zie je dat ze de wereld overnemen. De generatie van mijn studenten woont, leeft, werkt en concurreert in een wereld waarin het Westen niet langer dominant is.’

De SU7 van de Chinese autobouwer Xiaomi. ‘Als Xiaomi een fabriek wil bouwen, staat dat gebouw er zes maanden later. Dat is in Europa onmogelijk.’ © NurPhoto via Getty Images

Techondernemer Patrick De Jaeger doet al jaren zaken met China. In februari 2025 was hij opnieuw in het land op een door VOKA georganiseerde inspiratiereis. ‘Het meest verrassende van die reis vond ik Xiaomi’, vertelt hij. ‘Die fabrikant van gsm’s besloot in 2021 elektrische auto’s te bouwen en de concurrentie aan te gaan met Porsche. Daar slagen ze aardig in. Hun fabriek was nog net iets cleaner en telde net iets meer robots dan de Europese autofabrieken.’

De Jaeger zag met eigen ogen dat China ‘op heel veel vlakken verrassend ver staat en gigantisch groeit.’ Met VOKA bezocht hij ook Bytedance, het bedrijf achter TikTok. ‘Iemand van R&D vertelde daar dat mind reading het doel is. Als je naar een filmpje kijkt, willen zij op voorhand al kunnen inschatten of jij dat gaat liken of niet. Eigenlijk willen ze voor ieder individu zo veel metadata verzamelen dat zij beter weten hoe je in elkaar zit dan jijzelf.’

Een schreeuw om energie

Het Chinese mirakel heeft natuurlijk allerlei oorzaken, maar eentje is vrij fundamenteel. ‘Waarom zou China winnen van Europa? Als ik mensen uit de industrie spreek, zeggen ze: door de energieprijzen’, zegt Emmers. ‘Energie is veel massaler en goedkoper beschikbaar in China. Europese autobedrijven kunnen daardoor niet concurreren, zelfs niet als ze technologisch bijbenen.’ De Leuvense econome verwijst naar een uitspraak van Jensen Huang, de ceo van de Amerikaanse AI-gigant Nvidia: ‘China zal de AI-race winnen dankzij energie.’

Europa zou vol moeten inzetten op groene energie, vindt Emmers. ‘Dat is initieel een grote investering maar op langere termijn een enorme boost voor het economische potentieel van Europa.’ Ze wijst ook op een doorbraak die Chinese onderzoekers onlangs claimden bij de omzetting van thorium in uranium. Dat zou een efficiëntere en veiligere kernreactor mogelijk maken.

Peter Baeten, directeur van het Belgische nucleaire onderzoekscentrum SCK CEN, twijfelt of die Chinese zogenoemde gesmoltenzoutreactor de prijswinnende technologie zal zijn. ‘De Chinese overheid zet heel veel middelen in voor alle mogelijke reactortechnologie. Uiteindelijk zal er wel eentje winnen. En dan riskeren we over tien of vijftien jaar overspoeld te worden door reactortechnologie die wel in China tot wasdom is gekomen.’

Bij het SCK werkt Baeten vooral aan de Eagles-300, een kleine, modulaire en loodgekoelde reactor. Aan dat front heeft Europa naar zijn idee op dit moment nog enige voorsprong. Maar de doorbraak die China onlangs claimde moet ons wel wakker schudden, vindt hij. ‘Europa zou een gecoördineerde aanpak moeten hebben en daar miljarden voor uittrekken. Anders verliezen we het pleit en komt de volgende technologie uit China of de Verenigde Staten.’

7000 zonnepanelen per minuut in China

Het huidige type watergekoelde reactoren heeft China alvast volledig onder de knie. In het afgelopen decennium opende het 37 kerncentrales – ruim de helft van het wereldwijde aantal. Er zijn nu 33 centrales in aanbouw en 43 zitten er nog in de planning. Baeten: ‘Historisch telde China veel kolencentrales. Het had dan ook een probleem met smog in de grote steden. De Chinezen voelden de noodzaak van decarboniseren en dan is kernenergie een goede optie. China is een gecentraliseerde, geleide economie: de beslissing valt bovenaan en wordt dan uitgerold.’

Nucleaire energie mag in China dan al groeien, zon- en windenergie schaalt het land in een helemaal duizelingwekkend tempo op. Het installeert, schrijft Diederik Samsom in zijn net verschenen boek Groene supermacht, 7000 zonnepanelen per minuut, dag en nacht, en bouwde in 2024 voor 76 gigawatt aan windmolens op land. Ter vergelijking: de totale capaciteit in Vlaanderen is 1,9 gigawatt. ‘Wat in China gebeurt is krankzinnig’, schrijft Samsom, oud-Greenpeace-activist, voormalig fractieleider van de Nederlandse PvdA en als kabinetschef van Eurocommisaris Frans Timmermans de architect van de Green Deal.

‘Al nadert China met rasse schreden, Europeanen zijn de beste machinebouwers op aarde.’

Toch verwijst de ‘groene supermacht’ in de titel van Samsoms boek niet naar China maar naar Europa. ‘In zonnepanelen is China onverslaanbaar’, zegt hij, ‘maar in electrolysers (die water splitsen in de brandstof H2 en zuurstof, nvdr) en warmtepompen heeft Europa nog altijd een sterke positie. Al nadert China ook daar met rasse schreden, Europeanen zijn de beste machinebouwers op aarde.’

De wedloop bij de huidige types zonnecellen en batterijen mag Europa verloren hebben, het kan wel aan de wieg staan van nieuwe technologie. Samsom: ‘Er zijn nieuwe generaties zonnecellen op komst. Lithiumionbatterijen kunnen de Chinezen nu veel beter maken dan wij, maar het kan best wel eens Europa worden waar de vastestofbatterij wordt ontwikkeld.’

“In China worden elke minuut 7000 zonnepanelen geplaatst: ‘Waarom zou China winnen van Europa? Mensen uit de industrie antwoorden daarop: door de energieprijzen.'” © Getty Images

Ingenieurs aan de macht

De vastestofbatterij, waar onder meer het Leuvense IMEC aan werkt, heeft een hogere energiedichtheid, waardoor de actieradius groter is en het opladen sneller gaat. Maar Europa zal vaart moeten maken om die race te winnen. De voorzitter van de Chinese Vereniging van Automotive Ingenieurs voorspelde onlangs dat de vastestofbatterijen over een jaar of vijf op de markt zullen komen.

China heeft een ongekend reservoir aan ingenieurs om aan dergelijke technologie te sleutelen. Volgens de People’s Daily, de officiële krant van de Communistische Partij, studeren jaarlijks meer dan 5 miljoen studenten af in de STEM-richtingen. ‘Educatie is alles, daar zetten ze gigantisch op in. En dat is zeker een grote factor waardoor ze zo snel kunnen accelereren’, zegt techondernemer De Jaeger.

‘Als Xiaomi een autofabriek wil bouwen is: het oké, let’s go – en zes maanden later staat er een gebouw. Dat is in Europa onmogelijk. Vind nog maar eens plaats.’

Dat leger ingenieurs is niet alleen een troepenmacht voor technologische innovatie. Het brengt ook een manier van denken en vooral van doen mee. De ingenieursmentaliteit stelt China in staat om zijn ambitieuze plannen te verwezenlijken, schreef Dorien Emmers onlangs in een column. ‘Dat stelt Dan Wang in Breakneck, het beste boek over de Chinese economie dat de afgelopen jaren is geschreven’, zegt ze.

China is een ingenieursstaat, zo schrijft de Canadees-Chinese Wang. Niet voor niets zit het Politbureau vol ingenieurs en is de grote leider Xi Jinping een chemisch ingenieur. Het ambacht van ingenieurs is plannen bedenken en uitvoeren en daarmee de wereld naar je hand zetten. Met duizelingwekkende snelheid weet China steden en fabrieken uit de grond te stampen. ‘Als Xiaomi een autofabriek wil bouwen is het: oké, let’s go – en zes maanden later staat er een gebouw’, zegt De Jaeger. ‘Dat is in Europa onmogelijk. Vind nog maar eens plaats. En als je al grond hebt gevonden, ben je nog jaren bezig om een vergunning te krijgen.’

Winnaars kiezen

Planmatig is China ook in de keuze van de sectoren waarin het wil uitblinken. In het Westen kijken we altijd met enig misprijzen naar de vijfjarenplannen van de pseudocommunistische staat: de economie laat zich niet inroosteren en de overheid kan de prijswinnende sectoren niet kiezen. Een overheid, zo vinden we in het Westen, kan niet meer doen dan de voorwaarden scheppen waarbinnen de markt haar goede werken kan verrichten en de economie kan bloeien.

‘Wat wil een bedrijf? Niet noodzakelijkerwijs een functionerende democratie, maar wel voorspelbaarheid waarbinnen het winst kan genereren.’

Dat klopt niet, en dat zien we ook in onze eigen geschiedenis, zegt Rogier Creemers, die in Leiden moderne Chinese studies doceert. ‘Engeland was nooit groot geworden zonder verdacht veel steun voor de wolindustrie.’  Waar overheden wel slecht in zijn, vindt hij, is picking winners: kiezen welk bedrijf een nationale kampioen moet worden. Maar de Chinese overheid doet iets heel anders: ze wijst de kernsectoren aan in haar ontwikkelingsbeleid. ‘Wie de grootste bouwer van elektrische auto’s wordt, maakt haar weinig uit, zolang het maar een Chinees bedrijf is.’

Brussel klaagt vaak en graag over Chinese subsidies. Nochtans deelt de Chinese overheid helemaal niet vaak gratis geld uit aan bedrijven, stelt Creemers. ‘Neem elektrische auto’s. Dan gaat het om investeringen in hoger onderwijs zodat er genoeg menselijk kapitaal en genoeg ingenieurs zijn voor de Chinese autobouwers. Of investeringen in de onderliggende infrastructuur zodat er laadpalen beschikbaar zijn voor mensen die een elektrische auto willen kopen. Het gaat ook over overheidsaanbestedingen en het creëren van een markt. Chinese steden hebben historisch gezien enorm te kampen met luchtvervuiling. Goed, dan besluit de overheid dat vanaf nu alle bussen en taxi’s in grote steden elektrisch moeten zijn. Daarmee creëer je een enorme binnenlandse markt.’

Na het einde van de Koude Oorlog dachten we dat we gewonnen hadden omdat ons systeem – de vrije markt en de democratie – beter was.  Creemers: ‘Wij hebben ons toen volledig ingezet op proces, niet op uitkomst. Het idee dat je als maatschappij doelen hebt die je moet bereiken, hebben we afgedankt. We laten alles over aan de markt, een serie van procedures en processen waarvan de uitkomst per definitie goed is. Dat leidt tot de situatie waar we nu in zitten: we zijn compleet vergeten wat onze historische bronnen van welvaart zijn.’

‘Iemand van TikTok vertelde dat mind reading het doel is: ze willen beter dan jijzelf weten hoe jij in elkaar zit.’ © NurPhoto via Getty Images

Volgens de Washington-consensus die in de jaren tachtig van de vorige eeuw vorm kreeg, waren liberalisering en privatisering de snelweg naar welvaart. ‘Die consensus kreeg al een knauw door de financiële crisis van 2008’, zegt econoom Ebbers. ‘Nu ligt ze fundamenteel onder vuur. De markt kan zich ook misdragen, bubbels creëren, oververhit raken, overtrokken of juist te traag reageren. Een combinatie van markt en overheid is essentieel. China koppelt dat aan een groot pragmatisme. Als het even niet goed gaat, kijkt de overheid aan welke wieltjes ze kan draaien en wat daarvan het resultaat is.’

‘Wij denken dat vijfjarenplannen dogmatisch zijn, maar ze geven wel een visie op de toekomst. Dat planmatige is enorm nuttig.’

Tijdens het gesprek met Knack zit Ebbers in Hanoi. ‘Hier in Vietnam werken ze net als in China met vijfjarenplannen die heel mooi in elkaar overlopen. Wij denken dat die vijfjarenplannen dogmatisch zijn, maar ze geven wel een visie op de toekomst. Dat planmatige is enorm nuttig.’ In die plannen kiezen de Vietnamezen en Chinezen ook welke sectoren ze vooral willen ontwikkelen. Ebbers: ‘Industrieën die nog in de kinderschoenen staan, hebben eerst een helpende hand nodig, maar gefaseerd laat je ze los. We noemen dat staatskapitalisme 2.0.’

Omfloerste therapie

Een ander idee dat ons sinds de verlichting met de paplepel is ingegoten: de moderne wetenschap is in het Westen tot bloei gekomen omdat hier het denken vrij was. Dat idee verdedigen denkers als de Amerikaanse cognitiewetenschapper Steven Pinker nog altijd: alleen in een democratische samenleving waar ruimte is voor kritisch debat en vrije meningsuiting kan wetenschappelijke creativiteit gedijen en de economie floreren. 

‘Dat is een etnocentrisch narratief’, zegt Ebbers. ‘Wij denken dat je een democratisch proces nodig hebt waarin mensen in vrijheid kunnen denken en handelen, zodat er innovatief gedrag ontstaat dat leidt tot technologische vooruitgang en welvaart. Wat is de Aziatische manier van denken? De overheid kan economische groei voor een deel creëren. Dan ontstaat er welvaart en ook een middenklasse. Die middenklasse eist op termijn veiligheid voor haar bezittingen, economische vrijheid, goed onderwijs en een efficiënte maatschappij. Het komt dus door het ontstaan van een middenklasse, niet door het democratische proces.’

‘Ons wereldbeeld is een omfloerste therapie: alleen als je bent zoals wij, kun je vooruitstrevend, creatief en innovatief zijn.’

Het idee dat een economie alleen kan bloeien in ons type samenleving noemt Rogier Creemers een vorm van zelffelicitatie. ‘We denken dat we met ons wereldbeeld de wereld kunnen verklaren, maar eigenlijk is het een omfloerste therapie: alleen maar als je bent zoals wij, kun je vooruitstrevend, creatief en innovatief zijn.’

Onze eigen geschiedenis logenstraft dat verhaal, stelt de sinoloog: ‘Het Engeland van het begin van de 19e eeuw was op veel vlakken geen democratie. Het stemrecht was bijvoorbeeld zeer beperkt. Toch was er een klimaat waarin de industriële revolutie kon beginnen en er op allerlei vlakken vooruitgang kon worden geboekt. Vandaag zien we ook dat zakenmensen niet noodzakelijk democraten zijn, kijk maar naar Elon Musk. Wat wil een bedrijf? Niet noodzakelijkerwijs een functionerende democratie, maar wel voorspelbaarheid waarbinnen het een return on investment kan genereren.’

Het hangt ook af van je vakgebied. Technologie is bijvoorbeeld vrij apolitiek. ‘Een geesteswetenschapper of een juridische denker is in een Chinese universiteit zeer beperkt vanwege politieke gevoeligheden. Maar iemand die in de ingenieursfaculteit zit, voelt dat veel minder’, zegt Creemers.

‘China is een ingenieursstaat. En wat doen ingenieurs? Plannen bedenken, plannen uitvoeren en daarmee de wereld naar hun hand zetten.’ © VCG via Getty Images

Dankzij het Chinese model wordt het in bepaalde opzichten makkelijker om efficiënt te zijn, vindt Peter Baeten van het SCK.  ‘Op het hoogste niveau heeft men een visie van waaruit men stuurt en onderin laat men de creativiteit werken. In Europa is het, zeker met 27 lidstaten die allemaal hun eigen democratieën hebben, veel moeilijker om een gecoördineerde visie te hebben waar alle middelen op afgestemd worden.’

Liever oud in België

Dat is nog geen reden om de moed te laten zakken of om te denken dat Europa de strijd zal verliezen, vindt Baeten. ‘Gelukkig zetten we ook in Europa een aantal stappen naar samenwerking en gedeelde visie. Zo bundelt het SCK de krachten met de Italiaanse nucleaire industriële speler Ansaldo Nucleare en de nationale nucleaire onderzoekscentra uit Italië en Roemenië bij het ontwerp van Eagles-300.’

Het is nog geen verloren zaak. Dat is de boodschap die Diederik Samsom van de daken schreeuwt. ‘We zullen wel heel snel een been moeten bijtrekken en doen wat Mario Draghi adviseerde in zijn rapport over Europese competitiviteit: 800 miljard euro per jaar investeren in een nieuwe economie, in een industrie die veel minder of geen fossiele brandstoffen meer nodig heeft en een energie-infrastructuur die alternatieven daarvoor kan aandragen.’ 

‘Het is heel gemakkelijk om in China met een vreemde aan de praat te raken die zegt: ik zou wel in België oud willen worden. Het omgekeerde, een Belg die zegt in China oud te willen worden, kom je nooit tegen.’

We weten wat ons in Europa te doen staat, zegt ook Haico Ebbers. ‘We begrijpen dat het een combinatie van markt en overheid moet zijn, met het Draghi-rapport willen we stappen zetten. Wel in een Europese context, en dat zal altijd een andere zijn dan die van China, Singapore of Vietnam. En dat is misschien maar goed ook, want de mensen in Europa zijn in vergelijking met Azië gelukkig.’

Dat zag Dorien Emmers ook. ‘In China kom ik heel vaak wetenschappers tegen die zeggen dat ze het ermee gehad hebben. Mensen hebben meer en meer het gevoel dat ze gecontroleerd worden. Het is heel gemakkelijk om in China met een vreemde aan de praat te raken die dan zegt: ik zou wel in België oud willen worden. Het omgekeerde, dat je iemand in België ontmoet die zegt in China oud te willen worden, kom je nooit tegen.’

Wang schrijft in Breakneck dat Europeanen alleen nog optimisme voelen over het verleden en vastzitten in een mausoleum-economie. ‘Dat is een wake-upcall’, reageert Emmers. ‘Als we niet een richting kiezen, lopen we het risico het museum van de wereld te worden. Een plek waar het aangenaam is om te wonen, met goed eten en een mooie geschiedenis en dito gebouwen. Maar ik denk dat we er niet vrij voor zouden kiezen om qua welvaart achter te blijven bij de rest van de wereld.’

Dat hoeft ook niet, daarvan is Emmers overtuigd, als Europa zijn troeven uitspeelt: een sterke onderzoeksinfrastructuur waarin ruimte is voor ethische debatten en academische vrijheid, meer dan in het China van Xi en de Verenigde Staten van Trump. Emmers: ‘Komaan Europa, zie je eigen sterktes en zet daarop in. Wetenschappelijke en technologische innovatie gaat het snelste als er grote kennisnetwerken zijn en veel uitwisseling is. Daar hebben we een lange geschiedenis in. Europa kan echt als winnaar uit de bus komen als we het slim spelen.’

“Toeristen bij een gigantische robotstier in het Chinese Huaibei, oktober 2025. ‘Het is onvoorstelbaar hoe snel het in de afgelopen jaren is gegaan.’” © Future Publishing via Getty Images

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Expertise