Het vermoeden groeit dat Iran nucleaire wapens ontwikkelt.

In het nabije Oosten is er officieel maar één atoommacht: Israël. De Israeli’s houden echter vol dat ze nooit als eerste een atoombom zullen gebruiken. Tegelijk achten ze het noodzakelijk voor het voortbestaan van Israël dat geen enkel ander land in de regio een kernprogramma opstart.

Wanneer Irak in 1981 met het aanmaken van kernmateriaal begon, reageerde Israël meteen: de reactor Osirak bij Bagdad werd door Israëlische bommenwerpers met de grond gelijkgemaakt. Saddam Hoessein, toen nog stevig in het zadel, gaf zijn plannen om een Iraakse atoombom te ontwikkelen echter niet op. Maar de eerste Golfoorlog (1991) en controles van experts van het internationaal VN-agentschap voor de atoomenergie (IAEA) maakten een einde aan zijn droom. De Iraakse kerninstallaties werden vernietigd. Toen Amerikaanse politici het in de aanloop naar de oorlog in Irak hadden over kernwapens in de regio, stonden de IAEA-experts dan ook perplex.

Nu blijkt echter dat er wel degelijk kernwapens aanwezig zijn, of dat die er op korte termijn kunnen komen. Niet in Irak, maar wel in buurland Iran.

Dat Iran al ten tijde van sjah Mohammed Reza Pahlevi een nucleair programma had, is geen nieuws. Pahlevi was in 1953 met behulp van de CIA, de centrale inlichtingendienst van de VS, aan de macht gekomen. Maar dat verhinderde hem niet om – met de hulp van het Duitse Siemens – in de woestijn aan de Perzische Golf de peperdure kerninstallatie Boesjehr te bouwen. De CIA hield het zaakje wantrouwig in de gaten en kwam verschillende keren met argumenten aandraven die erop konden wijzen dat de sjah een atoombom ineenknutselde.

In 1979 werd de sjah verjaagd en kwam de fanatieke ayatollah Ruhallah Khomeiny aan de macht. Die had het echter te druk met zijn revolutie en met de oorlog tegen Irak om een atoombom te maken. Boesjehr werd trouwens door Iraakse vliegtuigen platgebombardeerd.

Na de dood van Khomeiny in 1989 kwam ayatollah Ali Khamenei aan de macht. Voortaan kocht Teheran zijn wapens in Moskou. In 1995 begonnen de Russen aan de heropbouw van Boesjehr. Vandaag werken er nog steeds een driehonderdtal Russische kerngeleerden en -technici.

De CIA bleef waakzaam. Er gingen berichten dat de ayatollahs in Rusland en in de Kaukasus kernmateriaal en splijtstof aankochten. Maar er werden nooit bewijzen gevonden. Later bleek dat Iran zijn bouwplannen en centrifuges kocht bij de Pakistaan Abdoel Qadir Khan, de ‘vader van de islamitische atoombom’. Khan werd begin 2004 ontmaskerd.

Dubbele tong

Sinds begin dit jaar heeft het IAEA toegang tot Iran. Frankrijk, Duitsland en het Verenigd Koninkrijk slaagden erin Teheran het non-proliferatieverdrag te laten ondertekenen. Dat bepaalt dat kernenergie mag en kan worden gebruikt voor burgerlijke doeleinden, maar niet voor militaire. Wie het akkoord ondertekent, stemt ook in met onaangekondigde bezoeken van IAEA-controleurs.

Sindsdien kan het IAEA dus vrij in en uit de kerncentrales lopen. Althans in theorie. Soms mogen de inspecteurs immers níét binnen of worden ze onvolledig geïnformeerd. Het IAEA voelt en weet stilaan dat er iets niet klopt, maar, zo meldt directeur Mohamed ElBaradei, ‘we kunnen geen gedachten lezen’. Niettemin klinken de vragen steeds dringender.

Waarom werd het centrifugeprogramma verzwegen? Waarom vond het IAEA zo veel sporen van hoogverrijkt uranium? Waarom wilde Iran 37 ton uraniumerts omzetten in uranium-hexafluoride, een stof die nodig is om kernwapens te ontwikkelen? En – minder wetenschappelijk, maar duidelijker – zou Iran echt miljarden uitgeven om zijn volk van elektriciteit te voorzien? En als dat zo is: waarom werd er dan met plutonium gewerkt, op de zwarte markt gekocht, gelogen en bedrogen? Waarom wordt er met een dubbele tong gesproken?

De conservatieve sabelsleper Mohammed Laidsjani, lid van de zeer invloedrijke Velayat-e-Fakih (Opperste Raad) heeft het openlijk over ‘het recht van Iran kernwapens te bezitten’, terwijl president Mohammed Khatami officieel verklaart dat ‘Iran geen kernmacht wordt’. De moeilijkheid is dat Khatami dat wel kan verklaren, maar dat zijn liberale regering niet echt de macht heeft. Die ligt volgens de grondwet bij de ultraconservatieve Velayat.

Hoe het ook zij, de laatste maanden kwamen vanuit Israël steeds duidelijker aanwijzingen dat de Israëlische geheime dienst Mossad Iran als een groot gevaar beschouwt. Israël verklaarde al dat het ‘onder geen beding Iraanse atoomwapens zal dulden’. Waarop Iran even krijgshaftig antwoordde dat het ‘elk zionistisch offensief zal verijdelen en niet zal aarzelen de Israëlische atoomreactor in Dimona preventief aan te vallen’. Met zijn Sjahabraketten is Iran inderdaad in staat Israël te bestoken.

De escalatie zorgde ervoor dat de Europese Unie een zoveelste diplomatiek offensief opzette, terwijl in Washington hardop nagedacht wordt over economische sancties tegen Teheran. Voor de werkloze en doodarme bevolking in Iran zou dat de genadeslag betekenen.

Pikant detail. Geheime documenten wijzen erop dat de escalatie niet door de neoconservatieve adviseurs van president George W. Bush gestuurd wordt, maar vanuit Tel Aviv. Wat Israël woedend ontkent.

Dubbelspion

Sinds de Russische experts halfweg de jaren negentig in Boesjehr aan het werk zijn, zou de Mossad een Pentagonmedewerker als dubbelagent gebruiken. Die man, Lawrence ‘Larry’ Franklin, ruilde de Ruslanddesk voor die van het Nabije Oosten. Hij bouwde een reputatie op als Iranspecialist, leerde zelfs Farsi en staat bekend als een dossiervreter.

In december 2001 ontmoette Franklin in Parijs de Iraanse wapenhandelaar Manoetsjer Khorbanifar, voor Washington geen onbekende. In de jaren tachtig was Khorbanifar betrokken in de beruchte Iran-Contra-affaire, waarbij het geld dat Iran voor Amerikaanse wapens betaalde, doorgesluisd werd naar rechtse doodseskaders in Latijns-Amerika. Khorbanifar heeft goede contacten in Iran, vooral met de opposanten tegen het regime van de mollahs.

Niemand weet wat er in Parijs besproken werd. Het staat echter vast dat Franklin de inhoud kende van geheime documenten over het Iraanse kernprogramma, die Israël in oktober 2001 aan Washington had bezorgd. Israël had toen aangedrongen op krachtige maatregelen. Maar Amerika was bezig met de oorlog in Afghanistan en bereidde de strijd in Irak voor. Washington had andere prioriteiten.

Israël niet. De Amerikaanse federale politie en inlichtingendienst FBI onderzoekt nu of Franklin de Amerikaanse politiek tegenover Iran wilde beïnvloeden ten gunste van Israël. Heeft hij strategische geheimen doorgesluisd naar de 65.000 man sterke Commissie voor Amerikaans-Israëlische aangelegenheden (AIPAC)? En heeft de AIPAC die gegevens doorgegeven aan de Israëlische regering van Ariel Sharon? Iedereen ontkent.

Een ander onderzoek vertrekt vanuit een publicatie in augustus 2002. Die geeft uiterst gedetailleerde inlichtingen over Iraanse nucleaire installaties, die zelfs bij het IAEA niet bekend waren. Maar wel bij de Nationale Weerstandsraad van Iran, een actiegroep die door Washington op de lijst van terroristen is gezet. Heeft die groep zijn inlichtingen via Israël gekregen?

Vreemd is alleszins dat Israël het nodig zou vinden een dubbelspion binnen te sluizen in het Pentagon. Geen enkele Amerikaanse regering heeft het land zo gesteund als de regering-Bush.

Maar ondertussen wordt de situatie steeds ernstiger. Op 6 mei heeft het Amerikaanse Huis van Afgevaardigden een resolutie gestemd die de regering opdraagt ‘alles te doen opdat Iran geen kernwapens in handen zou krijgen’. Als de Senaat die resolutie goedkeurt, geeft hij Washington carte blanche. De Amerikaanse buitenlandminister Colin Powell wil een economische boycot en Amerikaanse strategen hebben al een studie over de consequenties van een militaire aanval gepubliceerd. De EU heeft Iran gewaarschuwd voor een fatale fout, Rusland heeft zich daarbij aangesloten.

Ondertussen is de hele zaak zelfs onderwerp in de Amerikaanse verkiezingscampagne. De Democratische presidentskandidaat John Kerry wil Iran helpen bij de installatie van kernreactoren voor burgerlijk gebruik. In ruil moet Iran toestemmen met internationale controles. Dat kan echter alleen wanneer de gematigden het voor het zeggen hebben. Op dit moment lijkt Iran eerder naar rechts te zwenken. Het heeft alleszins al contact gezocht met Noord-Korea, dat massaal wapens verkoopt aan Iran, en – naar alle waarschijnlijkheid – over atoomwapens beschikt.

Half november publiceert het IAEA zijn laatste rapport over Iran. Dan verloopt ook het ultimatum aan Iran. Tot dan zijn we veilig.

Copyright Knack/Der Spiegel

De escalatie wordt gestuurd vanuit Tel Aviv.

Reageren op dit artikel kan u door een e-mail te sturen naar lezersbrieven@knack.be. Uw reactie wordt dan mogelijk meegenomen in het volgende nummer.

Partner Content