Het discours over België met zijn twee snelheden wint weer kracht. De Waalse socialisten hebben de boter gegeten.

BEGIN DE JAREN TACHTIG placht voorzitter Gaston Geens van wat toen nog de Vlaamse Executieve heette te pas en te onpas zijn theorie over de twee economische snelheden in België te debiteren. Vlaanderen hield natuurlijk de gunstigste snelheid aan. Het discours blijkt nu weer opgang te maken. Al ligt het de jongste maanden gecamoufleerd onder het nieuwsmonopolie van de malaise rond het gerecht.

Maar de signalen zijn onmiskenbaar. Het congres van het Vlaams Economisch Verbond (VEV) over ?innoverend ondernemen? gleed onlangs in de richting van verdere staatshervorming. Een bijna spontane verzuchting van de ondernemers. De Waalse evenknie van het VEV, de Union Wallonne des Entreprises, voelt het gevaar aankomen en verwijt het Vlaamse bedrijfsleven separatisme. Geprezen industriële leiders als Karel Vinck, de topman van Generale-dochter Union Minière, eist dat Vlaanderen autonoom een eigen toekomst kan uitstippelen. Want samenwerken met een Wallonië dat andere ideologische keuzes maakt, lijkt hem haast uitgesloten. De grote Franse holding Suez, moeder van de Generale Maatschappij van België, vraagt publiekelijk om medewerking van Vlaams kapitaal, dat trouwens klaarstaat om posities in de energieholding Tractebel in te nemen.

Het schept onrust in Franstalig België. Minister van Landsverdediging Jean-Pol Poncelet (PSC) roept Wallonië op tot meer ondernemingsdynamiek. Wat Waals minister-president Robert Collignon (PS) vertaalt tot : ?We moeten de zin voor ondernemersschap in de Waalse koppen rammen.? Over de modernisering van de sociale zekerheid valt nog weinig te vernemen, tenzij over de Vlaamse eis tot regionalisering. De te royale sociale bescherming in Wallonië heet de Vlaamse economische groeikracht af te remmen. De Vlaamse en Waalse regeringen ruziën onder mekaar over fiscale maatregelen om de werkgelegenheid in de ondernemingen te stimuleren. Sommige Waalse politici geloven dat een Noord-Frans Wallonië economisch beter aan zijn trekken zou komen. Zelfs in de socialistische vakbond is een communautaire splijtzwam aan het werk. Eenvoudig voorgesteld, de Vlaamse overlegsyndicalisten staan tegenover het strijdsyndicalisme van hun Waalse vrienden.

DE TREKKER.

Het Vlaams Economisch Verbond gooit olie op het vuur met zijn nieuwe studie ?De Vlaamse conjunctuur in historisch perspectief, 1993-1996?. Met cijfers is het VEV nog altijd op zijn best. Ook al omdat het regionale statistiekjes durft te maken die machtige nationale instellingen minder lusten. Nu bewijzen de VEV-studaxen dat ?de Vlaamse economie zich beduidend sterker herstelde van de economische recessie van 1993 dan België als geheel.? Waaronder valt te verstaan : de Waalse economie deed het slecht.

De VEV-studie bewijst dat Vlaanderen het zowel inzake industriële productie, investeringen, uitvoer als werkloosheid beter doet dan Wallonië. Alleen de omzet van de kleinhandel is zwakker, wat op een groter Vlaams spaarvolume wijst. Vlaanderen werkte even goed als Frankrijk en Duitsland. Maar het zou een verrassing zijn, mocht het werkgeversmilieu vergeten naar Nederland te verwijzen. Dat flexiland doet het stukken beter.

Het VEV bekent dat de loonkostenbeheersing effect begint te sorteren. De economische groei wordt weer arbeidsintensiever. De conjunctuurindicatoren gaan weer opwaarts. De export en de investeringen vervulden de rol van economische motor. Nu zou de particuliere consumptie die rol moeten overnemen. Maar het vertrouwen van ondernemers en consumenten blijft zwak.

De VEV-conclusie luidt dan ook dat Vlaanderen de trekker is van de Belgische economie. Tussen noord en zuid blijft een kloof gapen, die leidt tot blokkeringen in het sociaal-economisch beleid. Het spreekt vanzelf dat het Vlaams Economisch Verbond zal ijveren om die hindernissen weg te werken.

Cepess, de studiedienst van CVP en PSC, spreekt de vaststellingen en het betoog van het VEV niet tegen. Uit een onderzoek besteld door de Franstalige christen-democraten blijkt dat Wallonië en Brussel één generatie (25 jaar) nodig hebben om het gemiddeld Europees welvaartsniveau (inkomen per hoofd van de bevolking) te halen, en anderhalve generatie om het Vlaams niveau te bereiken.

Het politieke studievolk van de Brusselse Tweekerkenstraat kent ook de oorzaken van het achternahinken van Wallonië : de macht van de Parti Socialiste in de Waalse economische intercommunales is een bron van immobilisme. Vijftig jaar na de feiten moet Wallonië niet meer kankeren over de zware erfenis van het verleden, over de sluiting van de steenkoolmijnen en de pijnlijke herstructureringen in de staalnijverheid. Wallonië reageert defensief, initiatieven blijven uit. De omvorming van de zware industrie naar een diensteneconomie is mislukt. Volgens Cepess en straks dus ook volgens de PSC door de schuld van de socialisten die het economisch beleid beheersen.

G.D.

Volgens de PSC is de macht van de PS in de Waalse intercommunales een bron van immobilisme. Foto : het Waals parlement.

Reageren op dit artikel kan u door een e-mail te sturen naar lezersbrieven@knack.be. Uw reactie wordt dan mogelijk meegenomen in het volgende nummer.

Partner Content