Muizen reisden mee met de Vikings

Dieren kunnen in het kielzog van mensen nieuwe streken koloniseren.

De Vikings hebben een grote invloed gehad op de geschiedenis van vooral Europa, met hun woeste plundertochten. Ze bereikten zelfs verafgelegen plaatsen als Groenland en Newfoundland, op de kust van wat nu Canada is. Ze namen regelmatig dieren mee voor onderweg, zoals paarden, schapen en kippen.

Maar ze hadden ook verstekelingen aan boord, onder meer huismuizen, die nu zeldzamer aan het worden zijn, maar lange tijd niet weg te denken waren uit menselijke nederzettingen. Wetenschappers hebben met DNA-analyses de historiek van de kolonisatie van moeilijk bereikbare hoeken van Europa door huismuizen bestudeerd.

Hun resultaten, gepubliceerd in het vakblad BMC Evolutionary Biology, laten aan duidelijkheid niets te wensen over: van de 8ste tot de 10de eeuw profiteerden de muizen van de Vikings om Schotland, Ierland en IJsland te koloniseren. Ze vestigden er stevige populaties, die nooit meer zouden verdwijnen.

In Groenland ging het hen minder goed af: ze kregen er wel voet aan de grond, maar zouden er uitsterven, en later vervangen worden door muizen die meekwamen met Deense kolonisten. In Newfoundland werd geen oud huismuizen-DNA gevonden. Als de diertjes er al geraakten, stierven ze relatief snel weer uit. De Vikings zelf kregen er ook nooit stevig voet aan de grond. (DD)

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content