Grote zaagbek en nonnetje strijken neer in België

Door de winterprik zijn de grote zaagbek en het nonnetje er weer. De kieviten, wulpen en grote zilverreigers trokken naar het zuiden om aan de koude te ontsnappen.

De koudegolf in ons land heeft ervoor gezorgd dat veel vogels die ten noorden of ten oosten van ons land overwinteren, alsnog zachtere oorden opzochten. Kieviten, wulpen en grote zilverreigers trokken dan weer massaal zuidelijker.

Grote zaagbek en nonnetje

“Er was de afgelopen dagen veel beweging van vogels die afhankelijk zijn van open water”, aldus Koen Leysen van Natuurpunt. “Bijvoorbeeld de uittocht van futen uit Noord-Nederland was aan onze kust duidelijk zichtbaar. Hoge aantallen grote zaagbek en nonnetje zien we vooral in strenge winters: het dichtvriezen van de Oostzee en het IJsselmeer speelt hierin een sleutelrol. Tot voor kort lagen de aantallen van grote zaagbek ver beneden het normale peil.” Ook de grote aantallen zanglijsters komen wellicht uit het koudere noorden.

Heel anders is het gesteld met notoire vorstvluchters als de kievit. “In januari werden er dagelijks duizenden gemeld, ongeveer dubbel zoveel als vorig jaar. Daar waar hun aantallen vorig jaar piekten in februari, zijn nu bijna alle kieviten vertrokken. Ook wulpen en grote zilverreigers konden het hier blijkbaar niet langer harden en repten zich zuidwaarts.”

De houtsnipVoor nog andere soorten, zoals onder meer watersnip, ijsvogel of blauwe reiger betekent de ijsperiode een zware natuurlijke selectie, vaak tot het bittere einde. De sneeuw zorgde er alvast voor dat de houtsnip, die met zijn lange snavel in de grond priemt om aan voedsel te geraken, op de meest gekke plaatsen en zelfs in steden opdook. (Belga/INM)

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content