Van televisiemaker Rob Vanoudenhoven kan niet worden gezegd dat hij zijn beloftes niet houdt. Toen hij voor een van zijn programma’s met Vlaams minister van Leefmilieu Vera Dua (Agalev) in Brazilië op bezoek ging bij de Kayapo-indianen van Chief Raoni, werden daar concrete afspraken ge-maakt voor steun aan de in zijn voortbestaan bedreigde stam.
Het was niet de eerste keer dat er gefilmd werd bij de Kayapo, en de popster Sting dweilde met de om zijn uitgerokken onderlip fotogenieke Raoni al eens allerhande westerse instanties af in een poging aandacht voor het regenwoud en zijn leefgemeenschappen te wekken.
Maar de indianen werden niet veel beter van die initiatieven. De filmmaker achter Stings project, de halve Belg Jean-Pierre Dutilleux, zou wel een stevig slaatje uit zijn ‘onbaatzuchtige’ onderneming hebben geslagen. In die mate dat Raoni’s dorpelingen allesbehalve enthousiast waren toen Vanoudenhoven en Dua hun chef voor een tegenbezoek naar België uitnodigden.
Maar deze keer is het menens. Dua sluisde een impulsfonds voor het behoud van het regenwoud door de Vlaamse regering, waarin elk jaar 1,5 miljoen euro gestort zal worden. Daarvan gaat vijf jaar lang 125.000 euro per jaar naar het Raoni Instituut.
De Kayapo zullen het geld vooral gebruiken voor projecten met als hoofddoel: de blanken uit hun 78.000 km2 grote reservaat houden. Het is ondertussen bekend welke nefaste invloed blanke kolonisten op de woudbiotoop kunnen hebben. Meestal laten ze een woestenij achter.
Raoni wil ook inspanningen leveren om de Kayapo-cultuur te vrijwaren, onder meer door eigen scholen op te richten zodat ‘mijn kinderen geen blanken worden en niet vergeten hoe belangrijk het woud is’. Hij was zo tevreden over Dua’s demarche – ‘de eerste die echt in mijn instituut investeert’ – dat hij haar prompt tot lid van zijn familie uitriep.
Ook Vanoudenhoven deed op zijn manier een duit in het indianenzakje. Hij mobiliseerde zijn vrienden uit de televisie- en de rockwereld voor een benefiet ten voordele van de Kayapo. Als cultuurclash kon dat tellen. Het rockgeweld van Gorki en andere goden uit de Belgische muziekscène in contrast met de prachtige beelden die Vanoudenhovens ploeg bij de Kayapo draaide.
Raoni bleef uit de buurt van het kabaal. Hij zat rustig een pijp te roken in de artiestenruimte, en liet zich welgevallig fotograferen met dat andere grote stamhoofd, Jos Geysels van Agalev, en met een schare jonge meisjes die dit keer niet in rockhelden geïnteresseerd waren, maar in de oude krijger van het woud.
Voor hij vertrok, gaf Raoni op het podium een toespraak. En hij leverde zijn bijdrage aan het behoud van het Vlaamse leefmilieu. Hij zong en danste om de redding van het Brugse Lappersfortbos af te smeken.
Het was een kort dansje. Het Lappersfortbos is dan ook heel klein in vergelijking met het Braziliaanse woud. Maar alle beetjes helpen.
Dirk Draulans