Wondertablet of lezersfuik?

'De eerder conservatievejournalisten hebben de iPad omarmd zoals Winnie-the-Pooh een pot met honing.' © gf

De afgelopen jaren is de gratis nieuwsstroom op internet alleen maar blijven aanzwellen. Terwijl bij veel lezers een gevoel van oververzadiging optrad, zagen de mediabedrijven hun winsten almaar teruglopen. Kan de komst van de iPad het tij keren? Brengt het nieuwe medium de lezer opnieuw rust, en de uitgever opnieuw meer inkomsten?

In zijn kantoortje op de zesde verdieping bij Der Spiegel in Hamburg glijdt Rainer Sennewald liefdevol met zijn vinger over het scherm van zijn iPad. Bij elke pagina die hij ‘omslaat’, verschijnt een rode titelband. ‘Precies zoals bij de gedrukte Der Spiegel’, zegt Sennewald, die de leiding heeft over de vormgeving van het vooraanstaande Duitse weekblad. ‘Dit medium moet helemaal de sfeer van Der Spiegel ademen.’

Sennewald vertelt over het bezoek van Sascha Lobo een paar maanden terug, excentrieke media-expert en een van Duitslands meest prominente bloggers. Een bezoek dat binnen Der Spiegel meteen heel wat stof deed opwaaien. De iPad behoort tot de internetmedia, beweerde Lobo. En dus vond hij dat we elk artikel op de iPad continu moesten actualiseren. Precies zoals we dat doen met Der Spiegel Online’, vertelt Sennewald. ‘Onze hoofdredactie was het daar volstrekt niet mee eens. Zij vindt dat de iPad een rustig medium moet worden. Zonder snel bewegende beelden, zonder links die de lezer van het ene nieuwsfeit naar het andere jagen. De iPad moet de lezer de sereniteit bieden waar hij door het nerveuze internet zo naar is gaan verlangen.’

Twee jaar geleden begon Sennewald ontwerpen te maken voor de nieuwe versie van Der Spiegel op iPad. ‘Het toestel was nog niet te koop. Steve Jobs van Apple had het concept bedacht en we wisten dat het op een dag in de rekken zou liggen. Net zoals bij Der Spiegel Online wilden we er als eerste bij zijn om opnieuw een voorsprong op de anderen te hebben. Ook al verschilt de iPad totaal van de onlineversie van Der Spiegel. De iPad-versie moet je rustig op de sofa kunnen lezen en doorbladeren als je dat wilt.’

De sofa is ook voor de Nederlandse technologie-expert Henk Van Es de plek bij uitstek om te iPadden. ‘De iPad mist twee dingen: een toetsenbord en een muis. Maar dat is helemaal niet erg. Het maakt van de iPad een heel tactiel apparaat. Surfen op de sofa wordt opeens leuk, snel en efficiënt. Het lijkt alsof je veel directer in contact komt met de informatie. De mediabedrijven kunnen hun kranten dan ook niet ruwweg omzetten van een papieren naar een iPad-versie. Ze moeten creatief zijn.’

De iPad-lezer moet toegevoegde waarde krijgen, luidt het ook op de vergadering van de iPad-Spiegel met een tiental redacteurs. ‘Een fotograaf die in Afghanistan op pad gaat, maakt niet langer alleen beelden maar ook opnames van achtergrondgeluid en vertelt de lezer hoe zijn reportage tot stand is gekomen’, zegt een redacteur terwijl hij in zijn kopje koffie roert. ‘Een fotoreportage moeten we begeleiden met muziek. Is er zoiets als typische Der Spiegel-muziek? En is dat dan klassieke muziek? Rock? Of jazz?’

‘De multimediale aanpak zal sowieso de creativiteit van de journalist stimuleren’, zegt Cordt Schnibben, een van de twee tijdelijke hoofdredacteurs van Der Spiegel-iPad, na afloop van de vergadering. ‘De journalist wordt verplicht om zijn verhaal op een andere manier aan te pakken. Hij moet nadenken over het format waarin hij het brengt: in de vorm van tekst of beeld, met of zonder geluid. Hij kan verkorte documentaires of interactieve grafieken aan zijn verhalen koppelen, en dat binnen een onbeperkte ruimte. De iPad is daarmee de ideale drager van langere verhalen. Hij luidt de terugkeer in van slow journalism, zo lijkt het wel.’

‘Ik zie door de iPad een dubbele beweging ontstaan’, zegt Clemens Höges, de tweede interim-hoofdredacteur. ‘Enerzijds zal de pure nieuwsjournalistiek steeds meer naar het internet verhuizen. Dat is ook het snelste medium. Voor de magazines, zowel de print- als de iPad-versie, zal het er steeds meer op aankomen te bepalen wat belangrijk is, veel meer dan te jagen op het echte nieuws. De trage, diepgravende journalistiek kan er dankzij die evolutie alleen maar op verbeteren.’

Ook bij het Duitse magazine Die Zeit zijn de verwachtingen omtrent de iPad hooggespannen. Ze noemen de iPad, ‘als hij zich weet door te zetten’, zowaar ‘een levensverzekering voor kwaliteitsjournalistiek. De invoering van het internet lokte destijds iedereen naar de snelle berichtgeving’, zegt plaatsvervangend hoofdredacteur Moritz Müller-Wirth. ‘En dat heeft ons heel wat lezers gekost. Veel mensen wilden niet langer rondzeulen met grote, dikke kranten. Sinds de aanslagen van 11 september is die trend gekeerd. De tragische gebeurtenis deed bij de lezer de behoefte ontstaan aan solide informatie en duiding, wat onze oplage opnieuw omhoogstuwde. De behoefte aan achtergrondinformatie hopen we op een innovatieve manier ook op de iPad te kunnen invullen.’

Niet uit het raam gooien

Kwaliteitsjournalistiek heeft dus veel te winnen bij de komst van de iPad. Toch zien sommige journalisten de iPad als een stap achteruit. De Nederlandse freelancejournalist en internetkenner Arjan Dasselaar neemt daarbij vooral de ‘eerder conservatieve journalisten’ in het vizier. ‘Zij grijpen naar elke nieuwe technische vinding alsof het de redding van het vak zal worden’, zegt hij op de onafhankelijke groepsweblog, De Nieuwe Reporter. ‘Zij gaan ervan uit dat innovatie zich beperkt tot de vernieuwing van een distributiekanaal, en zeker niets te maken heeft met de inhoud die ze produceren. Ze hebben de iPad dan ook omarmd zoals Winnie-the-Pooh een pot met honing’, schrijft hij. ‘Als het distributiemodel maar innoveert, hoeven wij dat niet te doen, lijkt hun onuitgesproken gedachte.’ Het herinnert Dasselaar aan Henry Ford, die ooit gezegd zou hebben: ‘Als ik mijn klánten had gevraagd wat ze wilden, hadden ze om een sneller paard gevraagd.’ In de journalistiek zijn het niet de klanten – de lezers – die op een ouderwetse manier denken. Het zijn helaas de producenten – de journalisten, vindt hij. De iPad zal volgens hem dan ook niet veel bijdragen tot de ‘redding’ van de journalistiek.

Toch moet het gezegd: de iPad is – zij het dan als distributiekanaal – echt wel vernieuwend. Hij heeft talloze interactieve knopjes en biedt een groot leescomfort. Daartegenover staan de voordelen van een krant of tijdschrift op traditioneel papier: die zijn plooibaar, oprolbaar, draagbaar, archiveerbaar en goedkoop. Op het strand en in de tuin kun je nog altijd beter een tijdschrift of een boek meenemen dan een iPad of een leestablet. Om Umberto Eco in het Franse cultuurmagazine Télérama te citeren: ‘Een boek dat je van de vijfde verdieping naar beneden gooit, blijft min of meer ongeschonden. Een e-book dat je naar beneden gooit, is zo goed als zeker stuk.’

Met een iPad kun je ook geen vliegen doodmeppen. Dat bleek uit het reclamefilmpje voor de New Yorkse krant Newsday, dat al vrij snel weer van het internet afgehaald werd: Een man die in de keuken de krant zit te lezen op zijn iPad, merkt plots een vlieg op en slaat ze met de iPad dood. Het glas breekt in duizend stukjes. Op een speelse manier wilde de advertentie duidelijk maken dat de iPad veel meer mogelijkheden biedt dan een klassieke krant, maar ook weer niet voor eender wat gebruikt kan worden.

De iPad heeft ook technisch gezien een paar nadelen. Hij werkt met een gesloten systeem, waar je enkel Apple-applicaties op kunt draaien. Uitgevers binden zich op die manier aan één enkel bedrijf en moeten 30 procent van hun verkoopinkomsten aan Apple afstaan. Meer nog, ze investeren in Apps die niet bruikbaar zijn op andere systemen. De toekomst zal moeten uitwijzen hoe snel nieuwe open systemen zullen worden ontwikkeld, en of Apple de markt dan al zal hebben ingepalmd.

Betalen voor inhoud

De iPad – die vanwege zijn cultstatus weleens ‘ Jesus Tablet’ wordt genoemd – wekt dus bijzonder grote verwachtingen bij de media-uitgevers. Zij zien het toestel als de laatste kans om de lezer uiteindelijk toch te laten betalen voor de content die ze zo lang gratis op internet hebben gegooid. Na jaren van verlies willen ze hun cijfers opkrikken. ‘Een vierde van de lezers van de gedrukte Der Spiegel zou binnen een paar jaar mogelijk op de iPad-versie overstappen. Tenminste, dat hopen we toch’, zegt Cordt Schnibben. ‘De eerste resultaten zijn alvast veelbelovend.’

Ook bij het Duitse magazine Die Zeit zien ze de iPad als de ‘vermoedelijk laatste kans om met kwaliteitsjournalistiek geld te verdienen, door in te stappen in een rendabel model van betalende content.’

En bij het Amerikaanse technologiemaandblad Wired, dat in handen is van Condé Nast, klagen ze al evenmin over de komst van iPad. Volgens The Economist zou Wired dagelijks 24.000 downloads verkopen en dat tegen 5 dollar per stuk – cijfers die de iPad-versie van het blad zeer populair maken bij adverteerders. Die zijn bereid om tot 10 cent per lezer te betalen, dat is een veelvoud van wat kranten aanrekenen voor advertenties op het internet.

‘De mediawereld heeft de afgelopen tien jaar een hele omwenteling doorgemaakt’, zegt de Belgische mediakenner Edward Claessens. ‘Het internet en de sociale media hebben de gedrukte pers met de neus op de feiten gedrukt. De toekomst van de kranten was onzeker, en dat verplichtte hen om te zoeken naar een nieuw businessmodel. De iPad moet daarop het antwoord bieden.’

Mediatycoon Rupert Murdoch probeerde een paar jaar geleden om een eind te maken aan gratis content met een betaalmuur voor zijn krantensites. Maar dat had enkel succes bij TheWall Street Journal. Vandaar dat Murdoch nu ook focust op de iPad, die volgens hem wel eens de redding van de krantenindustrie zou kunnen betekenen. Een paar jaar geleden had diezelfde Murdoch met zijn bedrijf News International wat hij noemde ‘de kathedralen van de technologie’ gebouwd: drie grote drukkerijen voor een totale kostprijs van 650 miljoen pond. Het gaf zijn krantenindustrie een flinke duw in de rug. Maar als Murdoch in 2004 had geweten wat hij nu weet, had hij de bouwvergunning wellicht nooit aangevraagd. Als je alleen al rekent dat de distributiekosten voor kranten oplopen tot 30 procent, en dat de productiekosten ook nog eens 20 tot 25 procent bedragen, dan is de keuze snel gemaakt. De 30 procent die Apple vraagt voor de verkoop van abonnementen of losse nummers, mag je dan wel even niet meerekenen.

Paard van Troje

Er valt dus wel degelijk geld te verdienen met de iPad. Toch is de vraag in welke mate dit informatiemedium echt zal doorbreken. Veel webexperts zijn daar nogal sceptisch over. De Canadese journalist en sciencefictionauteur Cory Doctorow bijvoorbeeld ziet de iPad snel verdwijnen. ‘Het lijkt een remake van de cd-romrevolutie’, schreef hij op de invloedrijke blog Boing Boing. ‘Toen beweerden de nieuwsmakers dat ze de media compleet zouden hervormen door de dure producten die ze zouden aanmaken. Maar de cd-revolutie is geflopt.’ In zijn artikel ‘Why I won’t buy an iPad (and I think you shouldn’t either) raadde Doctorow dan ook iedereen af om een iPad te kopen . ‘De modelconsument van de iPad lijkt de technofoob die er niets van snapt. Dat blijkt ook uit de manier waarop je de iPad kunt verbeteren: niet door uit te vissen hoe hij werkt, maar door extra iApps (applicaties) aan te kopen.’

Ook de weblegende Jeff Jarvis van de blog Buzzmachine.com vindt de eenvoud van de iPad een vloek veeleer dan een zegen. Die zal de creativiteit van de gebruikers inperken. Niet omdat je er zelf niet aan kunt sleutelen, wel omdat de controle van de mediabedrijven weer vergroot. ‘De iPad probeert ons weer helemaal tot ‘publiek’ te maken. Meteen is dat ook de reden waarom de mediabedrijven en de adverteerders er zo positief tegenover staan. Ze denken dat de iPad ons terugbrengt naar the good old days, toen we alleen het nieuws wilden dat ons werd voorgeschoteld. Terug naar de tijd, toen we nog geen nieuws creëerden, en toen de mediabedrijven onze media-ervaring controleerden en wij hen nodig hadden als we nieuws wilden vernemen.’

De iPad is erger dan internet, vindt Jarvis. Je kunt er geen commentaar meer leveren, niet remixen noch doorklikken naar andere links. Dat komt omdat de mediabedrijven werken met de Apps die helemaal gesloten zijn. ‘Voor mij is de iPad dan ook zoiets als een futuristisch Trojaans paard, maar dan niet één dat soldaten binnenvoert in het koninkrijk om de oude muren af te breken. Wel integendeel, hier worden wij, de lezers, in het paard geladen en teruggevoerd binnen de oude muren. De poort slaat dicht en we worden opnieuw verwelkomd in het rijk van de controlerende media, dat we bijna een generatie geleden al verlaten hadden.’

DOOR INGRID VAN DAELE

‘De iPad luidt de terugkeer van slow journalism in, zo lijkt het wel.’

Reageren op dit artikel kan u door een e-mail te sturen naar lezersbrieven@knack.be. Uw reactie wordt dan mogelijk meegenomen in het volgende nummer.

Partner Content