De bekende Britse natuurkundige Stephen Hawking is zo’n beetje de nieuwe goeroe van de wetenschap.

Als hij reist, sleept Stephen Hawking, hoogleraar natuurkunde aan de universiteit van het Britse Cambridge, een gevolg van vijf mensen mee, onder wie drie verpleegsters. Hawking lijdt al jaren aan amyotrofe laterale sclerose: een dodelijke ziekte van het afweersysteem die zijn spierweefsel verteert. De man kan niet meer bewegen. Communiceren doet hij via een spraakcomputer.

Vorige week zou Hawking in Brussel een interview geven, maar hij was te moe om meer dan enkele zinnen te formuleren als antwoord op een kleine selectie van vooraf gestelde vragen. Op wetenschappelijke conferenties houdt iedereen zijn hart vast als Hawking een vraag stelt, niet zozeer uit angst voor de teneur daarvan, wel omdat het een kwartier duurt voor hij ze in zijn computer heeft ingetikt.

Toch geeft Hawking lezingen voor een groot publiek. Hij is auteur van enkele bestsellers over natuurkunde. Onlangs haalde hij het wereldnieuws met zijn stelling dat de mens als soort alleen zal overleven als wij de ruimte koloniseren. Als natuurkundige is Hawking ervan overtuigd dat het ultieme kwaad uit de biologie zal komen.

Analisten vergelijken hem met de monniken uit de Middeleeuwen, die de God van toen uitlegden voor het dommere gewone volk. Hoewel atheïst doet Hawking iets vergelijkbaars, want weinigen komen dichter in de buurt van een inzicht in het Grote Begin dan de verlamde wetenschapper. Daarenboven is hij niet vies van leuk klinkende stellingen. ‘Misschien zijn wij gewoon personages in een computerspelletje gespeeld door aliens‘, vertelt hij tegenwoordig als grap.

Hawking houdt zich nu met braan-werelden bezig. Hij sluit niet uit dat er vlakbij de braan waarop wij (zouden) leven, een ‘schaduwbraan’ ligt: ‘We zouden die niet kunnen zien, omdat licht alleen over de branen zelf reist, en niet de ruimte ertussen overbrugt. Maar we zouden wel de aantrekkingskracht van de materie op de schaduwbraan voelen. Het is dus mogelijk dat er schaduwgalaxieën, schaduwsterren, zelfs schaduwmensen bestaan… Zulke schaduwobjecten zouden voor ons donkere materie zijn, die we niet zien, maar waarvan we wel de zwaartekracht kunnen voelen.’

Hawking verdedigt een model waarin het heelal uit een kwantumfluctuatie ontstond als een bel die vanaf een bepaalde kritische massa eindeloos blijft aangroeien: ‘Mensen die (zoals wij) leven op het oppervlak van de bel, zouden denken dat het heelal uitdijt. Een analogie is het schilderen van galaxieën op een ballon en die dan opblazen. De galaxieën zouden zich van elkaar verwijderen, maar geen enkele kan worden aangeduid als het centrum van de expansie. Laten we hopen dat er niet Iemand met een kosmische speld bestaat, die de bel uit elkaar kan laten spatten.’

Dat mensen in een holografische wereld op de braan van zo’n bel zouden leven, is voor Hawking geen punt: ‘Ik weet alles van hologrammen, want ik was er zelf een, samen met Newton en Einstein, in een aflevering van Star Trek.’

Het is bekend dat Hawking graag speculeert: ‘Het kan natuurlijk dat wat wij als een vierdimensionele ruimtetijd beschouwen, niet meer is dan een hologram van wat er gebeurt in het vijfdimensionele binnenste van een bel. Wat is dan de realiteit, de bel of de braan? Wij gaan ervan uit dat wij leven in een wereld met drie ruimtelijke en één tijdsdimensie. Maar misschien zijn wij niet meer dan schaduwen geprojecteerd door een flikkerend vuur op de wand van een grot. Het is te hopen dat eventuele monsters die we daar zouden tegenkomen ook niet meer dan schaduwen zijn.’

Reageren op dit artikel kan u door een e-mail te sturen naar lezersbrieven@knack.be. Uw reactie wordt dan mogelijk meegenomen in het volgende nummer.

Partner Content