‘Wie het zotteke wil uithangen, zet ik meteen op zijn plaats’

Bram Vandeweyers © SISKA VANDECASTEELE

Het aantal verkeersslachtoffers staat op het hoogste peil sinds 2016. Is het gevaarlijker geworden op de weg, of zijn we gewoon slechte bestuurders? Rijinstructeurs zien vooral een infrastructuur die beter kan, en te weinig degelijk opgeleide weggebruikers.

Gevaarlijke verkeerssituaties zijn dagelijkse kost voor de Belgische weggebruiker. ‘Dat ons verkeer zo chaotisch is, heeft met verschillende factoren te maken’, zegt Jeroen Smeesters, voorzitter van Federdrive, de federatie van de Belgische erkende rijscholen en opleidings- en rijvaardigheidscentra. ‘Met onze moeilijke ruimtelijke ordening, bijvoorbeeld, maar ook met het gebrek aan professioneel opgeleide bestuurders. We zijn het enige land in Europa waar jongeren op zo’n grote schaal leren rijden van hun ouders. Zowat de helft van de chauffeurs is nooit naar de rijschool geweest. Daardoor reageren mensen heel verschillend op eenzelfde verkeerssituatie. Het zou een groot verschil maken mochten we op de weg allemaal dezelfde taal spreken. Europa ziet al veel langer het belang van een verplichte rijopleiding in, maar in België durft geen enkele politicus die beslissing te nemen.’

Marie-Laure Van Vlasselaer
Marie-Laure Van Vlasselaer© SISKA VANDECASTEELE

Moet er ook een verplichte opleiding komen voor zogeheten ‘nieuwe voortbewegingsmiddelen’ zoals speedpedelecs en elektrische steps, die steeds vaker in de ongevallenstatistieken voorkomen? ‘Dat is een moeilijke afweging. Het is een goede zaak voor het milieu dat alternatieve vervoersmiddelen populairder worden, maar een verplichte opleiding kan mensen afschrikken. We zouden fabrikanten mee verantwoordelijk kunnen maken, door een opleiding in de prijs op te nemen. Al blijf je dan wel afhankelijk van de goodwill van mensen om ze daadwerkelijk te volgen.’

Bram Vandeweyers – coördinator motoropleiding bij rijschool Mercator en 18 jaar instructeur

Als motorrijder heb je twaalf keer meer kans om te sterven in het verkeer dan de gemiddelde gebruiker van een gemotoriseerd voertuig. Geen fraai cijfer. ‘We wijzen onze leerlingen altijd op hun kwetsbaarheid’, vertelt Bram Vandeweyers. ‘We willen hen vooral doen nadenken. Wat zijn de risico’s, en hoe kun je jezelf en de andere weggebruikers beschermen?’

Vandeweyers behaalde zijn motorrijbewijs in de jaren negentig. ‘Acht uur rijles moest ik toen volgen. Dat is bespottelijk weinig. Pas door les te geven, ben ik gaan beseffen wat het kost om een goede motorrijder te zijn. Het verkeer is veel drukker geworden. Je moet veel langer geconcentreerd blijven dan pakweg twintig jaar geleden. Maar ook de infrastructuur in ons land – met slechte wegdekken en risicokruispunten – laat het afweten.’

Vandeweyers werkt zo veel mogelijk op maat van zijn leerlingen. ‘Soms begeleid ik mensen die nog geen enkel rijbewijs hebben. Ze dromen ervan om een motor te besturen, terwijl ze nog niet eens weten wat een voorrangsweg is. Dat is een uitdaging. Maar het zijn de leerlingen die me de meeste moeite kosten, die me het meest bijblijven.’

Marie-Laure Van Vlasselaer – vormingsmedewerker bij de Vlaamse Stichting Verkeerskunde

Nee, ze is geen officiële rijinstructeur – dat bestaat nog niet voor ‘snelle fietsen’. Marie-Laure Van Vlasselaer geeft fietsopleidingen aan gebruikers van speedpedelecs, snelle elektrische fietsen die vooral onder pendelaars aan populariteit winnen. ‘We concentreren ons sterk op verantwoord omgaan met snelheid, benadrukt Van Vlasselaer. ‘Het is niet omdat je 45 kilometer per uur kunt halen, dat je dat ook altijd moet doen. Je moet je aanpassen aan het verkeer om je heen.’

Daarnaast moeten bestuurders van speedpedelecs vooral weten hoe ze moeten remmen en waar ze mogen rijden. ‘Soms worden ze als fietser beschouwd, soms als bromfietser. De regels zijn weleens vaag of ingewikkeld. Hetzelfde geldt voor de elektrische steps. Veel jongeren op een step lijken niet te beseffen dat ook voor hen de verkeersregels gelden.’

Elke weggebruiker zou baat hebben bij een opleiding of opfrissing, vindt Van Vlasselaer. ‘We denken allemaal dat we heel goede chauffeurs zijn, maar we merken dagelijks dat het niet zo is. Van jongs af aan correct verkeersgedrag aanleren, kan een verschil maken.’

Rudi Goossens – 11 jaar rijinstructeur bij VAB-Rijschool

Van paardenliefhebbers die met een grote trailer willen rijden tot jonge mensen die dromen van een leven als trucker: Rudi Goossens krijgt een divers publiek in zijn cabine. ‘De meeste leerlingen zijn heel voorzichtig. Wie het zotteke wil uithangen, zet ik meteen op zijn plaats. Ik zie meer cowboys rond dan in mijn vrachtwagen. Mensen die door het rood rijden, zowel automobilisten als fietsers: daar kan ik met mijn verstand niet bij.’

Meer duidelijkheid en eenvormigheid op onze wegen zou ook helpen. ‘Op dat vlak ben ik jaloers op Nederland. Een kruispunt in Groningen ziet er net hetzelfde uit als een kruispunt in Breda. In België zijn ze – hoe zal ik het zeggen – nogal fantasierijk.’

Je hoeft Goossens niet te vertellen dat het verkeer is veranderd. ‘Speedpedelecs en elektrische steps zijn zo snel dat ik er soms van schrik. Als je op het juiste moment in de juiste spiegel kijkt, heb je alles gezien, maar er kan altijd iets mislopen. Een ongeval zoals onlangs in Antwerpen (waarbij twee kinderen om het leven kwamen, nvdr) is verschrikkelijk. Maar je kunt niet de hele tijd denken aan wat er kan gebeuren, want dan durf je de weg niet meer op.’

Rudi Goossens
Rudi Goossens© SISKA VANDECASTEELE
Reageren op dit artikel kan u door een e-mail te sturen naar lezersbrieven@knack.be. Uw reactie wordt dan mogelijk meegenomen in het volgende nummer.

Partner Content