Het is eigenlijk bijna onvermijdelijk dat de overheid van een land en de burgers niet altijd op dezelfde golflengte zitten. Vaak blijft die spanning lang onder de oppervlakte, soms botsen de ijsschotsen dat het kraakt en het schuim hoog opspat.

In oktober 1996 oordeelde het Hof van Cassatie dat onderzoeksrechter Jean-Marc Connerotte van Neufchâteau niet meer als een onpartijdig magistraat kon optreden in de zaak van de ontvoerde en vermoorde meisjes. Connerotte had een spaghetti-etentje van de vzw Marc et Corinne bezocht, die toen erg actief was in de commotie rond de verdwenen kinderen. Op het etentje waren ook de twee meisjes aanwezig, die net tevoren uit de klauwen van Marc Dutroux waren bevrijd. Ze gaven Connerotte een cadeautje, een bedankje voor hun leven.

In tegenstelling tot een procureur of een advocaat is een onderzoeksrechter geen partij in een zaak. Hij brengt op een zo objectief mogelijke manier voor en tegen bij elkaar. De aanwezigheid van Connerotte op het bewuste etentje kon de indruk wekken dat hij partij koos. Dat kan vreemd klinken in het geval van een man als Dutroux, maar precies in zo’n zaak moet het gerecht op zijn tellen passen.

Connerotte werd van het onderzoek ontheven, en dat maakte een storm van protest los onder de bevolking die niet begreep wat er gebeurde. Het leek alsof de nieuwe volksheld, le petit juge de Neufchâteau, werd gestraft. Het arrest lag aan de basis van de Witte Mars en van veel loze beschuldigingen en verdachtmakingen. Toch was de uitspraak vanuit het standpunt van de wet correct. Er was alleen niemand die opstond om snel en duidelijk uit te leggen waarom dat zo was. Geen magistraat, geen parlementslid of professor. Geen minister.

Vorige week werden in Brussel enkele veekoopmannen vrijgesproken, hoewel ze op een videofilm van de dierenrechtenorganisatie Gaia herkend zouden zijn terwijl ze op een veemarkt dieren slaan. Het vonnis raakt een emotionele snaar. Gaia-woordvoerder Michel Vandenbosch dreigt met een grote betoging.

Het is ook in deze zaak niet zo eenvoudig als het lijkt. Om te beginnen, is het niet helemaal duidelijk wat er op de beelden precies te zien is. Bovendien speelde Gaia de repliek van minister van Volksgezondheid Magda Aelvoet op een parlementaire vraag van haar groene partijgenoot Peter Vanhoutte over de affaire uit, nog voor dat antwoord ook was gepubliceerd. Gaia kon die op dat moment dus eigenlijk niet hebben. De rechter voelde zich daardoor gemanipuleerd, en werd boos.

Maar bovenal blijft het gebruik van een videofilm in een rechtszaak uitermate delicaat. Hoe groot het morele gelijk van Michel Vandenbosch ook mag zijn. Wie in de media werkt, weet hoe gemakkelijk beelden kunnen worden bijgewerkt, veranderd, verdraaid. Wie op beeld schuldig lijkt, is het daarom niet noodzakelijk.

De vergelijking met beelden die door, bijvoorbeeld, bewakingscamera’s worden geschoten, gaat niet helemaal op. Hier werd de film geleverd door een belangenorganisatie die zich profileert op datgene wat ze stiekem heeft gefilmd. De beelden gingen overigens eerst de wereld rond. De mannen op de markt werden op televisie veroordeeld zonder proces. Een van hen was een kind van een jaar of tien.

Zoals indertijd met het spaghetti-arrest ontbrak het ook hier aan iemand die met gezag – pedagogisch – uitlegt wat er is gebeurd. Een magistraat, een professor of een parlementslid. De schok van 1996 begint in het geheugen al te vervagen. Gaia heeft de aandacht gevestigd op een reëel probleem: dat dieren op veemarkten vaak onnodig brutaal worden behandeld. Maar ze heeft daarmee de schuld van deze of gene niet onomstotelijk bewezen.

Hubert van Humbeeck,

Reageren op dit artikel kan u door een e-mail te sturen naar lezersbrieven@knack.be. Uw reactie wordt dan mogelijk meegenomen in het volgende nummer.

Partner Content