Waarom we niet zonder Indiase informatici kunnen

Jeugdspelers van de Belgium Cricket Federation trainen in de VUB-sporthal. De club telt vooral kinderen van Indiase IT'ers. © FRANKY VERDICKT

Bij banken, telecombedrijven en zelfs bij de NMBS: Indiase IT’ers zijn alomtegenwoordig in de Belgische economie. Sociale dumping? ‘Hun salarissen liggen op hetzelfde niveau.’

De Indiase gemeenschap vertoont in België een opvallende groei. Begin dit jaar stonden bij de Dienst Vreemdelingenzaken 12.386 Indiërs met een verblijfsvergunning ingeschreven, een toename met een kleine 50 procent in vijf jaar tijd. Uit detailtabellen blijkt dat die stijging haast volledig te verklaren valt door arbeidsmigratie en daarmee samenhangende familiehereniging.

De helft van de Indiërs woont in Vlaanderen, met een opvallende concentratie in Antwerpen, waar de diamantsector als magneet werkt. De groeicijfers noteren we vooral in de hoofdstedelijke regio, die intussen al zo’n 5000 Indiërs telt. Een recente studie van humanresourcesspecialist SDWorx bevestigt de trend. Indiërs staan voor het eerst in de top drie van buitenlandse werknemers op de Belgische arbeidsmarkt, na Fransen en Nederlanders. Nog een indicator is het succes van het recente Diwali-festival op de Heizel. De Brusselse versie van het aan hindoegodin Lakshmi opgedragen lichtfeest is in drie jaar tijd uitgegroeid tot het grootste in Europa.

België is een interessante groeimarkt. Veel middelgrote bedrijven investeren in IT om concurrentieel te blijven op de wereldmarkt.’ Amol Bhatya, sales manager Capgemini

Proximus

IT’er Shashi Gunna, een frêle dertiger uit de zuidelijke deelstaat Andhra Pradesh, mag zich bij Proximus Customer Satisfaction Survey Services Architect noemen. Geen onbelangrijke functie, maar op de payroll van Proximus zal niemand hem vinden. Gunna is een van de 120 Indiërs die door TATA Consultancy Services (TCS) bij het Belgische telecombedrijf werden geparkeerd. ‘Wij werken on site’, zegt hij. ‘Daarnaast zijn er nog zo’n 500 Indiërs die vanuit Haiderabad op de Proximus-account werken.’ Gunna werkt al negen jaar voor Proximus, zowel in België als in India. ‘In 2008 ben ik voor het eerst naar België gekomen’, zegt hij. ‘Mijn eerste buitenlandse reis, ik kon er me niks bij voorstellen, we hebben in India al moeite om België en Brazilië uit elkaar te houden. Die missie van elf maanden is me goed bevallen. Toen ik in 2011 het voorstel kreeg om voor langere tijd naar België te verhuizen, heb ik mijn vrouw overtuigd om mee te komen. Gelukkig heeft ze zelf werk gevonden als IT’er. Bij Fedex, met een Belgisch contract zelfs. Er is veel veranderd in Brussel sinds die eerste periode. De huurprijzen zijn 40 procent gestegen, maar daar staat tegenover dat er nu meer Engels wordt gesproken. En wat ook opvalt: er wonen hier nu veel meer Indiërs, vooral in Evere, waar we een appartement en een crèche voor onze dochter van anderhalf hebben gevonden.’

De meeste IT-expats brengen hun gezin mee naar België.
De meeste IT-expats brengen hun gezin mee naar België.© FRANKY VERDICKT

Gunna behaalde een master computerwetenschappen in Haiderabad, een van de Indiase hubs van TATA Consultancy Services. Met wereldwijd 400.000 IT’ers is TCS, een onderdeel van de TATA-holding die verder onder meer in de staal- en automobielindustrie actief is, de onbetwiste nummer één onder de Indiase consultancybedrijven. Ook concurrenten zoals Infosys, Wipro en Tech Mahindra zijn wereldspelers met tussen de 100.000 en 200.000 IT’ers, daarna volgt nog een peloton van middelgrote bedrijven met tienduizenden werknemers. Drie van de grote vier – TCS, Infosys en Tech Mahindra – hebben een vestiging in ons land. Evere, Zaventem, Diegem: de locatie is niet lukraak gekozen. Het hele gebied tussen de luchthaven en Schaarbeek wordt weleens het Silicon Valley van België genoemd. Een cliché, maar het is een feit dat het tussen de NAVO-laan en de Haachtsesteenweg wemelt van telecombedrijven, banken en andere grootverbruikers van IT-diensten.

Niet dat de Indiase consultancybedrijven de markt voor zich alleen hebben. In Diegem is ook Capgemini gevestigd, een Franse multinational met zo’n 200.000 werknemers. ‘Ook daar zitten heel veel Indiërs tussen’, zegt sales manager Amol Bhatya. ‘Capgemini is een hybride speler. We zijn een Europees bedrijf met Europese werknemers, ik werk trouwens zelf met een Belgisch contract. Maar om op te boksen tegen Indiase concurrenten moeten we de kosten drukken. Capgemini Benelux heeft 200 Indiërs on site bij klanten. Die zijn op zich nauwelijks goedkoper dan lokale medewerkers, maar ze verzorgen de liason met Bangalore of Chennai, waar een groot deel van het werk tegen Indiase loonvoorwaarden gebeurt.’

Door het wisselkoersverschil kun je hier meer verdienen, zolang je de verblijfskosten maar binnen de perken houdt.’ Saikat Chakraborty, Tech Mahindra

NMBS

IT-consultancy is een erg breed begrip. Het kan gaan om digitalisering van betaalsystemen of productieketens, de ontwikkeling van cloud based solutions, of het aanpassen op maat van de klant van softwaresystemen voor logistieke en financiële planning. Softwaregiganten als SAP AG en Oracle leveren desgevraagd zelf de noodzakelijke ondersteuning, maar rekenen fors door. Daarom worden consultancydiensten meestal geheel of gedeeltelijk uitbesteed aan een derde partij die de beste prijs-kwaliteitverhouding garandeert. Heel vaak zijn het de Indiërs die met het contract gaan lopen, wat intern bij de klant tot grote verschuivingen kan leiden. Zo kreeg bij Orange/Mobistar twee derde van de IT-medewerkers collectief ontslag toen vijf jaar geleden de hele IT aan Tech Mahindra werd uitbesteed. De NMBS, in 2007 begonnen aan een zeer ambitieuze maar moeizame en geldverslindende overschakeling naar een SAP-systeem, heeft haar IT-dochter Ypto vorig jaar simpelweg verkocht aan TCS. Daar hoorde een contract bij van 250 miljoen euro over vijf jaar voor het beheren van applicaties. Zo’n 200 Indiërs zijn momenteel aan de slag in het hoofdkwartier bij het Zuidstation. Het is de bedoeling zo veel mogelijk werk te versluizen naar de collega’s in India, waar voortaan ook de servers van onze nationale spoorwegmaatschappij draaien.

De meeste IT-expats brengen hun gezin mee naar België.
De meeste IT-expats brengen hun gezin mee naar België.© FRANKY VERDICKT

Bhatya, een computeringenieur afkomstig uit Maharashtra, is een multitasker. Terwijl hij vanaf de zijlijn de crickettraining van zijn negenjarige zoon Bhargav volgt, geeft hij ons een sectoriële marktanalyse. ‘De voorbije jaren hebben vooral telecombedrijven en banken in digitalisering geïnvesteerd. Intussen hebben ook industriële bedrijven ingezien dat digitalisering een kwestie van overleven is. Daarom is België zo’n interessante groeimarkt. Echte wereldbedrijven hebben jullie niet meer, die zijn al lang door multinationals opgekocht. Maar België heeft veel middelgrote bedrijven zoals Lhoist, Bosal, Sioen en Bekaert, die nu volop in IT investeren om concurrentieel te blijven op de wereldmarkt.’

Cricket

Volgens een bilateraal akkoord uit 2006 mogen Indiërs tot vijf jaar ‘RSZ-vrij’ in België werken: de sociale zekerheid blijft Indiaas, maar de salarissen mogen niet lager liggen dan de Belgische sectoriële minima. Loonkosten spelen zeker een grote rol, maar Bhatya verwerpt de kritiek van sociale dumping die vaak in vakbondskringen weerklinkt. Goedkope Indiërs verdringen Belgische IT’ers? ‘Jullie kunnen niet zonder buitenlandse IT’ers’, kaatst hij terug. ‘In België studeren veel te weinig IT’ers af. Onbegrijpelijk, want wie de digitale technologie in de vingers heeft, zit gebeiteld. Jonge Belgische IT’ers zijn schaars en bijgevolg duur, ze werken bij voorkeur als zelfstandig consultant omdat ze dan veel meer kunnen verdienen. Aan de andere kant zitten Belgische bedrijven opgescheept met een oudere generatie die na twintig of dertig jaar routinewerk niet meer in staat is de sprong naar de digitale technologie te maken. Zonder Indiërs redden ze het niet.’

We ijveren al jarenlang voor de erkenning van het hindoeïsme als officiële religie.’ Parkash Gurnani, Brussels Mandir-voorzitter

Zoon Bhargav krijgt een high five. ‘Nice shot’, prijst zijn vader. Zo’n dertig jongens en meisjes zijn naar de VUB-sporthal afgezakt voor de wekelijkse training van de Belgian Cricket Federation. Op twee Engelsen na zijn het allemaal Indiërs, de ouders aan de zijlijn vormen een staalkaart van de IT-consultancy in België. Anand Singh werkt al vier jaar bij Atos Belgium in Zaventem. Eerder was hij jarenlang voor hetzelfde bedrijf in Frankrijk aan de slag als payment solution manager. ‘Ik zat toen op een grote Renault-account’, zegt hij. ‘We hadden een degressief contract: om de zoveel jaar moesten we hetzelfde servicepakket tien procent goedkoper leveren. Dat kon alleen door het aandeel Indiërs, on site zowel als off shore, te verhogen. Dat soort contracten is heel gewoon in onze business.’

Shashi Gunna, IT'er bij Proximus, met vrouw en dochter in de tempel Brussels Mandir.
Shashi Gunna, IT’er bij Proximus, met vrouw en dochter in de tempel Brussels Mandir.© FRANKY VERDICKT

20 procent on site, 80 procent off shore, dat is volgens verschillende bronnen de na te streven verhouding in een Belgisch-Indiase consultancydeal. In de beginfase liggen de verhoudingen anders: er is on site veel volk nodig om de kennisoverdracht te realiseren. Om het contract rendabel te houden, moeten de consultancybedrijven zo snel mogelijk vier vijfde van het werkvolume zien te offshoren.

Saikat Chakraborty van Tech Mahindra is aan zijn tweede Belgische periode bezig, nadat hij eerder ook al drie jaar in het Verenigd Koninkrijk had gewerkt. Of hij hier als expat meer verdient dan in eigen land? ‘Dat hangt af van je arbeidscontract’, zegt hij. ‘De loonschalen zijn dezelfde als in India, maar door het wisselkoersverschil kun je hier meer verdienen, zolang je de verblijfskosten maar binnen de perken houdt.’ Zijn collega Rahul Najit, team- manager bij Orange/TM, maakt de vergelijking met Belgische medewerkers. ‘De salarissen liggen op hetzelfde niveau. Alleen onze extralegale voordelen vallen een stuk magerder uit. We hebben geen bedrijfswagen, minder vakantie en minder maaltijdcheques dan Belgische collega’s.’

Yoga-initiaties

Net als de andere Indiërs claimen Chakraborty en Najit positieve ervaringen met lokale collega’s, die overigens lang niet altijd de Belgische nationaliteit hebben. ‘Bij Proximus zitten er vaak meer dan tien nationaliteiten rond de tafel’, vertelt Shashi Gunna, die we in de VUB als cricket-coach leren kennen. Ook hij voelt zich als expat welkom op de werkvloer. ‘Ik geef ’s middags vrijwillig yoga-initiaties’, zegt hij. ‘Daar komen ook heel wat vaste medewerkers op af.’

Microsoft en Apple

We horen het van alle gesprekspartners: geld is niet de enige drijfveer. De kans om de wereld te ontdekken, draagt in hoge mate bij tot de aantrekkingskracht van de IT-sector in India. Een gemiddelde buitenlandse missie duurt anderhalf tot drie jaar, lang genoeg om de familie te laten overkomen. In die tijd hebben de meeste Indiërs met hun gezin de halve Schengenzone verkend. Het gebrek aan animo van Belgische jongeren voor de sector wekt bij vele Indiërs onbegrip. ‘Ik denk dat de jeugd hier te veel opties heeft’, oppert Gunna. ‘Zelfs een loodgieter verdient hier goed de kost. In India ligt dat helemaal anders. Vroeger wilde iedereen ambtenaar worden, een vaste baan voor het leven. Dat is voorbij, tegenwoordig dromen alle jongeren van een toekomst in de IT.’

Ik erger me aan de negatieve sfeerschepping rond Indiase IT-bedrijven, alsof er een frauduleus geurtje aan kleeft.’ Bart Elias, advocaat en partner bij PwC Legal

IT-consultancy is zowat het voornaamste exportproduct van India geworden. De vraag naar geschoolde krachten en het aanbod houden gelijke tred. Zo’n 50.000 universiteiten en hogescholen bieden opleidingen aan. Bart Elias, advocaat en partner bij PwC Legal, kent de Indiase IT-sector door en door. Tot zijn cliënten behoren zowel Indiase consultancybedrijven als Belgische firma’s die Indiërs in dienst hebben. PwC Legal verleent hen advies om in orde te blijven met alle Belgische wetten inzake migratie, belastingen en sociale zekerheid. ‘Ik reis al twintig jaar naar Bangalore’, zegt hij. ‘Daar is het allemaal begonnen, maar intussen heeft de sector zich over heel India verspreid. Chennai, Mumbai, Pune, Haiderabad, er zijn overal grote hubs gegroeid. Onderschat de Indiërs niet. TCS, Infosys, Tech Mahindra: dat zijn de Microsofts en Apples van India. Ze investeren enorm veel in opleiding, tot en met eigen universiteiten. Hun succes valt heus niet alleen aan lagere loonkosten toe te schrijven, ze zijn competent en erg dynamisch. Heel wat Belgische bedrijven kunnen niet meer zonder Indiase IT’ers.’

Shashi Gunna, IT'er bij Proximus, met vrouw en dochter in de tempel Brussels Mandir.
Shashi Gunna, IT’er bij Proximus, met vrouw en dochter in de tempel Brussels Mandir.© FRANKY VERDICKT

Elias relativeert het belang van het bilaterale RSZ-akkoord. ‘Ook zonder dat verdrag bestaan er manieren om hier RSZ-vrij te werken’, zegt hij. ‘Maar dat betekent niet dat detachering synoniem is voor sociale dumping. Indiase IT- bedrijven moeten minimaal een belastbaar loon van ongeveer 42.000 euro per jaar betalen om een werkvergunning te krijgen. Sommige werknemers zitten op dat minimum, maar de competitie is ook in India groot en vaak worden zelfs hogere lonen uitbetaald. Met onkosten erbij kost zo’n gedetacheerde medewerker gauw 50.000 euro, en het spreekt vanzelf dat bijvoorbeeld een teamleader nog een pak meer verdient. Ik erger me aan de negatieve sfeerschepping rond Indiase IT-bedrijven, alsof er een frauduleus geurtje aan kleeft. In feite gaat het om bedrijven die veel belang hechten aan corporate values, bedrijven bovendien die werken voor grote klanten die op hun beurt erg bekommerd zijn om hun imago. Frauduleuze constructies zijn echt geen optie als je in die markt wilt blijven.’

Evere: het ‘Little India’ van België

Opvallende vaststelling: op één na bleken al onze gesprekspartners in Evere te wonen. De gunstige ligging, vlak bij werkgevers en klanten, bezaaid met aparthotels die flexibele huurformules voor expats aanbieden, verklaart niet alles. Meermaals hoorden we de lof zingen van het gemeentebestuur. Op het stadhuis van Evere struikelt men niet over een mondje Engels, en dat in tegenstelling tot buurgemeenten zoals Sint-Joost en Schaarbeek. Over de dienst bevolking van de Stad Brussel noteerden we horrorverhalen. Eindeloos aanschuiven, ook voor de tolk die mee moest. In het algemeen hadden de Indiërs lof voor hun gastland, maar voor Belgische taaltoestanden konden ze als burgers van een land met 22 officieel erkende talen weinig begrip opbrengen. Verbazing klonk er ook over de Belgische bureaucratie, een fenomeen dat grootstedelijke Indiërs kennelijk als een anachronisme ervaren.

Evere heeft zijn reputatie van ‘Little India’ niet gestolen. De voorbije jaren gingen er verschillende superettes open met Indiase specialiteiten. Centrum van het ontluikende gemeenschapsleven is Brussels Mandir, een hindoetempel in de Kolonel Bourgstraat die ook als cultuurcentrum fungeert. Voorzitter Parkash Gurnani noemt de inplanting, in de kelders van een anoniem kantoorgebouw dicht bij de VRT, een gelukkig toeval. ‘We hebben de tempel tien jaar geleden opgericht’, zegt hij. ‘De twaalf stichters zijn allemaal generatiegenoten, Indiërs die twintig jaar en langer in België wonen. Ze hebben hier een eigen zaak, werken voor banken, maar niemand zit in de IT, en niemand woont in Evere. De instroom van Indiërs in deze buurt is een recent fenomeen dat helemaal samenhangt met de IT-boom.’

Het is zondagmiddag, gebedsdienst. Een koor van drie niet bijster toonvaste zangeressen gaat voor in de dienst. Kinderen spelen tussen de rode kussens waarop gelovigen in kleermakerszit de ceremonie volgen. Met een honderdtal zijn ze vandaag, sommigen afkomstig uit Vlaanderen, waar her en der kleinere kolonies zijn ontstaan. Zo ook in Mechelen, waar Telenet met Netcracker en Tech Mahindra twee Indiase IT-partners met tientallen expats aan boord heeft. Fruit en bloemen worden geofferd aan Shiva, Ganesha en enkele mindere goden, waarna de dienst uitloopt in een collectieve maaltijd. Voorzitter Gurnani is opgetogen met de komst van de IT’ers. De meesten zijn tijdelijke gasten, maar een groeiend aantal neemt de missie te baat om zich hier definitief te vestigen. Bedrijven zoals TCS en Tech Mahindra zien steeds vaker medewerkers opstappen. Vaak naar een klant, maar dan met een Belgisch contract en een permanente verblijfsvergunning als bonus. Gurnani ziet het graag gebeuren. Allemaal bondgenoten voor het ideaal waar Brussels Mandir voor strijdt. ‘We ijveren al jarenlang voor de erkenning van het hindoeïsme als officiële religie’, zegt hij. ‘Minister van Justitie Koen Geens (CD&V) heeft ons zijn steun toegezegd. De wetteksten liggen klaar, maar het is wachten op de volgende regering om er werk van te maken. We moeten geduld hebben.’

De hindoetempel Brussels Mandir in Evere.
De hindoetempel Brussels Mandir in Evere.© FRANKY VERDICKT
De hindoetempel Brussels Mandir in Evere.
De hindoetempel Brussels Mandir in Evere.© FRANKY VERDICKT
Reageren op dit artikel kan u door een e-mail te sturen naar lezersbrieven@knack.be. Uw reactie wordt dan mogelijk meegenomen in het volgende nummer.

Partner Content