Onderweg naar parlementsverkiezingen en vredesonderhandelingen met Londen heeft Noord-Ierland meer vragen dan zekerheden.

ER ZIJN, SCHRIJVEN de Britse kranten, maar twéé dingen zeker over de nabije toekomst van Noord-Ierland : dat er op donderdag 30 mei verkiezingen worden gehouden én dat op 10 juni in Belfast besprekingen beginnen. Al de rest is onbekend. De uitslag van de verkiezingen, de inhoud en de vorm van de besprekingen, zelfs de deelnemers aan de onderhandelingen.

Het kiessysteem zelf (zie kader) werd gekopieerd op het Belgische systeem- D’Hondt, waarbij kleinere partijen wél een zetel kunnen halen en tegelijk zogenaamde ?verloren? stemmen opgevangen worden. Hoewel vrijwel alle politieke partijen er doodongelukkig mee zijn, geeft dit systeem wél een correcte weerspiegeling van de ?wil van de kiezer?.

De Noordierse kiezers stemmen dus voor een partij(programma), niet voor een kandidaat. Dat maakt het voor de partijen lastiger dan vroeger : zij waren gewoon hun grote stemmentrekkers het veld in te sturen. De opiniepeilers moeten door slapeloze nachten naar de verkiezingen : met 24 partijen en een totaal nieuw systeem werkt namelijk geen enkele klassieke voorspelmethode. Vandaar dat tien dagen voor de verkiezingen nog altijd geen enkele opiniepeiling werd gepubliceerd.

Wel kan met een gerust hart voorspeld worden dat de grote partijen op 10 juni zéker aan tafel zitten. Dat zijn de Ulster Unionist Party van de kordate David Trimble, de Democratic Unionist Party van de schreeuwer Ian Paisley, de centrum- Socialist Democratic Liberal Party van John Hume en de katholieke Sinn Fein van Gerry Adams.

De rest is koffiedik kijken. Want dat Belgische kiessysteem kan voor verrassingen zorgen. Sommigen vrezen zelfs dat de versplintering van stemmen over radicale en minder radicale protestantse partijen, de katholieke minderheid in de kaart kan spelen. Hier loert een nachtmerrie voor de protestantse partijen, die graag alles laten zoals het is. En het kan een extra kopzorg betekenen voor de Britse premier John Major. Die had graag gezien dat het IRA (Iers Republikeins Leger) een deel van haar wapenvoorraad overhandigde nog voor de onderhandelingen begonnen. Een gewapend IRA legt immers een zware druk op Sinn Fein én op de regering in Londen.

WANTROUWEN.

Sinn Fein voelt echter ook de druk van de Verenigde Staten. Na de ontvangst van Gerry Adams in de hoogste Amerikaanse kringen, heeft de partij aan populariteit gewonnen. Het hernemen van het geweld zou bijzonder slecht vallen. Bij de Amerikaanse Ieren die het geld aanbrengen. Bij de katholieke achterban die vrede wil. En bij de Ierse president John Bruton, die de drijvende kracht achter de vrede is. Kortom, bij zoveel partijen dat de kans bestaat dat het IRA weer een staakt-het-vuren afkondigt. Al was het maar om de besprekingen tenminste te laten beginnen.

De protestantse kant gehoorzaamt ongeveer hetzelfde schema. De gewapende achterban schoot nog niet terug, maar de protestantse fundamentalisten zitten midden in het seizoen van de marsen : allemaal herdenkingen aan katholieke nederlagen. Elke optocht is een flirt met geweld. Als een of andere stoet uit de hand loopt, moet Londen wel ingrijpen. Tégen de protestantse oproerkraaiers.

Londen van zijn kant wordt zowel door het katholieke als het protestante kamp gewantrouwd. Zelfs dat de agenda van de besprekingen niet vastligt, vormt daartoe al een reden. Wat wel vast staat, dat zijn de drie commissies. Eén buigt zich over de betrekkingen in Noord-Ierland en wordt daarbij geholpen door het Forum (zie kader). Een tweede houdt zich bezig met de relatie tussen Ulster en de Ierse Republiek, de derde met de verhouding tussen Ierland en Groot-Brittannië. Misschien komt er een vierde commissie over ontwapening tot stand.

Dat ?alles kan?-sfeertje bevalt niemand. Londen houdt vol dat alles bespreekbaar is, zolang er maar eensgezindheid bestaat en het Noordierse volk per referendum akkoord gaat. De protestantse harde lijn onderkent in die houding nogmaals het begin van de uitverkoop aan Rome. Met andere woorden, de hereniging van beide Ierlanden. De katholieken denken dat Londen hen gewoon wil isoleren en verder onderdrukken.

Vrede is nog niet voor morgen. Ook dat lijdt geen twijfel. Maar zowel premier Major als de Amerikaanse president Bill Clinton staan vlak voor verkiezingen. Een door de meerderheid gesteund akkoord voor Noord-Ierland is hen veel waard. Voor het eerst sinds het IRA in augustus 1994 de wapenstilstand aankondigde, is er daarom toch weer een echte kans op vrede.

Misjoe Verleyen

Reageren op dit artikel kan u door een e-mail te sturen naar lezersbrieven@knack.be. Uw reactie wordt dan mogelijk meegenomen in het volgende nummer.

Partner Content