Een tentoonstelling in het Gentse Patershol belicht de Vlaamse beweging als een massabeweging.

Een televisiescherm toont historische beelden van Flor Grammens die Franstalige straatnaamborden loswrikt met een hamer aan een stok of ze te lijf gaat met kwast en verfpot. Grammens was in de jaren dertig het boegbeeld van de strijd voor een homogeen Nederlandstalig Vlaanderen. Met evenveel oog voor de media als Greenpeace vandaag, nam hij de onwettige eentalige Franse borden in vooral taalgrensgemeenten onder handen.

Grammens werd verschillende keren veroordeeld en belandde in de gevangenis onder meer omdat hij ook in Gent Franstalige opschriften van de stad had uitgewist. Na de Tweede Wereldoorlog verbleef hij voor een langere periode in de cel, maar dat had te maken met zijn collaboratie met de Duitse bezetter. Grammens voerde zijn campagne alleen of hoogstens met enkele medestanders en daarom is het op het eerste gezicht paradoxaal dat hij in beeld komt in een tentoonstelling met als onderwerp “De Vlaamse beweging als massabeweging”. Er zijn overigens erg weinig bewegende beelden te zien: een beter gebruik van oude films en van geluid in de tentoonstelling had het massale karakter van sommige optochten en meetings ongetwijfeld beter geïllustreerd.

Grammens werkte dus vrijwel alleen, maar zijn optreden kon wel op grote sympathie rekenen. “De omvang van een manifestatie is niet de enige manier om aandacht te trekken”, schrijft historica Gita Deneckere in de catalogus bij de tentoonstelling. “Ook het voorkomen van geweld, de inventiviteit en creativiteit van de betogers, de aanwezigheid van ‘grote namen’, de retorische draagkracht van de toespraken, het stoorvermogen van de manifestatie zijn elementen die ertoe kunnen bijdragen dat een manifestatie onopgemerkt tussen de plooien van de geschiedenis valt dan wel dagenlang, zelfs weken- of maandenlang van zich doet spreken.” Een eenmansactie van Grammens of een mediageniek protest van enkele leden van het Taalactiecomité (TAK) kunnen meer respons verwekken dan een donderpreek op het jaarlijkse Vlaams Nationaal Zangfeest.

BELGISCH EN VLAAMS PATRIOTTISME

De tentoonstelling in het Caermersklooster in het Gentse Patershol en de bijbehorende lijvige (en betaalbare) catalogus met bijdragen van historici van verschillende universiteiten zijn het werk van het Archief en Documentatiecentrum voor het Vlaams-nationalisme (ADVN). De expositie bevat twee delen. Centraal wordt een rudimentair beeld gegeven van honderd vijftig jaar Vlaamse beweging, met vanzelfsprekend veel aandacht voor de twee wereldoorlogen. Een tweede deel behandelt chronologisch de massamanifestaties van de Vlaamse beweging: Guldensporenvieringen, landdagen, IJzerbedevaarten en zangfeesten, acties voor de vernederlandsing van de universiteiten van Gent en veel later ook Leuven, de optochten voor amnestie, de marsen op Brussel.

Interessant is bijvoorbeeld de evolutie van het Guldensporenfeest. De Guldensporenslag van 1302 had gedurende vijf eeuwen een marginale plaats in het collectieve geheugen, schrijft Jo Tollebeek. Daar komt eind achttiende eeuw verandering in. Pas na het ontstaan van België, in 1830, wordt de slag een van de hoogtepunten van de nationale geschiedenis. De overwinning van de Vlaamse gemeentelegers, gesteund door Zeeuwse en Naamse milities, op het ridderleger van de Franse koning was in de negentiende eeuw weer bruikbaar. Het jonge België voelde zich namelijk bedreigd door Frankrijk.

Ook het boek De Leeuw van Vlaanderen (1836) van Hendrik Conscience was vanuit een Belgisch-patriottische bezieling geschreven. Het Vlaamse en Belgische patriottisme vielen destijds samen. Nog in 1952 wordt de viering in Kortrijk ook in het Frans aangekondigd. Steden als Kortrijk en Brugge gebruikten de vieringen met romantisch ogende ridders die geharnast door het zand trokken trouwens als toeristisch lokmiddel.

Daarnaast waren er de alternatieve en strijdlustiger herdenkingen waar de Vlaamse eisen werden geformuleerd. Dat vandaag het officiële Vlaanderen zich de Guldensporenherdenkingen heeft toegeëigend, is een weerspiegeling van de gewijzigde staatsstructuur. Precies daarvoor ijverde de Vlaamse beweging met haar talloze manifestaties en haar jaarlijkse hoogmissen.

Vlamingen, komt in massa. De Vlaamse beweging als massabeweging. Tot 2 februari in het provinciaal centrum voor kunst en cultuur Caermersklooster, Vrouwebroersstraat, Gent. Dagelijks, behalve maandag, van 10 tot 17 uur. De catalogus (367 blz.) kost 750 frank.

P.R.

Reageren op dit artikel kan u door een e-mail te sturen naar lezersbrieven@knack.be. Uw reactie wordt dan mogelijk meegenomen in het volgende nummer.

Partner Content