Componist en dirigent John Adams koos voor directe communicatie en een eigen post-style.

De Amerikaanse componist John Adams (49) zat als kind in de danstent van zijn grootvader nog naast de grote Duke Ellington aan de piano. Nadien is hij meer ernstige muziek gaan studeren, maar die jeugdervaring vergat hij niet. Op 13 februari dirigeert hij in deSingel in Antwerpen het Schönberg Ensemble en de Houdini’s in een programma dat hem rechtstreeks naar zijn jeugd moet terugcatapulteren. Nostalgisch met veel Ellington-klassieken, onder andere diens ?Mood Indigo? en werk van het jazzduo Gil Evans-Miles Davis. Daarmee wil hij onmiskenbaar een saluut brengen aan de componisten die van de mooiste Amerikaanse muziek hebben gemaakt zonder er ooit voor geëerd te worden. Zijn eigen klarinetconcerto ?Gnarly Buttons? krijgt in datzelfde concerto zijn Belgische première.

Wie hem volgt kent de verschillende aspecten van John Adams. De componist die begon te schrijven in de minimale repetitieve stijl. De man van het orkestwerk ?Shaker Loops?, van de opera ?Nixon in China?. Of de componist die Bach eerde en volop in diens gedachtengang de gewijde geschiedenis van ?The death of Klinghoffer? op muziek zette. Een oratoriumopera die in 1991 in de Munt in Brussel in première ging, in een regie van zijn vaste regisseur Peter Sellars. Dan is er de John Adams van het vioolconcerto, met de bezeten soloviool, tegen een stugge achtergrond van het orkest een romantische uitweg zoekend. Met de jaren moest het repetitieve het afleggen tegen de directe communicatie.

Ondanks zijn wereldwijze, cynische monkellachje, is hij toch begaan met het lot van de mooie eeuwenoude traditie van ernstige muziek. Hij laat er geen twijfel over bestaan : ?Te lange tijd lag de nadruk teveel op de originaliteit. Elk stuk moest telkens compleet nieuw zijn. Met een nieuwe syntaxis. Telkens moest er een nieuwe taal geleerd worden. Het publiek werd er moedeloos van. Het wist niet meer wat het met elk nieuw muziekstuk moest aanvangen.?

Daarom ging John Adams op zoek naar een nieuwe gemeenschappelijke muziektaal, een nieuwe lingua franca, zoals zij in de tijd van Mozart nog bestond. Als die met iets nieuws afkwam, begreep iedereen waarover hij het had. Die hield er ook nog van om zijn publiek te vermaken. Dat kon toen. Nu neemt de ernstige muziek zich zo vreselijk au sérieux.

EEN AMBIVALENTE HOUDING

Humor is volgens Adams in de klassieke muziek ?verboten !?. De lingua franca van nu vindt Adams in de popmuziek. Daar huist de Anima, de ziel van de muziek van vandaag. Iedereen luistert ernaar. Voor een popconcert komen er duizenden en als het bij een klassiek concert meezit, enkele honderden. Kinderen communiceren met mekaar via teksten uit popsongs. Ook de kinderen van de componist hebben het met hun vriendjes liever over de nieuwste popcd’s dan over vaders muziek.

De houding van John Adams tegenover die populaire muziekvormen is ambivalent. Hij maakt graag gebruik van de clichés en de sjablonen van het genre om zijn eigen werk een herkenbaar tintje te geven. Ooit heeft hij zelfs met Peter Sellars een welgemeende poging ondernomen om volgens de regels van de kunst een musical ?Ceiling/Sky? op poten te zetten. Dat viel niet mee : ?Want eens de stap gezet naar de musical krijgen de mensen gewelddadige opinies. Bij een opera krijg je het voordeel van de twijfel. Verstaan ze er niets van, is het te lang of kan je er kop noch staart aan krijgen : het is allemaal O.K. Want het is opera. Maar als je te kennen geeft dat je een show monteert, willen ze ineens wel de tekst begrijpen, ze willen precies weten wat er aan de hand is en het verhaal moet van begin tot einde duidelijk te volgen zijn.?

Toch wil hij zijn verhaal liever niet kwijt bij de grote massa. Hij richt zich tot een klein publiek dat intelligent en gecultiveerd is, dat in staat is om alle citaten, manipulaties en dubbele bodems, waar zijn muziek zo rijk aan is, te doorgronden en naar waarde te schatten. Prachtvoorbeeld van hoe hij omgaat met het populaire genre is zijn klarinetconcerto ?Gnarly Buttons? of ?Knoestige knoppen?. De luisteraar krijgt een beeld van een Lucky Luke-verhaal, met cowboys in geruite hemden, met koeien en valse predikanten. Dat heeft te maken met zijn hybride instrumentarium : een klassiek orkest, maar ook een banjo, samplers. Het heeft eveneens te maken met het gebruikte muzikaal materiaal : pseudo-religieuze hymnen, een knus country-sfeertje en een vrolijk loeiende koe toe. Regelrecht plezier. Geen postmodernisme zegt hij, maar een post-style, een soort fin de siècle-synthese. De satire is bij Adams nooit ver weg.

Lukas Huybrechts

John Adams met het Schönberg Ensemble & The Houdini’s in deSingel op 13 februari.cd’s : ?Vioolconcerto? en ?Shaker Loops? met Gidon Kremer Nonesuch, 7559-79360-2 en ?El Dorado?, Nonesuch, 7559-79359-2.

John Adams : Nu neemt de ernstige muziek zich zo vreselijk au sérieux.

Reageren op dit artikel kan u door een e-mail te sturen naar lezersbrieven@knack.be. Uw reactie wordt dan mogelijk meegenomen in het volgende nummer.

Partner Content