Tennislegende John McEnroe verblijft vier dagen aan de Belgische kust voor de Optima Open: ‘Zelden zo veel relaxte mensen bijeen gezien.’

Sportnostalgici weten hoe de relatief kalme sportzomer van 2013 te vullen: van 15 tot 18 augustus geven onder anderen Boris Becker, Yannick Noah en Goran Ivanisevic elkaar partij op de Optima Open, het jaarlijkse veteranentoernooi van de Royal Zoute Tennis Club in Knokke-Heist. De Optima Open is de vierde manche van de ATP Champions Tour, een serie internationale toernooien voor de levende legenden van het tennis. Om deel te mogen nemen, moet een tennisser nummer één van de wereld zijn geweest, of een grandslamfinale hebben gespeeld of de Davis Cup hebben gewonnen. John McEnroe, vandaag onze praatgast, voldoet niet aan één, maar aan alle voorwaarden. Over McEnroe, zoals bekend dé topprofessional in het beledigen van de scheidsrechter, bestaan vele mooie anekdotes. ‘Als ik zeg dat u een idioot bent, krijg ik dan een strafpunt?’ snauwde een boze Mac eens tegen de umpire. ‘Zeker en vast’, antwoordde die kordaat. ‘En als ik het dénk?’ hield McEnroe vol. ‘Dan niet,’ gaf de ref toe. ‘Wel, dan denk ik dat u een idioot bent’, galmde het door het stadion. Nee, zo maken ze ze niet meer.

Zin in een paar dagen Belgische kust, mijnheer McEnroe?

John McEnroe: Heel erg zelfs. Een mooi event daar in Knokke-Heist (uitgesproken als Nowkie-Haist, nvdr), ik speelde er al twee keer. Een fraaie omgeving ook, het doet wat denken aan een summer resort. Je voelt dat heel die buurt er op vakantie is, zelden zo veel relaxte mensen bijeen gezien. In de eerste ronde moet ik tegen Guy Forget en Henri Leconte. Twee tennissers met wie ik een lange geschiedenis heb. Dat worden dus sowieso pittige matchen.

Er wordt gezegd dat u die veteranentoernooien heel ernstig neemt. De meeste oud-profs komen zich amuseren, maar u staat nog hypergemotiveerd op het terrein, al laat u dat niet altijd merken.

McEnroe: Denk je dat ik de enige ben? De wil om te winnen blijft huizenhoog, dat heeft elke sporter. Oké, het gaat niet meer om de beker van Wimbledon, maar wees maar zeker dat ik Guy en Henri nog altijd heel graag klop. En zij mij ongetwijfeld ook. Het probleem is natuurlijk dat ik oud geworden ben. En hoe ouder, hoe meer je ervoor moet doen. Gelukkig zit het met de basisconditie wel goed, ik heb net een paar weken meegedraaid op mijn tennisacademie in New York. Daar heb ik stevig doorgepeesd, ze gaan aan mij een lastige klant hebben.

En dan te weten dat u er tijdens uw actieve carrière net prat op ging amper te trainen.

McEnroe: Ik trainde meer dan de mensen dachten maar ik wou ook nog van het leven genieten, ja. Alle respect voor de discipline en de strenge diëten van mijn concurrenten, maar zelf had ik op zo’n regime nooit kunnen presteren. Ik was er de man niet naar om in een luchtbel te leven.

Wat is het eerste waar u aan denkt bij tennisland België?

McEnroe: Aan de prachtige carrières van Justine Henin en Kim Clijsters natuurlijk. Vooral Henin vond ik fantastisch. Ze speelde zo vloeiend, zo elegant. De enige die qua stijl in haar buurt komt, is Roger Federer. Alles wat Henin deed, werd bovendien nog mooier doordat ze zo klein was en toch automatisch een beetje de underdog leek. Maar wie haar zag spelen, wist al snel beter. Clijsters was uiteraard ook een prachtatleet, heel flexibel en accuraat. Zij intimideerde de tegenstand met haar fysiek, haar snelheid en vooral ook haar gedrevenheid. Eigenlijk kon je haar als tennisspeler goed vergelijken met Novak Djokovic, vind ik. Taai en sterk. Technisch waren die twee Belgische meisjes sowieso fenomenaal maar wat ze vooral te over hadden, was karakter en vechtlust. Zegt dat iets over de Belgische opvoeding?

Niet echt. Henin heeft een moeilijke kindertijd gehad, terwijl Clijsters uit een warm nest komt.

McEnroe: Tja, als atleet weet je zelf nooit waar je eigen drive vandaan komt. Henin kon blijkbaar negatieve, moeilijke ervaringen omzetten in wilskracht, Clijsters haalde het net uit huiselijke warmte. Slotsom: sommige mensen bezitten nu eenmaal die wilskracht, anderen niet en niemand begrijpt waarom. Ik weet wel dat het Clijsters geholpen heeft dat ze zo populair was. Als iedereen het je gunt, als zelfs tegenstanders graag hebben dat je het goed doet, dan is dat een enorme stimulans. Ik ken Clijsters niet goed maar men zegt me altijd wat voor een sprankelende, warme persoonlijkheid het is. Een mooi mens, hoor ik vaak. Justine zal ook wel een mooi mens zijn, maar ze was van nature gereserveerder, introverter. Bij haar was het meer: ik tegen de rest.

Had Henin de beste backhand aller tijden? Want dat denken we in België graag.

McEnroe: Daar volg ik de Belgen honderd procent: Justine Henin sloeg de mooiste, zuiverste backhand die ooit op een court te bewonderen viel. Een wonderlijke combinatie van finesse, kracht en precisie. Henin was een all time great.

Nu Henin en Clijsters gestopt zijn, voelen de Belgen zich wat verloren. Iedereen beseft: zo goed als toen wordt het nooit meer.

McEnroe: Dat zal moeilijk worden, ja. Ik mag hopen dat die twee een generatie kinderen hebben geïnspireerd en dan zullen de Belgen daar vroeg of laat zeker nog van profiteren, maar het lijkt me niet realistisch om te verwachten dat hun opvolgers ooit dat niveau zullen halen. Clijsters en Henin hebben de lat enorm hoog gelegd, zoveel is zeker.

Zag u Kirsten Flipkens in de halve finale van Wimbledon?

McEnroe: Daar was ik bij, ja. Prachtig toernooi gespeeld, alle lof, maar ik vond het wel jammer dat ze in die halve finale nooit helemaal in haar spel kwam. Was ze geblesseerd, zonder het iemand te vertellen? Of gewoon wat overweldigd door de omstandigheden? Want dat kan ik me best voorstellen. Het is trouwens ook niks om je voor te schamen. In ieder geval een erg intelligente speelster, die Flipkens. Veel verstand in haar shotkeuze, daar heeft ze grote stappen in gezet. Ik kan me niet herinneren haar ooit in de tweede week van een grandslam te hebben gezien, maar nu speelde ze alsof ze daar dubbel en dik thuishoort. Bestaat daar een uitleg voor?

Kim Clijsters adviseert haar de laatste tijd. Misschien ligt het daar aan.

McEnroe: Ja, dat verklaart zeker wel iets. Ik kan me slechtere raadgevers indenken dan een meervoudige grandslamwinnares.

Wat vindt u van het vrouwentennis momenteel?

McEnroe: Ik mis persoonlijkheden, eerlijk gezegd. De laatste jaren is het allemaal wat bleek. Vroeger had je de zussen Williams, Martina Hingis, Jennifer Capriati, de Belgen… dat waren duels met vlees aan, als je begrijpt wat ik bedoel. Je zag meer magie op het terrein, veel meer rivaliteit ook. Nu is het allemaal up in the air: iedereen kan iedereen kloppen, maar op de een of andere manier maakt het ook minder uit wie wint. Gelukkig tennissen Serena Williams en Maria Sharapova nog. Die twee houden het recht, want voor de rest zijn er de laatste jaren geen echte supersterren meer opgestaan. Iemand als Viktoryja Azarenka doet het tegenwoordig goed, oké, maar noem mij eens vijf tennisdames van nu die de harten van de fans sneller doen slaan.

Bij de mannen is dat anders: aan supersterren geen gebrek. Roger Federer, de grootste van allemaal, brak net uw toernooirecord in het enkelspel.

McEnroe: Daar lag ik allerminst van wakker: oude records dienen om ooit gebroken te worden. Hopelijk doet het de mensen inzien dat ik het vroeger toch ook niet kwaad heb gedaan. Vooral dat het net Roger is die me klopt, maakt het eigenlijk nog fraaier. Hij breekt de laatste jaren alle records, ik ben lang niet het enige slachtoffer. (lacht) Federer houdt zo veel van het spel dat geen inspanning hem ooit te veel lijkt. Hij blijft zich verbeteren hoewel zijn prijzenkast al lang uitpuilt. Dat bewonder ik zo in hem. Roger is waarschijnlijk de beste aller tijden.

Wat? Tijdens Wimbledon riep u op de BBC Rafael Nadal nog uit tot beste tennisser ooit.

McEnroe: Wel, zijn palmares is minder dan dat van Roger, of voorlopig toch. Hij is nooit zo fit en daarom ook nooit zo constant geweest als Federer. Daar staat tegenover dat Nadal wel olympisch goud en drie Davisbekers won: toch twee serieuze gaten in Federers erelijst. En in de onderlinge confrontaties klopt Rafa Roger zelfs erg ruim. Je kunt voor beiden pleiten, laat ik het daarop houden.

Als je gaat vergelijken met de helden uit het verleden wordt de discussie nog moeilijker. Pete Sampras was in zijn tijd onklopbaar en lijkt mij zeker de beste ooit op snelle ondergronden. En iedereen die mijn idool Rod Laver ooit aan het werk zag, een echte tennisgigant, zal zeggen dat die er zeker ook bij moet. Federer, Nadal, Sampras en Laver: dat is mijn top vier aller tijden, we kunnen nog discuteren over wie waar staat.

Uzelf plaatst u daar niet tussen? Want uw palmares mag er ook wezen.

McEnroe: Ik vind wel dat ik bij de beste tien aller tijden hoor, maar misschien niet bij de absolute top. Die vier zijn buiten categorie en ook Björn Borg heeft toch nog net iets meer neergezet dan ik. Björn was een ongelooflijk talent, hem plaats ik op vijf. Daarachter gaat het tussen mij, Ivan Lendl en Novak Djokovic. Hmm, André Agassi kon natuurlijk ook een aardig balletje slaan, die moet er ook bij. Weet je, als ik tussen spelers van dat kaliber wordt genoemd, dan mag ik zeggen dat ik het goed heb gedaan.

Ik heb uw naam ingetypt op YouTube. De eerste tien zijn filmpjes van u die tekeergaat tegen de scheidsrechter. Is het niet jammer dat dat het beeld is dat overblijft van zo’n mooie tenniscarrière?

McEnroe: Dat heb ik al aanvaard. Jongeren kennen mij als de vloekende tennisser, niet als de meervoudige grandslamwinnaar. Tja. Naarmate je ouder wordt, besef je dat alles vergankelijk is, dat er weinig dingen zijn die écht blijven. Ik heb meegespeeld in een paar komedies met Adam Sandler en nu kom ik jochies tegen die me alleen daarvan kennen. Zo relatief is het allemaal dus. En uiteindelijk kan ik er ook niemand de schuld van geven behalve mezelf: niemand dwong mij om die refs uit te kafferen, ik heb het allemaal zelf gedaan.

Hoe zou het u zijn vergaan als in de jaren tachtig Hawk-Eye, de elektronische lijncontrole, had bestaan?

McEnroe: Ik zou beter hebben gepresteerd. Zeker en vast. Die woede-uitbarstingen hebben mij veel energie gekost, energie die ik ook had kunnen gebruiken om beter te tennissen. Ik heb er oprecht spijt van dat ik mij toen niet beter kon beheersen. Ik denk dat ik van mezelf mag zeggen dat ik tegen mijn verlies kan. Maar zo’n scheidsrechter die keer op keer de fout in gaat: bah! Je voelt je alsof je bestolen wordt en dáár kookte ik van. Misschien had ik het zelf verkeerd gezien, hè. Misschien geloofde ik dat een bal in was omdat ik het zo graag wou geloven, omdat ik zo graag wilde winnen. Dat zou ook kunnen.

Ivo Van Aken, voormalig Belgisch Fedcupkapitein, zei me dat hij vroeger veel van uw wedstrijden live gezien heeft. Volgens hem had u bijna altijd gelijk wanneer u zo uitvloog.

McEnroe: Eindelijk rechtvaardigheid! Eindelijk een coach die echt iets van tennis kent. (lacht) John McEnroe is u zeer dankbaar, mister Van Aken. Goh, denk nu ook niet dat ik die reputatie als een loden last meedraag. Die driftbuien zijn mijn handelsmerk geworden, mijn visitekaartje, als het ware; veel mensen zullen net naar Knokke-Heist komen om me tegen de scheidsrechter te zien brullen.

En dat gaat u ook doen?

McEnroe: Afwachten of ze het in mijn contract zetten: John must yell at the umpire. (lacht) He will receive a bonus if he does. Ach, zo’n veteranentoernooi is natuurlijk ook entertainment. En ik wil mijn fans niet teleurstellen.

De topspelers van nu blijven enorm kalm tijdens wedstrijden. Of zo komen ze toch over.

McEnroe: Ik vind het knap dat ze dat kunnen. Want ze staan nochtans onder druk, dat voel je zelfs als toeschouwer. Akkoord, het is sportieve, relatief onschuldige druk, niet de druk die een vader voelt die zijn hongerig gezin wil voeden. Toch zie ik vaak toeschouwers denken: man, ben ik blij dat ik niet op die court sta. Tennis is een enorm frustrerend spelletje. Je arm één millimeter meer naar links is het verschil tussen een fantastisch punt en een pijnlijke misser. Hoe ik met die druk omging, heb ik altijd erg normaal gevonden: het is nu eenmaal een spel om bij uit je vel te springen. (lacht) Dat is ook de reden waarom ik zo veel fans had en heb: de mensen identificeren zich meer met mijn natuur dan met het ijzige van een Björn Borg. Denk ik.

Trash talking zoals ik vroeger deed, bestaat niet meer. Ik kan nergens komen zonder dat mensen me zeggen hoe jammer ze dat vinden. Wel, weet je hoe je dat terug kunt brengen? Schaf gewoon de scheidsrechter af. Dat meen ik: tennis wordt spannender als je gewoon die man uit zijn hoge stoel weghaalt. Laat de spelers zelfs beslissen of een bal in of uit is en geef ze uitgebreid de kans om te challengen als ze niet akkoord gaan. Dan wordt het tennis weer persoonlijker en intenser en betrek je vanzelf de fans in het spel. Voor de spelers is dat eigenlijk een kleine moeite. Tijdens trainingen beoordelen ze continu of hun shots in of uit zijn, dat is voor elke tennisprof een tweede natuur, en 95 procent van de tijd zitten ze er al pal op, zelfs zonder te kijken.

Wie of wat krijgt u dezer dagen kwaad?

McEnroe: Het verkeer! Dat is en blijft mijn ene zwakke plek. Ik ben ondertussen een rustig man geworden, veel kalmer dan vroeger, maar zet mij achter een stuur en je krijgt de oude John weer te zien. Ik vloek op iedere chauffeur, nog het meest op mezelf. Dan kan het lelijk worden hoor, erger dan in de YouTube-filmpjes uit de jaren tachtig.

Kinderen krijgen helpt je geduldig te worden. Misschien had ik sneller vader moeten worden, dan was ik ook een rustigere tennisser geweest.

DOOR JEF VAN BAELEN

‘Justine Henin sloeg de mooiste, zuiverste backhand die ooit op een court te bewonderen viel.’

‘Veel mensen zullen net naar Knokke-Heist komen om me tegen de scheidsrechter te zien brullen.’

Reageren op dit artikel kan u door een e-mail te sturen naar lezersbrieven@knack.be. Uw reactie wordt dan mogelijk meegenomen in het volgende nummer.

Partner Content