Maakt Europa België overbodig ? Zal een nog autonomer Vlaanderen een Beieren aan de Noordzee worden ? De SP denkt diep na.

BINNEN DE SP VERGELIJKEN ze het met een tankschip dat een bocht moet nemen. De inertie van zo’n logge massa brengt met zich mee dat draaien niet makkelijk is, omzichtig moet gebeuren en tijd en ruimte vraagt. En zo is het ook dat de Vlaamse socialisten zich willen voorbereiden op een tijd waarin niet langer het huidige, federale België het kader voor het politieke handelen vormt, maar wel een nog verder gefederaliseerde en misschien wel een confederale staat. Want dat de staatshervorming met het Sint-Michielsakkoord niet ten einde is gekomen, staat ook voor de SP vast.

Op een groot congres in 1998 willen de Vlaamse socialisten hun programma klaar hebben voor de 21ste eeuw, maar vooral voor 1999, voor wanneer de volgende verkiezingen zijn gepland. En dat jaar volgen ook, onvermijdelijk, onderhandelingen die het Sint-Michielsakkoord moeten bijvijlen en actualiseren, onder meer over de financiering van Gewesten en Gemeenschappen. Daarom werd binnen de SP een werkgroep opgericht, geleid door Vlaams parlementslid Robert Voorhamme, die het communautaire partijstandpunt moet voorbereiden. Eén van de leden daarvan is Norbert de Batselier, voorzitter van het Vlaamse parlement, die als eerste een 16 bladzijden tellende nota schreef, gedateerd op 2 juli, met als titel : Radicaal functioneel en democratisch bestuur voor de mensen.

Vorige maand, op 15 juli, wijdde het SP-partijbureau een eerste gesprek aan de zaak, zonder dat evenwel deze nota geagendeerd stond, want die moet eerst in de werkgroep worden bediscussieerd. Maar diezelfde ochtend bleek de tekst ervan al te zijn uitgelekt in de pers, waardoor De Batseliers standpunten die slechts één onderdeel vormen van wat de werkgroep-Voorhamme bezig houdt veel meer gewicht toebedeeld kregen dan de bedoeling kon zijn. Voorzitter Louis Tobback verklaarde na afloop van de bijeenkomst dat het bureau zijn unanieme instemming had betuigd met de uitgangspunten van De Batselier, wat dan weer de indruk wekte dat iedereen het eens was met de nota in zijn geheel. Wat niet het geval was, zoals meerdere leden van het partijbureau prompt lieten weten.

LOBBY.

Zonder dat het met zoveel woorden werd gezegd, kregen de Belgische Progressieve Socialisten (BPS) de schuld voor het lek in de schoenen geschoven. De BPS is een kleine, tweetalige groep binnen het Belgische socialisme, die al geruime tijd bestaat, enkele prominenten zoals Europarlementslid Freddy Willockx binnen zijn rangen telt, maar toch een nogal marginaal bestaan leidt. Hoewel. De jongste weken zou de BPS flink aan het lobbyen zijn in de wandelgangen van de SP. Onder meer om de ideeën van De Batselier te counteren.

BPS-voorzitter Luc Ryckaert ontkent met klem dat hij een club van overjaarse unitaristen aanvoert. Maar de BPS is wel voorstander van het zogeheten unionistisch federalisme, waarin, vooral om redenen van sociale gelijkberechtiging, voor het federale België een ruim actieterrein in stand moet worden gehouden. Maar het is niet alleen een kwestie van voorkeuren. Velen veronderstellen dat België zomaar vanzelf zal vervluchtigen, doordat het zijn bevoegdheden enerzijds aan Europa en anderzijds aan de deelgebieden zal moeten afstaan. En dat is iets wat Ryckaert niet kan geloven.

En dat de BPS de bron van het lek was, ook dat ontkent Ryckaert. En inderdaad, vooral gezien de richting van dat lek de als Vlaams-nationalist bekend staande hoofdredacteur van Het Nieuwsblad ligt het voor de hand dat het veeleer medestanders van De Batselier waren die het organiseerden. Hoe dan ook staan er niet zo’n verschrikkelijke geheimen in De Batseliers nota. Een samenvatting ervan verscheen al eind juli in het tijdschrift Samenleving en Politiek en enkele kerngedachten ervan had De Batselier al verwerkt in zijn 11-julitoespraak. Het valt vooral op dat een groot aantal passages eruit letterlijk overgenomen is uit een andere, zo mogelijk nog meer bekende publicatie. Ze komen namelijk uit ?Het Sienjaal?, het handvest voor het ?radicaal-democratisch? project waarvoor De Batselier en Maurits Coppieters (VU) de SP, de Volksunie en Agalev willen mobiliseren.

Er schuilt dan ook een logica in De Batseliers ideeën : tegen de tendens naar globalisering (het Petrella-thema) en de economische almacht is het zinvol om een progressieve, radicaal-basisdemocratische tegenmacht te ontwikkelen, die dicht bij de burger staat. Gezien de identificatie van de Vlaamse burger met het Vlaamse bestuursniveau, aldus De Batselier, is het wenselijk om het zwaartepunt van die tegenmacht op dat niveau te situeren. Maar, zo betreurt De Batselier, er heeft altijd een historisch misverstand bestaan tussen de sociale en de Vlaamse beweging. Toch zijn die twee, volgens hem, met elkaar verwant aangezien het beide ontvoogdingsbewegingen zouden zijn. Het wordt dus tijd om die hypotheek te lichten.

BEIEREN.

En het klopt inderdaad dat er bij een deel van de SP-achterban een viscerale afkeer bestaat voor alles wat naar Vlaamse autonomie neigt. In de late jaren zeventig moest toenmalig partijvoorzitter Karel Van Miert dat al ondervinden, toen hij als eerste een poging ondernam om vanonder de loodzware druk weg te raken van de Franstalige zusterpartij. De communautaire opsplitsing van de toenmalige Belgische Socialistische Partij was een Franstalig initiatief, maar zelfs het invoeren van een nieuwe benaming voor de SP als ?de Vlaamse socialisten? kon hij nooit officieel door de partij goedgekeurd krijgen.

Sommige partijleden zien in alles wat het etiket Vlaams draagt, slechts extreem-rechts doorschemeren, de schaduw van de zwarten, de donkerste bladzijden uit de geschiedenis van de Vlaamse beweging. Het succes van het Vlaams Blok heeft hen slechts in die overtuiging bevestigd. Anderen geven blijk van een bijna sentimentele gehechtheid aan het oude België of vrezen een minorisering van alles wat links en vrijzinnig is in een toekomstig autonoom ?Beieren aan de Noordzee?. Of er overheerst een huiver voor het nationalisme en het collectieve egoïsme in een Vlaanderen dat elke solidariteit met de Waalse arbeider wil opzeggen, wat meteen de voorbode zou zijn voor een afbraak van de gehele sociale zekerheid. En dat de partijleiding het gewicht van zulke gevoelens niet onderschat, blijkt al uit de metafoor van het tankschip.

Maar met zulke ideeën, zo meent De Batselier, riskeert het socialisme de boot te missen en kan het zijn stem niet laten horen wanneer moet worden gepraat over de onvermijdelijke verdere staatshervorming in België. Versta : als de SP hier niet met originele ideeën komt meepraten, kan het pas echt een Beieren aan de Noordzee worden. Opmerkelijk is wel dat De Batselier in zijn pleidooi de sociale ontvoogding een plaats wil geven in de flamingantische traditie, hoewel die twee in het verleden zelden wat met elkaar te maken hadden. Daarop voortbordurend, legt De Batselier veel gewicht op een identiteitsbegrip, dat hem zelfs naar een ideologisch-nationalistisch getinte retoriek voert.

Maar dat laatste is best verklaarbaar. Tenslotte vertoont De Batselier hier hetzelfde verschijnsel als minister-president Luc Van den Brande (CVP). Dat bleek al uit het ambitieuze beleidsplan Vlaanderen-Europa 2002 van de Vlaamse regering, waarvan zij beiden de belangrijkste auteurs waren. Als spilfiguren in de nieuwe Vlaamse instellingen ondergingen beiden de dynamiek die eigen is aan elke nieuwe instelling : een drang naar legitimatie, behoud en versterking van zichzelf. Zij vonden die legitimatie in de flamingantische traditie en streven de bevestiging na door steeds meer extra bevoegdheden op te eisen. Voor De Batselier kwam daar kennelijk nog de invloed van de Vlaams-nationalist Coppieters bij, die met name het progressisme in de Vlaamse beweging van onmiddellijk na de Eerste Wereldoorlog aanziet als het na te volgen voorbeeld voor het hedendaagse democratische radicalisme.

SCHAKEL.

Het is dan ook nogal ironisch dat het net Freddy Willockx was die als eerste, in een interview in De Morgen, openlijk protest aantekende tegen de nota-De Batselier. Want tenslotte was hij het die ?Het Sienjaal? op de sporen zette en Coppieters en De Batselier daarvoor samenbracht. Toch wil Willockx zich niet distantiëren van wat uiteindelijk zijn geesteskind is, ook al omdat ?Het Sienjaal? vooral een amendeerbare discussietekst is. Discussiëren moet kunnen, maar, zegt Willockx, ?de nota-De Batselier somt de bevoegdheden van de federale staat uitdrukkelijk limitatief op. En dat staat niét in ?Het Sienjaal?.? De nota voegt daar inderdaad letterlijk aan toe ?dat het beleid automatisch bij het gedecentraliseerde niveau berust? en ?dat de bevoegdheid bij de deelstaten ligt.?

Alleen al het gebruik van het woord ?deelstaat? wijst erop dat de nota confederalistisch is geïnspireerd. In een federale structuur worden bevoegdheden al dan niet in ruime mate naar de deelgebieden gedecentraliseerd, in een confederaal model zijn het de deelstaten die beslissen om gezamenlijk bepaalde materies aan de confederale statenbond toe te vertrouwen. Dat maakt een wereld van verschil. Hierin ziet Willockx ?het uitkleden van de Belgische staat,? wat in zijn ogen onvermijdelijk op separatisme moet uitlopen. ?En dat zou Vlaanderen alleen maar verzwakken,? zegt hij. ?Ook op Europees vlak zou dat ingaan tegen een krachtenbundeling die we, bijvoorbeeld, binnen de Benelux-coalitie tot stand kunnen brengen.?

Willockx is ervan overtuigd dat het federale België zeker niet binnen de kortste keren zal verdampen als gevolg van de Europese eenwording. De monetaire unie zal wel het muntbeleid op Europees niveau brengen, ?maar dat veronderstelt een lonen- en prijzenbeleid dat uitdrukkelijk onder controle van de federale staat blijft.? Hij gelooft in het geheel niets van het Europa der Regio’s, waar minister-president Van den Brande zo’n warm voorstander van is. ?Hoeveel regio’s zijn er ? 159 of zo ? Ziet u die al samen iets beslissen ? Van den Brande is bij mij nog om steun komen vragen voor het Comité van de Regio’s. Ik heb die ook toegezegd, want dat comité staat ingeschreven in het Verdrag van Maastrict en je moet daarin consequent blijven. Maar het feit dat de Britten daar de voet dwars zetten, toont toch al aan dat ze het inderdaad menen wanneer ze dat comité alleen als een zandbak beschouwen. Voor mij bestaat er geen twijfel over dat de huidige EU-lidstaten, en dus ook het federale België, nog lang de essentiële schakel zullen blijven tussen de burger en Europa.?

En dan is er nog wat Willockx ?de sluipende besluitvorming? binnen de SP noemt. Wat die aanzet naar het separatisme betreft, die hij in de nota-De Batselier leest, daar was het partijbureau van 15 juli het zeker niet over eens. ?Welnee,? zo heet het sussend bij de partij, ?er bestond alleen unanimiteit dat de SP het thema van de staatshervorming niet alleen aan de anderen mag overlaten, zoals ook De Batselier betoogt. Over wat dat concreet moet betekenen, daarover wil de partij vanaf dit najaar een ruim publiek debat voeren. Beslissingen vallen pas over twee jaar, op het Vernieuwingscongres van 1998.?

Marc Reynebeau

Norbert De Batselier : voorrang aan de deelstaten.

Freddy Willockx : Europa maakt België niet overbodig.

Reageren op dit artikel kan u door een e-mail te sturen naar lezersbrieven@knack.be. Uw reactie wordt dan mogelijk meegenomen in het volgende nummer.

Partner Content