“We bieden zekerheid aan de bevolking en de landbouwers.” De ontwerpers over hun Linkeroever.

Sinds twintig jaar is het poldergebied tussen Kallo, Kieldrecht, Verrebroek, de Nederlandse grens en de Schelde op het gewestplan een havenuitbreidingsgebied. Al die tijd is de situatie van de landbouwers en de bevolking onzeker.

Nadat de dokken waren gegraven, stagneerde de ontwikkeling van de Antwerpse haven op Oost-Vlaams grondgebied. Eind jaren tachtig verhoogde de economische druk. Er werd gezocht naar ruimte voor nog meer containerterminals. Januari vorig jaar besliste de Vlaamse regering om het gewestplan te wijzigen. Het gebied bleef bestemd voor de haven. Maar Doel werd als woonzone opgeofferd voor de expansie. Vlakbij kwam het Deurganckdok, geschikt voor de containertrafiek. De omliggende gronden werden industrieterrein.

De Vlaamse regering gaf de opdracht voor een Strategisch Plan Linkeroever. Vorige week donderdag onderschreven Beveren, het Antwerps havenbestuur en de Maatschappij voor Grond- en Industrialisatiebeleid die beleidsovereenkomst. Het plan kan de basis vormen voor een tweede gewestplanwijziging, maar daarover beslist de Vlaamse regering.

“We moesten ons aan de voorwaarden van de Vlaamse regering houden”, zegt Jef Van den Broeck van de Studiegroep Omgeving (Mortsel) die het ontwerp maakte. Het gebied is een onderdeel van de mainport Antwerpen, met maritieme en industriële activiteiten. Doel verdwijnt en het Deurganckdok komt er. Het Baalhoekkanaal en het Kieldrechtdok worden geschrapt. Het verlies aan Habitat- en Vogelrichtlijngebieden wordt binnen en buiten het gebied gecompenseerd.

De ontwikkeling van de Waaslandhaven moet duurzaam gebeuren. Er moet zuinig met industriegrond worden omgesprongen. De inpalming van landbouwgrond gebeurt in fasen: de landbouw moet zo lang mogelijk blijven. De dorpskernen van Kallo, Kieldrecht en Verrebroek moeten leefbaar blijven. Er moet een studie komen over de afwikkeling van de verkeersmobiliteit (over weg, water en spoor).

De ontwerpers dachten ook na over een tweede maritieme toegang en over een tweede getijdendok. “Het is niet zeker dat zo’n tweede dok er komt”, zegt Frank De Mulder. Het hoofd van de dienst Planning en Natuurbehoud van de provincie Oost-Vlaanderen coördineert het overleg rond het plan. “We beletten wél dat er industriële activiteit komt op een van de schaarse plaatsen geschikt voor zo’n dok. In geen geval komt er een tweede toegang of een tweede dok in het Paardenschor ten noorden van de kerncentrale, bij het natuurgebied Verdronken Land van Saeftinge. Als we dat doen, komen alle fantasmen uit het verleden weer boven.”

De ontwerpers vinden de duidelijke afbakening van de Waaslandhaven een belangrijke stap voorwaarts. “Dit is het inbreidingsscenario van de toekomst, we bakenen dit gebied met natuur af”, vindt Guy Vloebergh van Omgeving. Het plan trekt grenzen. De buitengrens wordt afgezoomd met natuur. Dat is niet alleen zo ten noorden van de kerncentrale. Een 200 meter brede natuurbuffer scheidt de haven van een afstandsbuffer (landbouw) die nog voor de dorpskernen van Kallo, Kieldrecht en Verrebroek ligt. De binnenste 100 meter van de natuurbuffer kan eventueel voor haveninfrastructuur worden gebruikt. Deze buffer volgt de havenuitbreiding en zal groeien van zuid naar noord en van oost naar west.

Het plan heeft ook binnengrenzen die opschuiven in de tijd. De eerste binnengrens (2007) bevat 4950 ha, de tweede (2020) 5350 hectare. De hele havenuitbreiding neemt 6000 hectare grond in – zeven procent minder dan in het huidige gewestplan. “Voor het eerst aanvaardt de haven van Antwerpen een buitengrens en wil ze de leefbaarheid van de dorpen garanderen”, zegt Jef Van den Broeck.

Voor de landbouwers wordt de Vlaamse Landmaatschappij ingeschakeld. Die beheert een grondbank voor de ruil van gronden en gebouwen. “Een oudere boer die stopt in een gebied dat langer gevrijwaard blijft, kan zijn grond afstaan aan een jongere boer die sneller moet vertrekken”, zegt De Mulder. In sommige zones is landbouw tot 2007 mogelijk, in de meer noordelijke tot 2020 of langer. “Landbouwers die dit plan kennen, kunnen daar niet tegen zijn”, denkt Vloebergh.

“We willen op het gewestplan alleen zaken vastleggen waar we zeker van zijn, zoals natuurgebieden en bufferzones”, zegt Jef Van den Broeck. “Voorts staat er alleen: havengebied. De haven moet zich flexibel ontwikkelen, maar de leefbaarheid van de omgeving garanderen. Ons plan zegt wie verantwoordelijk is voor het grondbeheer en wie wanneer een bufferzone realiseert. We zeggen hoe het plan moet worden uitgevoerd, en met welke partners. Het is een visie, gekoppeld aan concrete maatregelen op korte en lange termijn. We zeggen meer dan: we willen gelukkig zijn. Dat is meer dan een gewestplan doet.”

Peter Renard

Reageren op dit artikel kan u door een e-mail te sturen naar lezersbrieven@knack.be. Uw reactie wordt dan mogelijk meegenomen in het volgende nummer.

Partner Content