Minister van Media Kris Peeters wil de media helpen. Hebben de redacties een plan?

De eerste week van december 2008 was een zwarte week voor de Vlaamse schrijvende pers. Na de onheilstijdingen van de VRT (150 jobs weg) en Sanoma (exit Milo) maakten Corelio (60 jobs) en De Persgroep (26 van de 92 jobs bij De Morgen) draconische besparingsplannen bekend. Ook Roularta schrapte 50 banen in Frankrijk. Concentra hoefde niemand te ontslaan, maar snoeide wel in de budgetten.

Een aantal leden van het Vlaams Parlement voelde een week eerder de bui al hangen. Zij vroegen in de commissie Media wat de nieuwe Media-minister Kris Peeters (CD&V) zou ondernemen om de mediasector te ondersteunen. Peeters antwoordde dat hij weinig kan doen, maar nodigde de sector wel uit voor overleg. Vorige week, bij Phara, toonde Peeters zich verrast. Hij had namelijk geregeld contact met de uitgevers, en die hadden hem nooit gezegd dat het slecht ging. Daarom wil hij nu ook rechtstreeks praten met de redacties en de Vlaamse Vereniging van Journalisten. Sinds hoofdredacteurs ook marketeers geworden zijn, verkondigen zij blijkbaar niet langer de stem van hun redacties.

De vraag is echter hoe de redacties kunnen worden versterkt in deze barre tijden. Acties op Facebook, zoals die voor de redactie van De Morgen (5000 ‘vrienden’ in één weekend), zijn sympathiek, maar de tijd dat lezers genoeg geld bijeen kunnen brengen om een krant te redden, is wellicht voorgoed voorbij.

Wat kan de overheid dan doen? Vroeger kreeg de schrijvende pers rechtstreekse perssteun (in cash of via achtergestelde leningen) om de opiniewaaier te vrijwaren. Die steun werd destijds omgezet in overheidsadvertenties. Daarnaast kwamen er ook gerichte subsidies voor vorming en opleiding. Het nadeel van die steun is dat die niet noodzakelijk bij de redacties terechtkomt. Het is bovendien erg moeilijk, of zelfs onmogelijk, om een precies zicht te krijgen op de financiële toestand van aparte (kranten-)titels. Tot nader order maken alle grote Vlaamse mediagroepen nog fors winst. De Morgen moet zijn redactie inkrimpen, maar tegelijkertijd wil De Persgroep het Nederlandse Algemeen Dagblad kopen en krijgt De Tijd een roos zalmkleurtje om zijn uitstekende resultaten van 2008 in de verf te zetten. Crisis?

Als de redacties steun willen van de overheid, dan moeten ze met een plan naar de minister stappen. Zo ligt voor een arbeidsintensieve sector zoals de media een loonlastenverlaging voor de hand. Wat voor de automobielsector kan, moet voor de Vierde Macht ook kunnen. Bovendien heeft die maatregel het voordeel dat hij gekoppeld is aan werkzekerheid. Hij kan ook dienen om de plaag van de schijnzelfstandigheid in te dijken. Een uitbreiding van het kunstenaarsstatuut (dat in zo’n lastenverlaging voorziet en ook zekerheid biedt aan freelancers) ligt voor de hand. Het probleem is dat dit een federale materie is.

De Vlaamse overheid kan wel gericht een aantal ‘moeilijke’ journalistieke niches subsidiëren: onderzoeksjournalistiek via het Fonds Pascal Decroos, literatuur via het Vlaams Fonds voor de Letteren, jongerenbijlagen via de budgetten voor jongerencommunicatie. Nu al krijgt VTM steun voor een jongerenjournaal.

In het verleden wierpen de directies van mediabedrijven vaak op dat overheidssteun neerkomt op een aantasting van de persvrijheid. Een non-argument. Als je die redenering doortrekt, dan moeten kranten alle overheidsadvertenties weigeren en alle berichten van het staatspersbureau Belga weren. De openbare omroep leeft van subsidies, maar kan bezwaarlijk de minst ‘vrije’ nieuwsbron van Vlaanderen genoemd worden. Je kunt veel zeggen van de VRT, maar dát niet.

door Karl van den Broeck

Reageren op dit artikel kan u door een e-mail te sturen naar lezersbrieven@knack.be. Uw reactie wordt dan mogelijk meegenomen in het volgende nummer.

Partner Content