De voormalige Amerikaanse minister van Buitenlandse Zaken Madeleine Albright over het conflict in Georgië en het expansionisme van Moskou.
Er zijn Russische tanks in Georgië, Rusland heeft de onafhankelijkheid van Zuid-Ossetië en Abchazië erkend en militaire bijstand beloofd. Is er een nieuwe Koude Oorlog in de maak?
MADELEINE ALBRIGHT: Dat zou een grote stap terug zijn en dat mag niet. Maar Rusland heeft een rode lijn overschreden. Het optreden in Georgië herinnert aan de 19e eeuw en het tsarendom.
Wat zou u als minister van Buitenlandse Zaken hebben gedaan?
ALBRIGHT: Ik was direct naar Moskou gevlogen. Condoleezza Rice heeft dat niet gedaan. Ik zou de Russen hebben uitgelegd dat ze te ver zijn gegaan, maar dat er geen gevaar dreigt aan hun grenzen. Dat ze de situatie fout hebben geschat.
Moskou vergelijkt de toestand in Georgië met de erkenning van Kosovo door het Westen.
ALBRIGHT: Die vergelijking klopt niet. De etnische zuivering die in opdracht van de Servische president Slobodan Milosevic in Kosovo werd uitgevoerd, kan op geen enkele manier worden vergeleken met wat de Georgiërs hebben gedaan om hun land bij elkaar te houden. Er is in de Verenigde Naties lang en hard geprobeerd om met de Russen in verband met Kosovo tot overeenstemming te komen.
De uitbreiding van de NAVO naar het oosten wordt als een succes van het presidentschap van Bill Clinton beschouwd. U was zijn minister van Buitenlandse Zaken. Was het uiteindelijk toch een vergissing om de alliantie uit te breiden tot tegen de Russische grenzen?
ALBRIGHT: Nee, helemaal niet. Europa was door het toeval van de geschiedenis na de Tweede Wereldoorlog verdeeld. Toen Polen, Tsjechië en Hongarije lid werden van het bondgenootschap hebben we de Russen uitgelegd dat die landen geen bedreiging voor hen vormen. Ik heb daarover met Boris Jeltsin gesproken. Bill Clinton heeft hem ook duidelijk gemaakt dat Rusland niet bang hoeft te zijn van de NAVO.
Geldt dat ook voor de plannen van George W. Bush om een raketschild te bouwen in Polen en Tsjechië?
ALBRIGHT: Die technologie staat nog niet op punt. Het blijft de vraag of het schild ooit kan worden gebruikt.
Moet de volgende Amerikaanse president dat project dan weer schrappen?
ALBRIGHT: Het debat daarover is er met Georgië niet eenvoudiger op geworden. De spanning vandaag heeft ook weinig met dat raketschild te maken. Het begon toen Vladimir Poetin de Amerikaanse buitenlandse politiek met die van het Derde Rijk vergeleek. Belachelijk. En toen hij buurlanden bedreigde, die er nog maar over dáchten om het lidmaatschap van de NAVO of de Europese Unie aan te vragen.
Wat verwacht u van Europa in deze crisis?
ALBRIGHT: De Sovjet-Unie is er nooit in geslaagd om de Atlantische partners uit elkaar te spelen. De Russen zal het ook niet lukken. Het is erg genoeg dat we voor de bevoorrading met olie en gas vaak afhankelijk zijn van landen die ons niet zo goedgezind zijn. Het is daarom belangrijk dat er in nieuwe energiebronnen wordt geïnvesteerd.
U steunt de Democratische presidentskandidaat Barack Obama. Waarin verschilt zijn houding tegenover Rusland met die van de Republikein John McCain?
ALBRIGHT: John McCain stelt zich in deze crisis op als een krijger uit de Koude Oorlog. Barack Obama begrijpt de ernst van de situatie en heeft beslist op de erkenning door Rusland van Zuid-Ossetië en Abchazië geantwoord. Hij heeft niets uitgesloten. Een optreden van de Verenigde Naties of een andere actie. Als de houding van Rusland niet verandert, moeten we naar manieren zoeken om dat land internationaal te isoleren.
© Der Spiegel
