Ingrid Van Daele
Ingrid Van Daele Ingrid Van Daele is redacteur bij Knack

Op de top van Kopenhagen nu donderdag en vrijdag zal er nog een hartig woordje gesproken worden over de toetredingsvoorwaarden voor Polen en de andere kandidaat-lidstaten van de Europese Unie.

Zal Polen er nog in slagen op de Europese top deze week betere toetredingsvoorwaarden binnen te halen? Of valt er niets meer te onderhandelen, zoals Brussel heeft aangekondigd? De Polen geven alvast niet op. De ‘historische top van de uitbreiding’ zou wel eens op een eindeloze marathonvergadering kunnen uitlopen. Denemarken, voorzitter van de Europese Unie in de tweede helft van 2002, heeft er al voor gewaarschuwd: als Polen elk akkoord weigert, kan het zijn toetreding in mei 2004 op het spel zetten. Eerder al werd de uitbreiding met een paar maanden uitgesteld, precies omdat de kandidaat-lidstaten nog zoveel toegevingen hadden gevraagd.

Niet dat de Polen zomaar een rondje Russische roulette spelen om toch het onderste uit de kan te halen. Op het thuisfront staat het mes hen op de keel. De Boerenpartij (PSL), de kleine coalitiepartner van de regering-Miller, dreigde er al mee om op te stappen, als Polen geen betere financiële voorwaarden bedingt. Ook verschillende andere partijen tonen zich bijzonder misnoegd. ‘Polen krijgt geen tweede- of derderangslidmaatschap aangeboden. We moeten het doen met de vierde klasse’, zegt een vertegenwoordiger van de anti-Europese Poolse ‘Gezinsliga’. Ook de meerderheid van de Polen vindt dat de regering zich laat beduvelen. Dat blijkt uit een recente opiniepeiling.

Onderhandelaar Jan Truszczynski heeft er dus alle belang bij toch zoveel mogelijk uit de brand te slepen. Zo niet dreigt het referendum van juni over de toetreding uit te draaien op een overtuigend njet. Als het wrange gevoel al niet blijft hangen tot de presidentsverkiezingen van 2005.

Maar Polen mag dan al sterk onderhandelen, erg veel ruimte heeft het niet. Met zijn 38,7 miljoen inwoners vormt het land de grootste economische macht van de tien kandidaat-lidstaten. Maar te- gelijk vertegenwoordigt het amper 2 procent van het bbp van de Europese Unie. Wat de Polen willen binnenhalen, moeten ze op eigen kracht verdedigen. Zeker als het gaat om landbouwsubsidies. Geen van de Europese lidstaten wil daar nog meer geld aan kwijt.

NIET ZONDER GOD

De Denen trachtten de potten te lijmen lang voor het begin van de top zelf. Eind november stelden ze daarom voor dat Polen in 2004 geen 25 procent van de landbouwsubsidies van de huidige lidstaten zou krijgen, maar 40 procent: dat zou kunnen door geld over te pompen van de structuurfondsen. De Denen zijn buiten hun boekje gegaan , insinueerde Duits minister van Buitenlandse Zaken Joschka Fischer. ‘Zonder overleg met de andere lidstaten’ en tegen de Frans-Duitse overeenkomst van oktober in, heeft Denemarken een nieuw voorstel gelanceerd. En daar kan hommeles van komen. Het is ronduit te duur, zei ook kanselier Gerhard Schröder. De kostprijs bedraagt op zijn minst 1,3 miljard euro meer dan in Brussel was overeengekomen.

Te duur? De Polen vinden het ‘ontoereikend’. Eén week voor de top hebben ze het voorstel nog steeds niet aanvaard. ‘Ze kunnen ons niet van start laten gaan met ongelijke concurrentievoorwaarden’, fulmineert minister van Landbouw Jaroslaw Kalinowski. De meeste Polen willen niet 40, maar 100 procent subsidies vanaf mei 2004. Daar zal nog een hartig woordje over gesproken worden.

Niet alleen dáárover. Ook over de melkquota zal nog gekibbeld worden. De voorstellen zijn irrealistisch, vinden de Poolse boeren. Ze vrezen dat ze melkproducten uit andere lidstaten zullen moeten invoeren. En dat gaat de Oost-Europese landbouwers wel iets te ver.

Eenvoudig is het voor de Polen niet. Zij kampen bovendien nog met een ander dilemma: zal de Europese Conventie wel verwijzen naar God en de religieuze erfenis van Europa – zoals hun eigen grondwet dat in ruime bewoordingen doet? De kans lijkt klein. En dus zetten de Polen alles op alles om er zich financieel toch keurig uit te trekken.

Polen staat trouwens niet alleen met zijn kritische kijk op de toetredingsvoorwaarden. Andere kandidaat-lidstaten beseffen dat het vast de moeite loont om ook nog even door te bijten. Ze durven er niet aan te denken dat de Polen méér zouden binnenhalen door langer stand te houden. En dus gingen onder meer Hongarije, Slovakije en Tsjechië ook nog eens rond de tafel zitten.

Niet de vrede of de stabiliteit in de regio wordt dus de eerste ambitie van deze top in Kopenhagen. ‘Het belangrijkste strijdpunt wordt het geld’, aldus de Deense premier Anders Fogh-Rasmussen. Als er geen overeenkomst over bereikt wordt, zou dat de uitbreiding in het slechtste geval nog eens met een paar maanden kunnen uitstellen.

Ingrid Van Daele

Reageren op dit artikel kan u door een e-mail te sturen naar lezersbrieven@knack.be. Uw reactie wordt dan mogelijk meegenomen in het volgende nummer.

Partner Content