Ingrid Van Daele
Ingrid Van Daele Ingrid Van Daele is redacteur bij Knack

Volgende week vindt in Brussel een Europese minitop over defensie plaats. Naar het voorbeeld van de eurozone wil Europa een defensiezone oprichten.

De Duitsers noemen het smalend de pralinetop, de minitop van 29 april in Brussel, die de impuls moet geven aan een nieuw Europees defensiebeleid. Maar het zou ook wel eens een Poolse landdag kunnen worden, als het debat breed en uitvoerig wordt gevoerd en zich vastrijdt in de bekende onenigheden.

Na de Irak-crisis kan het defensieproject van een kerngroep van vier landen – België, Frankrijk, Duitsland en Luxemburg – worden gezien als de bevestiging van een verdeeld Europa. Maar het kan ook de katalysator vormen van een noodzakelijk Europees project: een Europese defensiemacht als instrument voor de uitbouw van een gemeenschappelijke Europese politiek.

‘Het doel is dat er een concept uit de bus komt, dat de verdere integratie definieert op verschillende niveaus van het Europees militair instrument’, zegt Franklin Dehousse, directeur van de afdeling Europese Studies aan het Koninklijk Instituut voor Internationale Betrekkingen en regeringsadviseur voor Europa. ‘De Europese defensie moet ambitieuzer worden. De internationale gebeurtenissen van de jongste tien jaar hebben steeds weer aangetoond dat we een militair operationeel instrument nodig hebben. Dat kan alleen ontstaan vanuit het concept van de nauwere samenwerking tussen een paar kernlanden. Het komt er niet op aan zoveel mogelijk staten te verzamelen, wel een maximum aan ambities.’ Een kleine kern van gelijkgezinde landen, zoals de Schengen-ruimte voor vrij verkeer of de eurozone is ontstaan, moet de integratie op gang trekken.

Frankrijk en Duitsland vormden al vaker de motor van de Europese integratie. Duitsland is op dit moment wat terughoudend. Een Europese defensiemacht kan bij de aanvang zware investeringen vergen. En dat zint de Duitsers niet. Volgens het plan van premier Guy Verhofstadt (VLD), de initiator van het hele opzet, moet er binnen het jaar een operationele ‘generale staf’ bestaan. Die moet de Europese militaire operaties plannen en leiden. Daarnaast moet een Europees aankoopagentschap worden opgericht. Voor kanselier Gerhard Schröder, die zelf nochtans verdedigde dat de Irak-crisis een sterkere Europese defensiemacht noodzakelijk maakt, gaat het allemaal wat te snel.

Voor de Fransen kan een van de NAVO onafhankelijke defensiemacht niet snel genoeg ontstaan. Voor hen zijn de zaken duidelijk: de NAVO is een verlengstuk van de Amerikaanse buitenlandse politiek. Alleen door eruit te stappen kan Europa tot een politieke macht worden verheven.

MOEILIJKER ZONDER BRITTEN

Maar hoe onafhankelijk kan de Europese defensiemacht zijn? Amerika kijkt met argusogen toe. Als het van hen afhangt, blijft de NAVO het belangrijkste veiligheidsorgaan binnen Europa. Maar hoeven ze zich wel zorgen te maken? Sinds de eerste stappen naar een Europese defensiemacht is er onophoudelijk heen en weer gelobbyd. En de eerste militaire operatie die geleid wordt door de Europese Unie is de overname van een NAVO-vredesoperatie in Macedonië. De operatie Concordia, zoals ze heet, wordt gezien als een test voor de overname van andere NAVO-vredesmissies. De Europese Unie krijgt daarvoor toegang tot de logistieke middelen en de planning van het bondgenootschap.

Trouwens, ook premier Verhofstadt zelf ziet een nieuw atlantisme ontstaan dat op twee pijlers rust: een Europese en een Amerikaanse. En ook volgens Dehousse is dit de juiste lijn: ‘Zodra we een bruikbaar en geïntegreerd instrument hebben opgezet, kunnen we het verder uitbouwen binnen de structuur van de NAVO. Als we sterker en operationeel efficiënter zijn, zullen we de NAVO beter dienen. Als de Verenigde Staten dan behoefte hebben aan bondgenoten, zullen ze daar in bepaalde omstandigheden ook kunnen op rekenen.’

Een Europese defensiemacht zonder de Britten? Een kleine kern werkt, zeggen de critici, maar niet zonder hen. Dehousse: ‘Zonder de Britten is het moeilijker. Maar ze staan niet bepaald open voor een geïntegreerd project. Aan een klassieke intergouvernementele samenwerking zouden ze gemakkelijk deelnemen. Niet aan een soort van defensiezone naar het voorbeeld van de eurozone.’

‘Vandaag komt het er niet op aan de Franse en de Duitse legers te herscheppen. We moeten een eerste stap zetten naar een verdere integratie. De vraag is: kunnen we het Eurokorps voorbij, de embryonale vorm van Europese militaire samenwerking?’

Dat zal niet eenvoudig zijn. ‘Aan het einde van de Irak-crisis moeten we een analyse maken van de rol van de VN, de NAVO, de Europese Unie in de hele zaak. Voor het eerst zullen we de uitgebreide Europese Unie zien functioneren of disfunctioneren. De EU is slecht voorbereid op de uitbreiding. Het Iraakse dossier zal laten zien wat dat kan geven in crisissituaties.’

Ingrid Van Daele

Reageren op dit artikel kan u door een e-mail te sturen naar lezersbrieven@knack.be. Uw reactie wordt dan mogelijk meegenomen in het volgende nummer.

Partner Content