Man zijn in de twintigste eeuw is geen gemakkelijke klus. Feministen à la Greer blijven dit hardnekkig ontkennen. Niet alle vrouwen delen echter deze fundamentalistische visie. Zo publiceerde de filosofe Elisabeth Badinter een paar jaar geleden de boeiende studie “XY”, waarin ze de problematiek van de mannelijke identiteit in een zich wijzigende sociale context behandelde. Ook Pulitzer-prizewinnares Carol Shields wil haar mening hierover kwijt, zij het op een andere manier. In de roman “Larry’s party” beschrijft ze twintig jaar uit Larry Wellers leven. De pijlers van zijn bestaan zijn vertrek en aankomst: vertrek uit de ouderlijke woning, uit zijn eerste en tweede huwelijk en terugkeer naar zijn eerste vrouw. Een cirkelvormig parcours dus dat voor de nodige sentimentele ellende zorgt. Maar ook als Larry niet in liefdesperikelen verwikkeld zit, gaat het leven hem niet zo best af. Toen hij puber was, onderscheidde hij zich van zijn leeftijdgenoten omdat hij nogal teruggetrokken was. Later past hij zich als zoon van een fabrieksarbeider met moeite aan aan het burgelijke milieu waarin hij door zijn schitterende carrière als doolhofmaker is terechtgekomen. Op 40-jarige leeftijd is het de midlifecrisis die hem uit zijn evenwicht brengt. In die ogenblikken houdt alleen zijn werk hem overeind.

Doolhoven fascineren hem omdat hij er zich tegen de verwarrende prikkels van de buitenwereld beschut voelt en enkel met zichzelf te doen heeft. Labyrinten stellen daarnaast ook “beheerste chaos en beraamde paniek” voor. Door ze zelf te ontwerpen, vindt Larry een kunstzinnige uitlaatklep voor zijn identiteitsproblemen. Tijdens Larry’s party op het einde van de roman lijken zijn vrienden met gelijkaardige moeilijkheden opgescheept te zitten. Door het vervagen van de rolpatronen is de man uit zijn lood geslagen, drukt Shields ons op het hart. Hij kan slechts op eieren lopen. Vrouwen doen dit volgens haar reeds eeuwenlang en al heeft het feminisme daar enige verandering in gebracht, toch blijven ook zij in het duister tasten, zoals uit de verdere levensloop van Larry’s twee echtgenoten blijkt.

“Larry’s party” brengt niets wereldschokkends aan het licht wat de interseksuele relaties betreft. Anders dan sommige vrouwenauteurs weet Shields haar thematiek vermakelijk aan de man te brengen. Met haar licht ironische toon spaart ze niets of niemand. Haar personages kan ze met enkele terloopse opmerkingen haarscherp uit de verf doen komen. Neem daarbij haar trefzekere dialogen en je hebt ondanks het zware onderwerp een amusant, vlot lezend boekje.

Carol Shields, “Larry’s party”, De Geus, Breda, 363 blz., 998 fr.

Agnès Van Emelen

Reageren op dit artikel kan u door een e-mail te sturen naar lezersbrieven@knack.be. Uw reactie wordt dan mogelijk meegenomen in het volgende nummer.

Partner Content