Met de start van het nieuwe academiejaar zijn de zwakke slaagcijfers in het hoger onderwijs en de daling van het kennisniveau van onze jongeren weer ‘hot items’ in de media. De recente studie over het niveau van beginnende leraren doet er nog een schepje bovenop (‘Aspirant-leraars strenger geselecteerd met intake-proef’, Knack nr. 40). De klassenraden in het secundair onderwijs kunnen een perfect antwoord geven op de vraag of een leerling goede slaagkansen heeft in het hoger onderwijs. Alle elementen voor een objectieve en gemotiveerde beslissing door de leraren zijn aanwezig: het gemiddelde resultaat van de leerling, de vakkencijfers, een leerlingendossier en een attitudeportfolio gericht op het hoger onderwijs. De meeste leerlingen in de derde graad van het secundair onderwijs zijn zodoende goed georiënteerd. Maar leraren merken ook dat meer en meer leerlingen enkel werken om ‘geslaagd’ te zijn en tevreden zijn met een gemiddelde van 60 tot 65 procent. Een aantal riskeert het om te gaan voor 50 à 55 procent. Bovendien maakt een aanzienlijke groep bij de keuze voor een academische of professionele bachelor een keuze boven zijn/haar niveau, ondanks het gefundeerde advies van de klassenraad.

Waar loopt het dan fout? Veel leerlingen vinden dat ze minstens ‘een jaartje mogen proberen’ op het hoogste niveau van academische bachelor. De huidige levensstandaard in heel wat gezinnen laat dat toe. Voor ouders speelt het statussymbool van ‘mijn zoon/dochter zit aan de unief’ ook een niet te onderschatten rol. Wat is de oplossing? Geef aan de klassenraad de bevoegdheid om leerlingen op basis van hun resultaten in de derde graad en een wetenschappelijk verantwoorde leerstijl- en motivatietest, gericht op de vaardigheden van het hoger onderwijs een toelatingscertificaat te geven tot dat hoger onderwijs. Zo’n certificaat geeft al dan niet toegang tot een academische of professionele bachelor. Door die benadering zullen de motivatie en werkkracht van heel wat jongeren in de derde graad secundair weer worden gestimuleerd. De overbevolking aan de universiteiten wordt opgelost omdat we een daling van minstens 20 procent van de studenten mogen verwachten. Meer jongeren zullen rechtstreeks instromen in de professionele bachelors. Het niveau in de professionele bachelors, waaronder de lerarenopleiding, zal aanzienlijk stijgen. De slaagpercentages in het hoger onderwijs zullen spectaculair stijgen. Het zou onze jongeren vele mislukkingen en ontgoochelingen besparen, en voor de Vlaamse gemeenschap is het financiële voordeel in tijden van budgettaire krapte meegenomen.

Willy Penninckx, ondervoorzitter College Hagelstein, Keerbergen

Reageren op dit artikel kan u door een e-mail te sturen naar lezersbrieven@knack.be. Uw reactie wordt dan mogelijk meegenomen in het volgende nummer.

Partner Content