Ingrid Van Daele
Ingrid Van Daele Ingrid Van Daele is redacteur bij Knack

Volgende week maakt het weekblad Trends de nieuwe ‘Manager van het Jaar’ bekend. Hopelijk zal de bekroonde zijn succes langer weten vast te houden dan sommigen van zijn voorgangers.

In één grillige lijn buitelde de koers van het aandeel Kinepolis sinds vorige zomer naar beneden, gevolgd door dat van een ander jong Vlaams groeibedrijf: Ubizen. Kinepolis wist het vertrouwen van de beleggers in het herstel maar niet terug te winnen en het overgewaardeerde Ubizen werd het slachtoffer van de val van de nieuwe economie. Behalve de massale belangstelling bij hun beursgang hebben beide bedrijven niets met elkaar gemeen. Tenzij dit: Kinepolis en Ubizen leverden respectievelijk de voorlaatste en de laatste Manager van het Jaar, aangewezen door het weekblad Trends.

‘Ik denk niet dat er een causaal verband bestaat’, grapte een van de tien kandidaten voor de titel van dit jaar. Dat hoopt hij toch. Al meerdere Vlaamse topondernemers moesten immers vaststellen dat het dal na een hoogtepunt diep kan zijn.

Spector-topman Johan Mussche en Manager van het Jaar in 1995, die onlangs wegens zware gezondheidsproblemen terugtrad als gedelegeerd bestuurder, reed zich vast in een politiek van te snelle groei en zette op zijn minst één grote stap te veel. De sanering van de Duitse winkelketen Photo Porst, het overname-avontuur van 1995 dat Spector naar de Europese top zou leiden, ligt nog vers in het geheugen. Vandaag heeft Spector te kampen met een ander, fundamenteel probleem: de almaar toenemende digitalisering van de fotografie. De groep werkt volop aan een strategische herpositionering en doktert een wijziging in de managementstructuur uit. Maar de analisten van grote beurshuizen hebben al afgehaakt: het vertrouwen in de sector is aangetast en de opeenvolgende tegenslagen en de almaar weer ontgoochelende resultaten hebben het geloof in het herstel ondermijnd.

Een ondernemer uit dezelfde kringen, Luc De Bruyckere, Manager van het Jaar in 1986 en voorzitter van de raad van bestuur van vleesverwerker Ter Beke, volgde een tijdlang een vergelijkbaar patroon. Ook zijn bedrijf moest herstructureren en de ambities terugschroeven nadat het in 1995 een aantal Unilever-bedrijven had overgenomen die de hefboom moesten vormen voor de grote Europese expansie. Maar na de zware dioxinecrisis nam De Bruyckere vorig jaar een bocht, ging op zoek naar nieuwe allianties en slaagde erin voor de eerste jaarhelft zelfs een financiële ommekeer te verwezenlijken. Voor de financiële markten bleef het bedrijf dat ooit symbool stond voor modern management echter oninteressant. De Bruyckere moest versterking zoeken aan de top in de persoon van Johnny Thijs (ex-Interbrew), die de groeidoelstellingen zal moeten waarmaken en helpen internationaliseren.

IN DE RODE CIJFERS

De val van de West-Vlaamse entrepreneurs in de spraaktechnologie is dan weer absoluut uniek. Zo uniek dat velen het maar liever zien als een alleenstaand geval waar we beter geen conclusies uit kunnen trekken. ‘Als ze nog geen Manager van het Jaar waren geweest in 1996, zouden ze vandaag geen enkele kans maken’, zegt een nuchtere John Cordier, zelf de eerste Manager van het Jaar in 1986. Ook Cordier dook in de jaren na zijn bekroning in de rode cijfers. Vooral de fusie in 1991 tussen Telindus en Informabel, een filiaal van Sidmar, liet zijn sporen na en bezorgde het bedrijf een verlies van 1,1 miljard frank. Maar Cordier kwam terug. De voormalige marconist focuste op draadloze communicatie en borduurt nu vooral voort op zijn kernactiviteit: netwerkintegratie en -beveiliging. ‘Cordier is er het mooiste bewijs van dat wie struikelt, kan terugkomen’, aldus Frans Crols, directeur van Trends en de initiatiefnemer van de Manager van het Jaar. ‘Hij heeft een hele turnaround kunnen realiseren en zou opnieuw potentieel kandidaat-manager van het jaar kunnen zijn.’

Wijlen Patrick De Puydt, lange tijd bekend om zijn reddingsoperaties, onder meer van het prestigieuze Val-Saint-Lambert en het meubelbedrijf Velda, slaagde daar niet in en zag zijn industrieel rijk ineenstorten. De bedrijven die hij uit het moeras had gehaald, gingen failliet. Kort na zijn verkiezing tot Manager van het Jaar in 1989 zat De Puydt, die wel eens de Bernard Tapie van België werd genoemd, bovendien in het beklaagdenbankje, op beschuldiging van een bedrieglijk bankroet.

‘De managers van het jaar worden in principe niet beloond voor wat ze in de toekomst zullen doen, maar voor hun prestaties in het verleden’, zegt Fernand Huts, hoofd van Katoen Natie en zelf manager van het jaar in 1987. Dat roem vergankelijk is, beaamt ook Frans Crols: ‘Een manager van het jaar nomineer je op een bepaald moment in zijn loopbaan, wanneer hij om aanwijsbare redenen excelleert. Dat sluit niet uit dat hij in de jaren daarop kan terugvallen.’ De criteria bij de verkiezing zijn trouwens niet mathematisch: ‘Het is een combinatie van meetbare en onmeetbare elementen. Iemands reputatie, zijn zin voor innovatie kun je niet becijferen. In die benadering steekt het grote verschil met de ‘Onderneming van het jaar’, een initiatief van Ernst & Young in samenwerking met de Financieel-Economische Tijd, Fortis en Kanaal Z, waar vooral cijfers, groeiritmes van bedrijven worden geëvalueerd. Op die manier kom je nooit tot bevlogen figuren als Stijn Bijnens, Jo Lernout, Pol Hauspie, en anderen.’

De eerste verkiezingen organiseerde zusterblad Trends in zijn eentje. Nadien kwamen daar de Vlaamse Managementassociatie (VMA) en enkele executive searchers bij, met wie het blad jaarlijks een sneuvellijst opstelt. Crols: ‘Het idee kopieerden we van Nederlandse, Amerikaanse, Britse magazines, met als grootste verschil dat wij ook de mening van de lezer vroegen.’ Aanvankelijk konden alle lezers, ook de niet-abonnees hun stem uitbrengen, ‘met het risico dat de genomineerden alle exemplaren in de kiosk zouden laten opkopen en de stembiljetten door hun secretaresse laten invullen’, aldus Crols. ‘We moesten de valse trucs eruit halen.’ Paranoia of een noodzakelijke ingreep? Boze tongen beweren dat dit ooit zou zijn gebeurd, en dat met name Fernand Huts zich aan die kruidenierspraktijk zou hebben bezondigd. Waar of niet? Vergeleken met sommigen van zijn notoire collega-verkozenen kenden zijn zaken alvast een vrij rimpelloos verloop. Hij wist met zijn bedrijf een constante groei te handhaven.

Alleen abonnees konden voortaan dus hun stem nog uitbrengen. ‘Het blijft een volksraadpleging, een populariteitspoll’, benadrukt Crols. ‘Maar we hebben remmen ingebouwd om te voorkomen dat de Manager van het Jaar een populistische inslag zou krijgen. Vóór de vergadering waarop de vijf – sinds dit jaar de tien – kandidaten worden genomineerd, circuleert een interne lijst met een dertigtal namen.’

VOX POPULI VERSUS CONNECTIES

Een vox populi in strikte zin is de verkiezing voor de Manager van het Jaar nooit geweest, wat altijd al felle kritiek heeft uitgelokt. Een medewerker van het VBO die anoniem wil blijven vat de populariteitspoll voor de Manager van het Jaar samen als volgt: ‘Er bestaat een consensus over dat het een titel is die je kunt krijgen via connecties op een bepaald niveau. Iedereen weet ongeveer wel wie de volgende is die aan de beurt komt.’ Pr-adviseur Peter Anthonissen, gedelegeerd bestuurder van het Antwerpse Anthonissen & Associates voegt daaraan toe: ‘Sommigen verwijten de redactie, vooral de hoofdredactie, dat ze een te grote inbreng heeft. Maar de procedure is dit jaar verfijnd.’

Dat er aan de verkiezingsprocedure werd gesleuteld, bevestigt Crols: ‘Er zijn dit jaar twee stemrondes. Een groep van negen (de hoofdredactie van Trends, drie bestuursleden van VMA, twee executive searchers en de Manager van het Jaar van vorig jaar, Stijn Bijnens) zal bepalen wie het dit jaar wordt.’ Pijnlijk, maar Bijnens zelf reageerde op dat bericht drie weken geleden met wenkbrauwgefrons: ‘Het zijn de lezers van Trends die de manager van het jaar kiezen. Ik weet daar niets van.’

Hoe het ook zij, de jongste lijst van kandidaten ziet er vernieuwend uit. Peter Anthonissen: ‘Ze bevat managers van buiten de zuivere privé-sfeer: Eddy Bruyninckx van het Antwerps Havenbedrijf. Er is ook een vrouwelijke kandidate, Martine Reynaers. En anders dan vroeger zijn niet alle tien de kandidaten bekend.’

Bij de bekende namen dan toch Luc Vansteenkiste van het Wetterse kunststoffenbedrijf Recticel, eerder al genomineerd tot Manager van het Jaar en ondervoorzitter van de raad van bestuur bij Spector. En het duo Paul De Keersmaeker en Hugo Powell van Interbrew, the world’s local brewer die vorig jaar voor de grootste beursgang ooit in ons land heeft gezorgd. Ook voor de volgende jaren wordt van Interbrew heel wat verwacht. Johan Govers, portefeuillebeheerder bij Fortis Investment Bank: ‘Voor de komende vijf jaar verwachten analisten een winstgroei van 22 procent per aandeel. Let wel: de helft daarvan is afkomstig van synergieën in het Verenigd Koninkrijk, waar Interbrew twee belangrijke overnames deed, Whitbread en Bass. De UK Competition Commission voert er een onderzoek naar een mogelijk te dominante positie van het bedrijf (bij het ter perse gaan was nog niets beslist, nvdr.). De goedkeuring is van essentieel belang voor de koersontwikkeling.’

Ook bij het beleggerspubliek is Paul De Keersmaeker geen onbekende. ‘Beleggers hebben een herkenningspunt nodig, een boegbeeld’, aldus Peter Anthonissen. ‘Real Software is voor hen Rudy Hageman, Ubizen is Stijn Bijnens, Interbrew is Paul De Keersmaeker. Image building wordt steeds belangrijker, vooral bij beursgenoteerde bedrijven en wordt niet zelden resoluut ondersteund door een pr-campagne.’

Ook voor de titel Manager van het Jaar zouden bekroonden ooit campagne hebben gevoerd. Zo pakte het pr-bureau Interel & Mariën er bij een potentiële klant mee uit dat Luc Van Nevel de titel Manager van het Jaar aan hun campagne in 1990 te danken had. Een andere pr-adviseur bevestigt dat er in het verleden campagnes voor werden gevoerd, ‘sommige met, andere zonder succes’. Ine Mariën, gedelegeerd bestuurder bij Interel & Mariën bevestigt dat ze rond de persoon van Van Nevel een campagne heeft gevoerd, ‘maar elke campagne past om te beginnen in een bredere communicatie rond het bedrijf en is uiteraard nooit uitdrukkelijk gericht op het behalen van een titel. Het is meegenomen, en het zorgt voor een accelerator effect. Maar daar doen we het niet voor.’

Illustraties: Karl Meersman

Ingrid Van Daele

Reageren op dit artikel kan u door een e-mail te sturen naar lezersbrieven@knack.be. Uw reactie wordt dan mogelijk meegenomen in het volgende nummer.

Partner Content