Wie kennis heeft genomen van de feitelijke toestand vandaag met betrekking tot kernafval in de wereld, zowel afkomstig van vreedzame als van militaire toepassingen, bijvoorbeeld via het boek van Helen Caldicott (Nieuw Nucleair Gevaar, Uitg. Lemniscaat), kan niet anders dan vrezen voor de toekomst (‘De vloek van de Farao’, Knack nr. 37).

Het offensief van de pro-nucleaire kringen, gestart bij het begin van de eerste ambtsperiode van president Bush, verwijst naar de ‘zuivere’ kerntechnologie, gezien kerncentrales ‘geen CO2 produceren’, wat moet helpen om de Kyoto-normen te halen.

De kerncentrales van Doel zullen inderdaad weinig CO2 uitstoten, maar heel het productieproces, van het uraniumerts, via de verrijking en bewerking tot splijtstof, en al wat erbij hoort, doet dit wel. Twee professoren emeriti, de Nederlander Jan Willem Storm van Leeuwen en zijn Amerikaanse collega Philip Smith, hebben de oefening gemaakt: onder de meest gunstige voorwaarden, met uitbating van rijke ertsmijnen, bedraagt de nucleaire CO2-emissie één derde van wat een gascentrale voortbrengt. Maar de rijke mijnen raken uitgeput en men moet meer en meer een beroep doen op armere mijnen, wat een veel groter energieverbruik vereist. Er komt een moment, aldus de auteurs, dat de CO2-uitstoot bij kernenergie even groot zo niet groter wordt dan bij centrales met fossiele brandstof. Het Kyoto-argument wordt dus van tafel geveegd, voor zover de berekeningen van beide deskundigen bevestigd worden.

Een tweede opmerking inzake de thematiek behandeld door Hubert van Humbeeck, heeft betrekking op het eenmalige bericht dat na de tsunami aan de Somalische kust grote hoeveelheden radioactief afval zijn aangespoeld in lekke vaten, waardoor heel wat mensen ernstig ziek zijn geworden. De duizenden vaten zouden gedumpt zijn door Zwitserse en Italiaanse reders. Na het alarmsignaal vanwege het VN-milieuprogramma, werd er niets meer vernomen over deze ernstige zaak. Noch vanwege het internationaal atoomagentschap IAEA, belast met de controle op splijtstoffen, noch vanwege enige nationale of wetenschappelijke instantie. Blijkbaar hebben Afrikanen het voorrecht nu al kennis te maken met de Vloek van de Farao.

Hubert van Humbeeck stelt ook vragen bij het recente Tsjernobyl-rapport. Het is daarbij belangrijk te weten dat er al lang ontevredenheid heerst bij Oost-Europese wetenschappers over de selectieve behandeling door het Westen van hun onderzoek inzake de medische gevolgen van Tsjernobyl. Volgens hun beweringen berusten de erg relativerende westerse beschouwingen hoofdzakelijk op de studies inzake de toename van schildklierkanker, die echter slechts een miniem percentage uitmaakt van alle schadelijke gevolgen, zowel inzake kankers als genetisch.

Jef Turf, Wondelgem.

Reageren op dit artikel kan u door een e-mail te sturen naar lezersbrieven@knack.be. Uw reactie wordt dan mogelijk meegenomen in het volgende nummer.

Partner Content