Overal klinken alarmbellen, maar de politieke euforie over de Belgische economie blijft onaangetast. Van Brussel tot in Seoel.

Het was een Aziatische scène met een hoog slapstickgehalte, maar eigenlijk was het vooral tragisch. Aan de ene kant van de zaal pronkte minister van Financiën Didier Reynders (MR) met een nieuwe Aziatische investeerder. Even verderop toonde diezelfde investeerder zijn shortlist van Europese landen waar hij wílde investeren. België stond daar niét tussen.

De toehoorders waren nauwelijks verrast. Als potentiële investeerders lijstjes opstellen met landen in Europa waar ze hun fabrieken willen inplanten, sukkelt België daar nog maar zelden tussen. Zelfs bedrijven die hier al zitten, trekken weg: een goede week geleden kondigde farmareus Pfizer aan dat de geplande investering van 185 miljoen euro niét naar zijn vestiging in het Antwerpse Puurs zou vloeien. Het onheilsbericht kwam er te midden van een lawine van alarmerende berichten over de toekomst van de Belgische economie. Eurostat en het Rekenhof plaatsten vraagtekens bij het knip- en plakwerk waarmee de Belgische begroting in elkaar is gedraaid, en dat wekt niet bepaald veel vertrouwen. De Centrale Raad voor het Bedrijfsleven (CRB), een overlegorgaan uit het sociaal-economische middenveld, was in een recente studie uitgesproken negatief over de Belgische loonnorm en loonachterstand. De Amerikaanse Kamer van Koophandel (Amcham) waarschuwde dat de hoge sociale bijdragen, de zware bedrijfsbelasting en de onzekere fiscaliteit Belgiës aantrekkingskracht als investeringsland onherstelbaar hebben aangetast. En de Programmatorische federale overheidsdienst Wetenschapsbeleid stelde vast dat België inzake investeringen in innovatie onder het Europese gemiddelde gezakt was – nochtans een motor van de kenniseconomie die Paars van ons land wil maken.

De oorzaak van de malaise? Een acuut gebrek aan visie. Terwijl alle buurlanden aan hun loonkosten knagen, ondergraaft België zijn concurrentiepositie door elke structurele maatregel uit de weg te gaan. Nagenoeg elk jaar wordt de loonnorm overschreden, maar er komen nooit correcties. Concurrenten maken bindende fiscale afspraken, maar België gooit zonder meer zijn spaarfiscaliteit van de ene dag op de andere overhoop – een maatregel die toch minstens twijfel zaait over de duurzaamheid van de notionele interest, een fiscale stimulus waarmee Paars het land aan de Aziatische mogols wil verpatsen.

Ondanks alle beloftes lijkt het economisch beleid van Paars ook nu weer te verzanden in hapsnap maatregelen die weliswaar opvallen, maar die in het beste geval geen effect sorteren op langere termijn. En die houding drijft België langzaam maar zeker naar het sociaal-economische failliet.

Frank Demets

Een acuut gebrek aan visie drijft België naar een sociaal-economisch failliet.

Reageren op dit artikel kan u door een e-mail te sturen naar lezersbrieven@knack.be. Uw reactie wordt dan mogelijk meegenomen in het volgende nummer.

Partner Content