De Iraanse olieminister Nejad Hosseinian pleit voor samenwerking tussen Iran en Europa.
Terwijl de Europese Unie en Iran vorige week in Genève beslisten om het netelige dossier over de aanmaak van kernenergie door Iran tot augustus door te schuiven, was de Iraanse minister van petroleum, Nejad Hosseinian, voor een werkbezoek in Brussel. Hosseinian pleegde overleg met de Europese Commissie over een eventuele samenwerking op het vlak van energie en transport.
Waaruit kan de samenwerking bestaan?
NEJAD HOSSEINIAN: Iran beschikt over de op één na grootste gasreserves ter wereld en zou voor een lange periode als betrouwbare leverancier voor de Europese Unie kunnen optreden. Bovendien ligt Iran op de weg naar Centraal-Azië, een gebied waarmee de Europese Unie handel wil drijven. Twee jaar geleden maakte de Europese Commissie al 1,7 miljoen euro vrij voor het samenwerkingsproject. Maar het kwam niet van de grond.
Hangt de samenwerking af van de onderhandelingen over de kernenergie?
HOSSEINIAN: Normaal gezien is ze niet gerelateerd aan de politieke besprekingen. Maar een economische coöperatie kan de toenadering op politiek vlak vergemakkelijken.
Heeft Iran met zijn enorme gas- en oliereserves wel nood aan kernenergie?
HOSSEINIAN: Iran heeft, net als andere landen, récht op kernenergie. We hebben het non-proliferatieverdrag (tegen de verspreiding van nucleaire wapens, nvdr) mee ondertekend. Dat biedt landen het recht om kernenergie voor vreedzame doeleinden aan te wenden.
Tegen 2015 wil Iran zijn olieproductiecapaciteit verdubbelen. Maar op de vergadering van 15 juni in Wenen willen bepaalde OPEC-landen de productiequota inkrimpen om de prijzen onder controle te houden.
HOSSEINIAN: De ene beweging staat los van de andere. Een aantal OPEC-landen vindt inderdaad dat de productie beperkt moet worden, om te voorkomen dat de olieprijzen kelderen. Op langere termijn evenwel zal de vraag naar olie alleen maar toenemen. Om de prijzen tegen 2015 binnen een redelijk bestek te houden, moeten alle olieproducerende landen, ook Iran (tweede producent van de OPEC), investeren om de productiecapaciteit te verhogen. Iran heeft vandaag een marktaandeel van 15 procent van de OPEC-quota, en dat willen we behouden.
Onlangs rees de vraag om olie niet langer in dollar maar in euro te verhandelen.
HOSSEINIAN: Dankzij de sterke positie van de euro waren we vragende partij, maar de OPEC en de bedrijven moeten ook akkoord gaan. Bovendien is de koers van de euro ten aanzien van de dollar aan het keren, waardoor de handel in dollar toch interessant blijft.
I.V.D.