Annemie Neyts over haar rondreis in Midden-Afrika.
Na jaren van afwezigheid voert België weer een actieve Afrikapolitiek. Dat is in de eerste plaats de verdienste van minister van Buitenlandse Zaken Louis Michel. Maar ook premier Verhofstadt had het onlangs bij een bezoek van VN-secretaris-generaal Kofi Annan over ‘een nieuw diplomatiek initiatief’. Geen wonder dus dat met staatssecretaris Annemie Neyts ook adviseurs van Verhofstadt, Michel en van staatssecretaris voor Ontwikkelingssamenwerking Eddy Boutmans naar het gebied van de Grote Meren meereisden. Louis Michel zal overigens eerstdaags in de Kamer worden geïnterpelleerd over het feit dat hij de rondreis ‘overliet’ aan z’n staatssecretaris.
De Afrikapolitiek is teamwork, zo luidt het. Het beleid op de voet volgen, is zeer arbeidsintensief. Daarom verdeelt de minister van Buitenlandse Zaken de taken over verschillende diplomatieke niveaus. Zo ontstaat ook een groter draagvlak. Nu is Annemie Neyts de situatie gaan aftasten, een volgende keer, wanneer er zware onderhandelingen moeten worden gevoerd, zal Louis Michel weer zelf ter plaatse gaan.
Zeer binnenkort vertrekt hij trouwens naar Gabarone in Botswana, naar de conferentie van de SADC (Southern African Development Community). Met, als hij niet te vroeg vertrekt, het verslag van deze laatste reis. De conclusies zijn trouwens nog niet voor meteen. Een gesprek met de staatssecretaris op de terugreis.
Het gesprek met Kabila was kort en verliep duidelijk niet naar wens.
Annemie Neyts: Ik was ontgoocheld. Kabila gaf geen signalen dat hij bepaalde stappen zou willen ondernemen. Lusaka bijvoorbeeld steunt hij niet. Maar het is nog te vroeg om conclusies te trekken. We moeten afwachten of de aangekondigde verschuiving in de regering er komt en hoe hij zelf het gesprek heeft ingeschat. De vraag is of het een momentane houding was of niet. De Democratische Republiek Congo is uiteraard een belangrijke factor, maar Kabila is niet de enige protagonist. En de toestand is zeer dynamisch. Wat we vandaag gezien hebben, is een geactualiseerde en genuanceerde kijk op de toestand van enkele maanden geleden.
U had ook een onderhoud met Yerodia, wat door velen werd bekritiseerd omdat er een internationaal arrestatiebevel tegen de man is uitgevaardigd. Heeft dat gesprek iets opgeleverd?
Neyts: Als ik moet kiezen tussen het lot van duizenden Afrikanen en dat van een individu, dan kies ik voor het eerste. Ik zat met Yerodia niet op dezelfde golflengte, maar het gesprek verliep vlot. Om de situatie ter plaatse in te schatten, moet ik trouwens met de verschillende partijen praten. We moeten ons in Afrika niet te veel vastpinnen op personen. Afrika kampt met een institutioneel en politiek vacuüm. De positie van personen op zich is minder belangrijk.
De laatste stop in Libreville legde nog een nieuwe klemtoon?
Neyts: Het onderhoud met de minister van Defensie in Gabon wierp een nieuw licht op de recente top van Kinshasa, de top van de francofonie (een bijeenkomst van francofone buurlanden van RDC, nvdr.). Het was een politiek geïnspireerde top, veel meer dan een hoogmis van de francofonie, wat we eerst hadden gedacht. Er werd een opvolgingscomité opgericht. Het herstel van de integriteit van Congo zal er besproken worden. Tegelijk met deze commissie vindt trouwens ook de bijeenkomst in Maputo (de voortzetting van het akkoord van Lusaka, nvdr.) plaats, die verplaatst werd naar 27 november. Hoe de twee processen zich verder zullen ontwikkelen, is nu nog niet duidelijk. Misschien lopen ze parallel en zorgen ze voor een wederzijdse dynamiek. Of misschien zullen ze allebei verdwijnen. In elk geval is de hele situatie onstabiel en gevaarlijk. Op elk moment kan zich een implosie voordoen. De streek van Mbandaka bijvoorbeeld blijft een zeer gespannen gebied.
Er werd de voorbije dagen nog weinig gepraat over de VN-vredesoperatie MONUC (Mission d’Observation de l’Organisation des Nations Unis au Congo).
Neyts: Op 15 december op de bijeenkomst in New York moet het mandaat voor MONUC verlengd worden. Als dat niet gebeurt, is dat een zeer slecht signaal. Het betekent dat de internationale gemeenschap er de brui aan geeft.
Is de overeenkomst van Tripoli, waarin onder leiding van Khadafi wordt voorgesteld een neutrale Afrikaanse macht uit te sturen naar Congo, een mogelijk alternatief?
Neyts: Tripoli was een interessante bijeenkomst, maar ik verwacht er niet erg veel van. Als je weet dat Khadafi een brief zou hebben gestuurd naar Annan met de vraag een VN-macht samen te stellen en te bekostigen te zijnen behoeve, dan kunnen we ons wel vragen stellen.
De invulling van de rol van de internationale gemeenschap blijkt niet eenvoudig. Kan België eigenlijk wel voldoen aan wat van het land wordt verwacht?
Neyts: België heeft zijn historische rol in Congo en is dan ook vaak een referentieland voor de regio. De verwachtingen zijn inderdaad zeer hoog. Enerzijds wil de bevolking zelf het politieke vacuüm invullen, maar tegelijk verwacht ze eigenlijk dat wij dat voor haar doen. En dat is contradictorisch.
Ingrid Van Daele