Daniel Goldhagen ging op zoek naar de moeder van alle vragen : wie was het die de holocaust voltrok en waarom ? Een gesprek.

NEE, Daniel Jonah Goldhagen neemt geen woord terug van zijn controversiële boek ?Hitlers gewillige beulen? (zie Knack nr. 25), wat zou hij. Deze Amerikaanse politicoloog, medewerker aan de befaamde Harvard-universiteit, was tot een verbazingwekkende vaststelling over de holocaust gekomen. Bibliotheken vól zijn er geschreven over de genocide op de joden tijdens de Tweede Wereldoorlog, een reusachtige onderneming waar toch, zo berekende Goldhagen als eerste, honderdduizenden mensen bij betrokken waren. Dat waren lang niet allemaal fanatieke SS’ers, zoals het geijkte beeld wil, maar voor een groot part ?gewone? Duitsers. En toch bestond er tot nu toe amper enig onderzoek naar zij die deze misdaad in de praktijk hebben voltrokken, zij die miljoenen joden, mannen, vrouwen, kinderen, bejaarden en zieken daadwerkelijk om het leven brachten, niet zelden door hen één voor één dood te schieten, niet zelden zonder hen eerst te mishandelen of te sarren. Kinderen dus ook, meer dan een miljoen, ?het ultieme taboe nochtans,? zegt Goldhagen, want wie kinderen vermoordt, vermoordt de toekomst, doodt het leven.

?Het kon toch niet volstaan,? aldus Goldhagen, ?dat iemand een knop omdraaide opdat de holocaust wel degelijk ook begon ?? Er bestaan een paar hypothesen over. Ze deden het uit bureaucratische starheid en gezagsgetrouwe blindheid. Of omwille van de druk tot conformering binnen de met de opdracht belaste groep, zo meende Christopher Browning in een studie over het politiebataljon 101 in Polen. En natuurlijk stonden de extremen tegenover elkaar : Hitler als de incarnatie van het absolute kwaad, tegenover het nauwelijks voorstelbare lijden van de joden.

WEIGEREN.

?Maar,? zegt Goldhagen, ?de idee is altijd : men vond het vreselijk, maar ja, Duitsers zijn gehoorzaam, of ze waren verblind, of ze waren ertoe gedwongen, of ze vonden dat iémand het toch moest doen. Maar vonden al die Duitsers het wel degelijk zo vreselijk dat ze die gruwelijke karwei moesten voltrekken ? Dat blijkt nergens. Ze zeiden dat achteraf natuurlijk wel, maar er bestaat niet het minste bewijs voor. Kijk naar de leden van het politiebataljon 101 : zij konden weigeren om joden te vermoorden, dat was hen vooraf uitdrukkelijk gezegd. Zij hóefden dat niet te doen maar ze deden het vrijwillig, met grote ijver, maakten er foto’s van, spraken er thuis over, hier en daar was er zelfs iemand die zijn vrouw of vriendin liet komen kijken. Dit kan alleen maar betekenen dat ze dat moorden helemaal niet zo erg vonden, integendeel. Dat blijkt vooral ook uit de wreedheden die ze hun joodse slachtoffers, geheel onnodig, lieten ondergaan : omdat ze écht geloofden dat de joden kregen wat ze verdienden.?

?Natuurlijk was dat doodschieten psychisch belastend de uitvoerders van de holocaust moesten hun slachtoffers daarbij in het wit van de ogen kijken. Vleeseters willen meestal ook niet zelf hun koe in het slachthuis de kop inslaan. Daar brachten de gaskamers de oplossing. In tegenstelling tot wat meestal wordt gedacht, dienden die niet om de moorden efficiënter te voltrekken, maar wel om de psychische druk op de uitvoerders te verlichten : het kon daar klinischer gebeuren, bijna in een medische context.?

Goldhagens conclusie is ondubbelzinnig : deze Duitsers voltrokken de holocaust omdat ze dat een goede zaak vonden. De reden daarvoor zoekt hij in het diep gewortelde antisemitisme in Duitsland, dat het joodse ras aanzag als een destructieve en dus met wortel en tak te elimineren kracht in de Duitse samenleving. Dat was een nationaal project geworden. ?Natuurlijk bestond er in tal van andere Europese landen eveneens een fel antisemitisme,? zegt Goldhagen. ?Maar ik moest me daar in mijn onderzoek niet mee bezighouden, om de eenvoudige reden dat er maar in één land een holocaust is uitgevoerd, in Duitsland namelijk.?

?Er zijn nauwelijks of geen bewijzen te vinden dat men in Duitsland bezwaar maakte tegen de jodenvervolging,? betoogt Goldhagen. ?Dat zegt toch genoeg ? Er wás geen protest, ook niet bij de tegenstanders van de nazi’s. Het euthanasie-programma stuitte bijvoorbeeld wél op verzet en de nazi’s hebben dat dan ook moeten terugschroeven. Want vergis u niet, het nazi-regime was natuurlijk wel een dictatuur, maar toch bestond er nog een zekere mate van vrijheid. Ik ben niet zeker of je het nazisme wel echt totalitair kan noemen, zoals de Sovjetunie van Stalin. De Gestapo was een zeer onderbemande dienst. Op een bepaald moment, rond 1940, was de dictatuur zelfs in zekere mate populair. En de mensen praatten met elkaar, wisselden meningen uit. Maar bezwaar maken tegen de holocaust ? Nee, geen spoor. Een verzetsgroep als de Witte Roos, die dat wel deed, vormt daarop de enige uitzondering van betekenis.?

GEHEIM.

De jodenvervolging was een product van het antisemitisme, werd tot een moorddadig objectief gemaakt door de nazi’s en kon ten uitvoer worden gebracht als gevolg van de oorlog, zeker na de inval in de Sovjetunie medio 1941. En toch was het een geheim project. Er werd in eufemismen als Endlösung over gesproken, erover kletsen werd met de dood bestraft. Als de holocaust dan toch een nationaal project was, dan heeft de nazi-leiding haar ?successen? daarin nooit in haar propaganda gebruikt.

Goldhagen relativeert die geheimhouding : ?Zovelen wisten ervan. En Hitler heeft bijvoorbeeld op de radio wel degelijk uitdrukkelijk over de eliminatie van de joden gesproken. Maar de nazi’s hielden het stil, omdat ze vreesden dat deportaties vanuit bezet Europa zouden worden bemoeilijkt indien men wist waarvoor ze dienden. En ze wilden ook de geallieerden in twijfel laten. Ze zagen het jodendom ten slotte als de drijvende kracht achter zowel het bolsjevisme als het kapitalisme. Ze waren bang voor wat ze de wraak van de joden noemden. Terwijl de Duitsers de joden met miljoenen uitmoordden, waren ze nog altijd bang voor hen. Kan je je voorstellen welke demonische kracht ze hen toeschreven.?

Alleen in Duitsland kon het latente, over heel Europa verspreide antisemitisme tot een genocide leiden. De context van dictatuur, fascisme en oorlog was daar essentieel voor : antisemitisme dat tevoren tot pogroms of pesterijen beperkt bleef, werd plots de kern van de staatspolitiek. Maar zoveel was kennelijk ook weer niet nodig om een bevolking op relatief korte tijd zo ver te brengen. Goldhagen laat intussen uitschijnen dat hij niet zoveel opheeft met de intellectueel verlammende paradox van de Duitser die, pakweg, overdag wat joden vermoordt en ’s avonds graag van een streepje Bach mag genieten.

?Ja, de holocaust is wel degelijk verklaarbaar,? benadrukt hij. Goldhagen verwijst naar andere genocides, de killing fields van Pol Pot in Cambodja of de nog veel recentere slachting in Rwanda. ?Het is wat te gemakkelijk om zich ervan af te maken met de bewering dat volkerenmoorden die verweg door Aziaten of Afrikanen zijn bedreven, wel gemakkelijk te verklaren zijn. Daar zo over denken, daar bestaan woorden voor. De holocaust heeft zich wel degelijk in het zogezegd beschaafde Europa voltrokken.? En inderdaad, met de barbarij van ex-Joegoslavië géén genocide, maar toch bleek andermaal dat, gegeven de juiste omstandigheden, een begrip als beschaving slechts relatief is. Die ingrijpende omstandigheid, die van het sinds eeuwen sluimerende antisemitisme een moorddadig project maakte, was het nazisme.

SUCCESVERHAAL.

?In zijn roman Van het westelijk front niets nieuws beschrijft Erich Maria Remarque hoe een Duits soldaat tijdens de Eerste Wereldoorlog een Russische krijgsgevangene achter de prikkeldraad ziet en denkt : met hem heb ik meer gemeen dan met mijn officieren. Dan moet je bedenken dat diezelfde soldaten twintig jaar later miljoenen Sovjetsoldaten hebben laten sterven in krijgsgevangenschap.? Wat was er in die relatief korte tijd gebeurd ? Goldhagen : ?De Tweede Wereldoorlog was een Weltanschauungskrieg, de Sovjetsoldaat was een ideologische, apocalyptische vijand geworden. Voortbouwend op een diep ingeworteld racisme slaagden de nazi’s er in om een onderscheid te maken tussen Übermenschen en Untermenschen en zelfs om de slavernij weer in te voeren daar dienden die 10.000 concentratiekampen toch voor ? Ook daar bestond amper verzet tegen in Duitsland.?

Maar betekent dit alles dan niet dat Goldhagen de Duitsers een collectieve schuld in de schoenen wil schuiven ? Hij steigert : ?Absoluut niet. Mijn boek gaat over de individuele verantwoordelijkheid. Iedereen moest en kon kiezen en beslissen je moet mensen als individuen beschouwen, niet als het object van sociaal-psychologische krachten. Er de verkeerde ideeën op na houden, maakt je niet schuldig. Wat je precies doet en anderen aandoet, is wel ieders persoonlijke verantwoordelijkheid.?

In het verlengde van Goldhagens boek ligt een verontrustende vraag : als het antisemitisme dan zulke diepe wortels had als hij stelt, als het tot zulke misdaden kon leiden, wat betekent het dan nog vandaag, ?amper? vijftig jaar later ? ?Mijn boek zegt natuurlijk niets over het Duitsland van nu,? aldus Goldhagen. ?Duitsland is vandaag een heel ander land. Niet alleen is het economisch een succesverhaal, dat is het ook qua politieke cultuur. Dat is een opmerkelijk resultaat en het toont hoe ingrijpend de politieke cultuur kan veranderen met nieuwe instellingen, een nieuwe openbare ingesteldheid, met een onderwijssysteem dat een hele generatie de democratische waarden heeft bijgebracht, enzovoort. In 1933 was Duitsland géén democratische samenleving en verfoeilijke ideeën circuleerden er openlijk en overvloedig. Het antisemitisme is nu fel afgenomen en slechts heel weinig Duitsers, ook al houden ze niet van joden, houden er nazi-achtige ideeën op na. Het duurde natuurlijk enige tijd eer het zo ver was.?

VERTALING.

?Stel je Duitsland in 1945 voor : het heeft de oorlog verloren, is half verwoest en wordt bezet. In plaats dat de joden als het ultieme kwaad werden afgeschilderd, kregen de Duitsers nu te horen dat zij zich aan het ergst denkbare kwaad schuldig hadden gemaakt. Zoiets heeft een traumatisch effect. Daar kwam bij dat de Duitsers, toch in het westen, behoorlijk werden behandeld, zodat alle opvattingen over goed en kwaad voor hen op de helling kwamen te staan. Mede daardoor raakte het antisemitisme zeer afgezwakt. Het veranderde ook van aard, omdat de mensen inzagen dat ze tevoren in hersenschimmen hadden geloofd.?

Toch bestaat er een kennelijke maatschappelijke behoefte om zondebokken te zoeken, vroeger de joden, vandaag de migranten, terwijl er politieke krachten bestaan die uit die behoefte graag politiek munt willen slaan. ?De situatie is grondig verschillend,? zegt Goldhagen. ?Duitse extremisten kunnen bijvoorbeeld willen dat de Turken uit Duitsland verdwijnen. Maar de Turken uitroeien ? Hen in Turkije zelf gaan vermoorden ? Nee. Ik wil het racisme niet minimaliseren, maar een regering die dat zou voorstellen, verdwijnt van de ene dag op de andere. De joden van toen zijn niet gelijk te stellen met de migranten vandaag. De hele geschiedenis van het antisemitisme de kampioen van alle vooroordelen ligt veel dieper dan dat soort racisme.?

Goldhagens boek zorgde, toen het begin dit jaar in de Verenigde Staten verscheen, al voor veel rumoer, begrijpelijkerwijs vooral in Duitsland. Voor de Duitse editie, die in augustus op de markt kwam, schreef Goldhagen dan ook een nieuw voorwoord, kwestie van de belangrijkste stellingen en bedoelingen ervan extra te verduidelijken. Bijvoorbeeld dat hij niets te maken heeft met de gedachte Kollektivschuld. Maar inhoudelijk is de Duitse editie identiek aan de originele, benadrukt Goldhagen. Toch had het Duitse weekblad Der Spiegel gesuggereerd dat de Duitse vertaling hier en daar minder stellig was in haar beweringen. ?Onzin ! Men zoekt allerlei manieren om het boek zijn legitimiteit te ontnemen, dat is het. En dat gebeurt om het echte onderwerp te omzeilen : de daders. Niemand wil daarover spreken.?

?Ze noemen mij en mijn boek controversieel,? vaart Goldhagen uit. ?Mensen die andere mensen martelen en vermoorden, dàt is controversieel ! Maar het is precies omdat dit boek het heeft over een onderwerp, de daders, dat zo lang, bewust of onbewust, door de onderzoekers over het hoofd werd gezien, dat het zoveel ophef veroorzaakt. Maar een serieuze repliek op wat de kern van mijn boek is ? Daar hoor ik in het geheel niets over. Ik heb een hoop kritiek over mij heen gekregen, maar niets daarvan heeft er mij kunnen van overtuigen om ook maar één letter van mijn boek te wijzigen.?

Marc Reynebeau

Daniel Jonah Goldhagen, ?Hitlers gewillige beulen?, Standaard-Van Reemst, Antwerpen-Houten, 593 blz., 1195 fr.

Goldhagen : de belangrijkste vraag is wie het heeft gedaan en waarom.

Er bestond wel degelijk een graad van vrijheid in Hitler-Duitsland.

Reageren op dit artikel kan u door een e-mail te sturen naar lezersbrieven@knack.be. Uw reactie wordt dan mogelijk meegenomen in het volgende nummer.

Partner Content