Geboren op 5 mei in Antwerpen. Bediende.

Inge De Haes is moeder van een dochter van twee, werkt fulltime als bediende en helpt in de weekends een handje in het restaurant dat haar Chinese man een half jaar geleden heeft overgenomen. Een druk leven, dus. Gelukkig kan ze op de steun van haar ouders rekenen. ‘Ik heb twee schatten van ouders. Ze vangen mijn dochtertje heel vaak op, ze helpen me met het huishouden, ze staan ons ook met raad en daad bij. Nee, zonder hen zou ik dit niet allemaal kunnen combineren.’

Haar jeugd was rustig en onbezorgd. De Haes: ‘Ik was enig kind. Echt erg heb ik dat nooit gevonden. Ik kon mij altijd wel bezighouden. Maar de beste herinneringen heb ik toch aan de camping waar mijn ouders een stacaravan hadden. Tussen mijn achtste en mijn zestiende gingen we daar ieder weekend naartoe. En daar had ik altijd vriendjes en vriendinnetjes om mee te spelen. Toen ik elf, twaalf jaar was, begonnen we uit te gaan. Enfin, uitgaan is een groot woord. Op de camping was er gewoon een kantine waar de jeugd rondhing. Plezant dat dat was!’

Op haar zestiende kreeg ze verkering met Sunny, een Chinese jongen die bij haar in de klas zat. ‘De relatie met Sunny heeft mij sterk veranderd’, zegt ze. ‘Hij bracht mij in contact met een heel andere cultuur. Bij hem thuis was alles anders. Ze hadden heel andere eetgewoonten – Chinezen kunnen om één uur ’s middags eten, om vijf uur nog eens, en om tien uur ’s avonds opnieuw beginnen. Sunny’s familie is ook heel gelovig. Ze zijn protestant. Sunny’s vader is een soort priester. ’s Zondags gingen we geregeld naar de kerkdienst en die is ook heel anders dan de mis waar ik met mijn bomma naartoe ging. Door met Sunny’s familie in contact te komen, ben ik zelf veel opener geworden. Van karakter ben ik eerder teruggetrokken, verlegen. In het begin voelde ik mij wel wat onwennig, ook al omdat zij onder elkaar Chinees praatten. Maar vanaf de eerste dag werd ik daar ontvangen alsof ze me al jaren kenden, als een deel van de familie. Die warmte en die gastvrijheid waren ongelofelijk. Ik ben stilaan zelf ook meer beginnen praten, in het Engels dan, en nu voel ik mij echt thuis bij mijn schoonfamilie.’

In augustus 1997 trouwden ze. Tien maanden later werd hun dochtertje Helena geboren. ‘In het begin vond ik het moederschap niet zo leuk. ’t Was allemaal zo nieuw, ik was onzeker. Voor zo’n klein, hulpeloos wezentje zorgen, is toch wel een hele verantwoordelijkheid. Maar ik ben er volwassener, zelfbewuster van geworden. Nu kan ik enorm genieten van mijn dochter. Helena is ontzettend vrolijk en levendig. Dat is soms vermoeiend, maar het geeft je tegelijk veel energie. En ja, een tweede zou wel welkom zijn.’

Voor haar enthousiaste kleuter zorgen, is maar een van Inge De Haes’ dagtaken. Sinds ze op haar negentiende van school ging – ‘ik was blij dat ik ervan af was en ik heb er nooit spijt van gehad dat ik niet voortgestudeerd heb’ -, heeft ze altijd voltijds gewerkt. Momenteel is ze verantwoordelijk voor de productieplanning bij Henschel Engineering, een bedrijf dat voornamelijk laadbakken vervaardigt. ‘Klanten plaatsen een bestelling en ik moet ervoor zorgen dat die wordt uitgevoerd: dat alles wordt gemonteerd, geschilderd, afgewerkt, en dat de laadbakken op tijd klaar geraken. Per dag moeten er een veertigtal laadbakken worden afgeleverd. Ja, ik doe dat werk graag. Het is afwisselend. Je hebt voortdurend contact met mensen. Bovendien heerst er een heel goede sfeer op ons bedrijf, je voelt je als werknemer echt gewaardeerd.’

Minder gaan werken of zelfs helemaal stoppen, heeft ze eigenlijk nooit ernstig in overweging genomen. Niet na de geboorte van Helena, en niet toen haar man een half jaar geleden met het Chinees restaurant begon. ‘Gaan werken, is voor mij eigenlijk een vorm van ontspanning. Als ik vakantie heb en mijn dochter de hele tijd bij mij is, ben ik blij dat ik weer kan gaan werken. Hele dagen thuiszitten is niks voor mij. Ik heb graag een beetje een eigen leven. Sunny wou eerst dat ik mijn baan zou opgeven om fulltime mee in de zaak te werken. Ik zag dat niet zitten. Ik help wel eens mee. Ik kan moeilijk hier lekker televisie zitten kijken terwijl hij beneden aan het werk is. Maar ik ben aan mijn vrijheid gehecht.’

‘Of ik gelukkig ben? Een mens is nooit helemaal tevreden, maar ik ben blij met wat ik nu heb. Ik ben trots op mijn dochter en op onze zaak. Maar af en toe droom ik er weleens van om ergens anders helemaal opnieuw te beginnen, met veel minder materiële dingen, maar met meer tijd voor elkaar.’

Christine Albers

Reageren op dit artikel kan u door een e-mail te sturen naar lezersbrieven@knack.be. Uw reactie wordt dan mogelijk meegenomen in het volgende nummer.

Partner Content