Bij de staatsveiligheid spreken ze haar met de voornaam aan. Ze liet koning Albert bij Bill Clinton pleiten voor de vrijlating van Leonard Peltier en kreeg zelfs Kevin Costner op de knieën. Els Herten ijvert vanuit een rijtjeshuis in Evere al een kwarteeuw voor het lot van de oorspronkelijke bewoners van de Verenigde Staten.

De Amerikanen herinneren zich vooral tijdens verkiezingscampagnes dat ze in een land wonen dat niet van hen is, maar wel van de ‘native Americans’. Meer dan 2,8 miljoen ‘indianen’ maken deel uit van de meer dan 550 stammen,, waarvan er meer dan 300 hun eigen reservaat hebben. In totaal goed voor 225.000 vierkante kilometer. Presidentskandidaten willen dan wel eens een van die reservaten bezoeken in de hoop een deel van de ‘rode’ stemmen binnen te halen. De indianen zijn meestal niet geneigd om zich voor de stemming te registreren.

Ook in de media is er in een verkiezingsjaar traditioneel veel aandacht voor de indianen. Zo kreeg de verfilming van de klassieker Bury My Heart at Wounded Knee van Dee Brown, eind 2007 een Emmy voor de beste tv-film. Het beroemde kabelnetwerk HBO tekende voor de film en had voordien ook al een cultsucces gescoord met Deadwood, een tv-serie die zich afspeelt in de Black Hills in Noord- en Zuid-Dakota en die midden in Indian country illustere helden als Calamity Jane en Wild Bill Hickok ten tonele voerde.

Els Herten (49) woont in Evere. In de jaren tachtig trok ze naar Zuid-Dakota om daar in het Cheyenne Riverreservaat te gaan wonen. Ze woonde bij een Belgisch Lakotagezin (Lakota is een van de Siouxgroepen) en richtte mee KOLA op (‘vriend’ in het Lakota), een vereniging die opkomt voor de rechten van de inheemse volkeren; eerst in Amerika en nadien in de hele wereld.

‘Allicht zouden de indianen beter af zijn met een Democratische president dan met een Republikeinse’, zegt ze. ‘Bill Clinton heeft destijds grote indruk gemaakt op de indianen. Zo bezocht hij het Pine Ridgereservaat, de armste plek van heel Amerika. Zuid-Amerika inbegrepen. Toch weigerde hij op de laatste dag van zijn presidentschap Leonard Peltier gratie te verlenen en daarom hebben de indianen het nu meer voor Barack Obama.

‘De indianen zelf zijn erg dubbelzinnig. Enerzijds zijn ze nog niet vergeten dat de Amerikanen hun land hebben ingepalmd en blijven ze ijveren voor zelfbeschikking, anderzijds zijn ze massaal bij het leger gegaan om in Irak te vechten. Velen deden dat uit pure noodzaak, om aan de werkloosheid te ontsnappen. Toch is het patriottisme van de indianen opvallend. Toen de Twin Towers werden aangevallen, hebben de Mohawk de oorlog verklaard aan Irak en Afghanistan. Het zijn leden van deze stam die de meeste wolkenkrabbers in New York hebben gebouwd. De Twin Towers waren dan ook hun torens.

‘Als je in Pine Ridge in Wounded Knee (waar in 1890 de laatste grote slachtpartij tegen de Lakota plaatsvond) het kerkhof bezoekt, weet je niet wat je ziet: graven van in Irak gesneuvelde Lakota naast het massagraf van hun voorvaderen die zelf door Amerikaanse soldaten werden neergemaaid.

‘Het is geen misplaatste romantiek om een verband te leggen met de krijgerscultuur van veel stammen. Het gaat zelfs verder. De Navajo waren geen krijgers, maar zij werden in de Tweede Wereldoorlog ingezet als code talkers. Zij spraken hun eigen taal die door de vijand niet begrepen kon worden. Voor de indianen zijn dat de échte helden. Amerikaans leger of niet: het blijft hun land. En de vijanden van de Amerikanen zijn automatisch hun vijanden.’

SOEVEREIN

De genocide op de inheemse volkeren in Amerika is een smet op het blazoen van the greatest democracy on earth. Bijna tweehonderd jaar lang was de enige goede indiaan voor de Amerikanen een dode indiaan. Of is dat beeld overdreven? Na 1886, toen het laatste verzet van de Apache Geronimo gebroken was, kozen de Amerikanen er niet voor om de indianen te deporteren of uit te roeien. Ze werden teruggedreven in minder vruchtbare gebieden. Reservaten genaamd. ‘In grote steden als New York en Washington vond de toenmalige intelligentsia dat het leger op beestachtige wijze omging met de inheemse bevolking. Ook vanuit Europa kwam er veel kritiek. Het verzet heeft ertoe geleid dat men de indianen toch nog wat stukjes van hun immense land heeft gegeven.’

De indiaanse territoria zijn soevereine staten, met een eigen regering en eigen wetten. Toch staan ze onder curatele van het Bureau of Indian Affairs (BIA), een departement van het ministerie van Binnenlandse Zaken. De Amerikaanse overheid beheert hun grondgebied en staat de opbrengst aan hen af. Dat is een gevolg van de honderden vredesverdragen die de indianen in de achttiende en de negentiende eeuw getekend hebben. Daarin verbonden de Verenigde Staten zich ertoe om de stammen waarvan ze land inpalmden, voor de eeuwigheid (‘zo lang het gras groeit en het water stroomt’) te onderhouden.

De indianen mogen dan al het slachtoffer zijn van discriminatie en teruggedreven zijn in reservaten waar hen enkel alcoholisme en werkloosheid wacht, zij zijn wel de enige bevolkingsgroep in de VS die gratis gezondheidszorg krijg. Wie in een reservaat woont, krijgt een toelage, een woning en gratis onderwijs.

‘Onlangs riep Russell Means, een oude leider van de American Indian Movement (een mensenrechtenorganisatie die in 1973 furore maakte met de bezetting van Wounded Knee, nvdr), de onafhankelijkheid uit van alle indiaanse territoria in de Dakota’s, Montana en Oklahoma’, vertelt Herten. ‘Russel Means werd nooit verkozen door de Lakota. Zijn onafhankelijkheidsverklaring is natuurlijk waanzin. Als de indianen de oude verdragen opzeggen, dan verliezen ze alle voordelen waarvan ze nu kunnen genieten. En het zijn precies die voordelen die het verschil maken tussen een min of meer menswaardig bestaan en de bittere armoede.’

De plaatselijke leiders van de reservaten hadden lang geen al te beste reputatie. Corruptie vierde hoogtij. Volgens Els Herten gaat het nu een pak beter: ‘Omdat de stammen soeverein zijn, vallen zij ook niet onder de Amerikaanse wetten. Zo mogen de indianen wel casino’s uitbaten. Op dit moment brengen al die casino’s meer op dan die in Las Vegas en Atlantic City samen. Dat geld wordt geïnvesteerd in de aanleg van wegen, de bouw van scholen. Alles wat overblijft, gaat naar de geregistreerde bewoners van het reservaat. Je krijgt nu zelfs het fenomeen dat overal in de States mensen zich plots ‘herinneren’ dat ze nog ergens een overgrootvader hadden met indiaans bloed. Zij proberen dan ook erkend te worden en zo een graantje mee te pikken.’

Toch is het nog altijd een zorgwekkende situatie. ‘Door het systeem van curatele kunnen de indianen hun eigen lot niet in handen nemen. Waarom zouden ze werk zoeken als er voor hen gezorgd wordt? In Pine Ridge is de toestand nog altijd dramatisch. Daar zijn veel mensen apathisch geworden. De wonden van 1973 zijn daar nog altijd niet geheeld.’

KEVIN COSTNER

In andere reservaten gaat het al een stuk beter en dankzij organisaties als het Native American Rights Fund (NARF), het National Congress of American Indians (NCAI) en de International Indian Treaty Council (IITC), wereldwijd gesteund door kleinere organisaties als KOLA, worden er steeds meer successen geboekt. Zo slaagde de IITC erin om de VN-resolutie over het zelfbeschikkingsrecht van inheemse volkeren goedgekeurd te krijgen in de VN-Veiligheidsraad.

Els Herten is er het levende bewijs van dat de Amerikaanse indianen een immense lobbykracht aan de dag kunnen leggen. Zelf is ze een vat vol anekdotes. ‘We zijn ooit met een tractor naar de basiliek van Scherpenheuvel gereden. We wilden het gebouw afbreken om het marmer te recupereren. De pastoor was in paniek. Eigenlijk wilden we protesteren tegen het schenden van heilige plaatsen van indianen in de Verenigde Staten. De hele Black Hills zijn bijvoorbeeld heilige grond voor de Lakota en de Cheyennes. Ze hebben volgens twee verdragen nog altijd recht op dat gebied. De Amerikanen ontginnen er goud en steenkool.’

Toen Kevin Costner precies in die Black Hills een casino, annex skipiste, annex golfterrein wilde aanleggen, trok Els Herten ten strijde. ‘Mijn makkers in Amerika zeiden me dat ik die strijd nooit kon winnen. Na Dances with Wolves, de film waarin Costner de indianen hun eigen taal liet spreken, was hij een held in de reservaten. Ik startte echter, vanuit mijn huisje in Evere, een boycot tegen Costner. We verzamelden tienduizenden handtekeningen, vooral in Amerika, en riepen actievoerders op om de première van zijn film Waterworld te boycotten. Een paar maanden later krijg ik telefoon: “Hello? Are You Elsie Heurten? This is Kevin Costner.” Ik dacht dat het een grap was. Ik stelde hem een vraag waarop hij alleen een antwoord kon geven. Hij moest me vertellen wie de tweede taalconsulent was die had meegewerkt aan Dances with Wolves. Zijn naam stond destijds niet op de aftiteling. Toen hij het juiste antwoord wist (Dave Bald Eagle, de vader van KOLA-oprichter Lloyd, nvdr), schrok ik me rot. “Mister Costner, I’m sorry”; zei ik. “No, I am sorry”, antwoordde hij. En hij zei dat onze acties voor hem “a big worry” waren. Twee jaar later heeft hij zijn plannen definitief begraven. Nu is er helemaal geen casino in de Black Hills, maar een educatief centrum over de levenswijze van de prairie-indianen. Er werken heel veel indianen en die worden erg goed betaald. Met dat resultaat was ik zo trots als een pauw.

‘KOLA voert regelmatig actie aan de NAVO of aan de Amerikaanse ambassade. Als Bush of Clinton op bezoek kwamen, stonden er ongure mannen voor mijn deur: de staatsveiligheid. Op den duur liet ik ze binnen en gaf ze een kop koffie.’

KOLA coördineert ook de campagne voor de vrijlating van Leonard Peltier. Deze AIM-militant zit al sinds 1973 in de cel omdat hij twee FBI-agenten zou hebben vermoord. ‘Allang is gebleken dat die beschuldiging niet klopt omdat bewijsmateriaal en getuigenverklaringen vervalst werden. Wij putten alle rechtsmiddelen uit om Leonard vrij te krijgen’, zegt Els Herten. ‘Onze trouwste bondgenoot in die strijd is koning Albert II. Een eerste keer stuurde ik de koning ons persdossier. Ik vermeldde daarin dat zijn halfzus Marie-Christine in de Verenigde Staten de indianen altijd goed geholpen heeft. Op een dag stond er een zwaantje voor de deur met een brief van hofmaarschalk Jacques van Ypersele. Daarin stond dat Albert inging op onze vraag.

‘Een tweede keer schreef ik een brief aan alle prinsen van Europa met de vraag of ze wilden toetreden tot het International Peltier Forum. Prins Filip zei dat hij het dossier niet mocht ondertekenen maar dat hij het aan zijn vader had doorgespeeld. Een week later liet het hof weten dat de koning gevraagd had aan toenmalig minister van Buitenlandse Zaken Louis Michel om de eisen van het Forum te onderschrijven. Michel heeft toen een brief opgesteld waarin stond dat “het koninkrijk België hoopt dat Leonard Peltier gratie zou krijgen en dat het koninkrijk België Leonard Peltier altijd zou blijven steunen”.’

Els Herten heeft geen hoge pet op van zweverige sympathisanten van de ‘rode zaak’. ‘Veel mensen hebben in 1973, toen de bezetting van Wounded Knee wekenlang wereldnieuws was, ontdekt dat er nog indianen waren. Ze beseften toen dat het verhaal van De laatste der Mohikanen een fabeltje was. De indianen zijn talrijker dan ooit in de Verenigde Staten en ze kruipen langzaam uit het dal. Toch zijn er veel Europeanen die denken dat de Amerikanen nog dezelfde zijn als in de negentiende eeuw. Als ze een reservaat bezoeken en een auto voor de deur van een huis zien staan, spat hun mooie droom uiteen, natuurlijk. “Dat zijn geen echte indianen”, huilen ze dan.

‘Ze zijn ook helemaal in de ban van de indiaanse spiritualiteit en ze gooien daarbij alles op een hoopje: iets van de Lakota, iets van de Irokezen en iets van de Kwakiutl. Dan vragen ze zich af waarom er geen totempalen staan in Pine Ridge. Totempalen waren typisch voor de westkust, niet voor de prairie-indianen. En didgeridoos waren er in Amerika al helemaal niet.

‘Bij KOLA hebben we al dat gedoe afgezworen. We zijn wel vredesduiven, maar geen simpele duiven. Onze acties zijn helder en efficiënt. We hebben ook geen werkgroepen, geen vergaderingen. Als er iemand een goed idee heeft, dan stuurt hij of zij een mail of een fax. Als er enthousiasme bestaat voor een actie, dan vliegen we erin.’

Knack historia: De Verenigde staten van Washington tot Bush, ligt vanaf 13 augustus in de winkel, 68 blz., 5 euro.

Door Karl van den Broeck

Reageren op dit artikel kan u door een e-mail te sturen naar lezersbrieven@knack.be. Uw reactie wordt dan mogelijk meegenomen in het volgende nummer.

Partner Content