“Hij was de meester, ik de dienaar.” Scenarist Frederic Raphael herinnert zich de “samenwerking” met Stanley Kubrick aan diens postume film Eyes Wide Shut.

“Hij droeg een blauwe overall met zwarte knopen. Hij zou een lagere bediende bij de Franse spoorwegen kunnen zijn.” Zo beschrijft Frederic Raphael de verschijning van Stanley Kubrick, wanneer hij voor ’t eerst diens scherp bewaakt domein St.Albans betreedt en de mythische regisseur de deur opent van het Victoriaans huis “dat minder op een woning dan op een grote opslagplaats lijkt”.

Meer dan twee jaar werkte romanschrijver en scenarist Raphael nauw samen met Kubrick aan het script van wat zijn ultieme film zou worden, Eyes Wide Shut, gebaseerd op Arthur Schnitzlers Traumnovelle (1925), maar dan verplaatst naar onze tijd en naar New York. Nauw samenwerken met Stanley Kubrick (1928-1999) moet je natuurlijk met een korreltje zout nemen: in al die tijd heeft Raphael de afstandelijke regisseur maar vier keer ontmoet in zijn huis op een uurtje rijden van Londen – de communicatie gebeurde per fax en per telefoon. Een vorige scenarist van Kubrick, Gustav Hasford ( Full Metal Jacket) beweerde dat hij ooit zeven uur lang met Kubrick telefoneerde en noemde de regisseur een oorworm: “hij ging een oor binnen en kwam pas het andere oor uit nadat hij je brein helemaal leeg had gevreten”. Raphael, net als Kubrick een Amerikaan in vrijwillige ballingschap in Europa, maakt zich overigens helemaal geen illusies; hij kent maar al te goed zijn plaats: Kubrick is de meester, hij de dienaar.

Raphael brengt in Eyes Wide Open. A Memoir of Stanley Kubrick verslag uit van een moeizame samenwerking. Kubricks zwakheden worden bekwaam ten tonele gevoerd, zoals zijn legendarische gierigheid (trots ontkurkt Kubrick een fles Nieuw-Zeelandse wijn van nog geen drie pond), maar ook zijn kwetsbaarheid. Zo voelt de maker van 2001: A Space Odyssey zich diep geraakt omdat Raphael betwijfelt of filmregisseurs ook kunstenaars zijn. Raphael ontleedt vooral haarfijn zijn eigen gemengde gevoelens: vereerd en gestimuleerd omdat hij met ’s werelds beste regisseur mag werken, gefrustreerd omdat Kubrick hem alleen maar gebruikt, hem vooral ziet als “een bekwame mecanicien, die de rommel mag verzamelen die hij later in goud zal transformeren.” Zoals iedereen die door Kubrick gerekruteerd wordt, proeft Raphael de toorn van de meester als hij op een indiscretie wordt betrapt die de geheimhouding van het project in het gedrang brengt.

Hij verbaast er zich over dat Kubrick geen overkoepelend plan lijkt te hebben en hem vraagt met mondjesmaat scènes door te faxen, zonder dat de scenarist enig overzicht heeft op het geheel.

JOODSE ALLUSIES

Waarschijnlijk had Kubrick Raphael uitgekozen voor het schrijven van Eyes Wide Shut omdat de scenarist in de sixties Two For the Road (van Stanley Donen) geschreven had, een virtuoos opgebouwd flashbackverhaal over de subtiele modulaties en bruuske veranderingen in een huwelijk. Toch vraagt Raphael zich voortdurend af wat Kubrick van hem verlangt, is hij er nooit zeker van of de film wel ooit zal gemaakt worden en komt hij er nooit achter waarom Kubrick zich zo hardnekkig vastbijt in Schnitzlers door Freud beïnvloede verhaal over jaloezie en seksuele fantasieën. “He always knew what he didn’t want, never what he did.” Hij zweet en hij zwoegt om Kubrick te behagen, gaat op al zijn eisen in, om uiteindelijk zijn arbeid van vele honderden pagina’s gereduceerd te zijn tot een geraamte van 85 pagina’s. Niet meer dan een blauwdruk waarop Kubrick dan zijn eigen film kan bouwen. Met Tom Cruise en Nicole Kidman, en niet met dat andere Hollywoodechtpaar dat de Engelse kluizenaar eerst op het oog had: Kim Basinger en Alec Baldwin.

Ofschoon Kubrick altijd op zijn hoede blijft, is Raphael de eerste bevoorrechte getuige die er in slaagt om een geloofwaardig psychologisch profiel te schetsen. “Ik had het gevoel dat hij een of ander trauma had opgelopen waardoor hij bijna het vertrouwen had verloren in zijn persoon, maar niet in wat hij kon gedaan krijgen.”

Kubricks familie reageerde verontwaardigd op het rapport van Raphael. In een interview in Sight and Sound rekende Christiane Kubrick het boek van Raphael tot de meest onbetrouwbare literatuur die over haar echtgenoot werd gepublicieerd.

Een van de meest intrigerende aspecten in Eyes Wide Open is hoe Kubrick met zijn joodse identiteit omgaat. Of liever niet omgaat. Zo geeft hij Raphael opdracht elke joodse allusie uit het verhaal van Schnitzler te schrappen, in een scenario dat nochtans heel nauwgezet het verloop van de gebeurtenissen uit het literair origineel volgt. (In het boek krijgt de protagonist tijdens zijn erotische zwerftocht met antisemitische herrieschoppers te maken; in de film worden dat jongelui die vuile flikker roepen naar Tom Cruise).

Volgens Raphael helpt Kubricks joodse afkomst zijn paranoïde mentaliteit verklaren. De door oorlog en wapenfeiten geobsedeerde schaakmeester heeft altijd een film willen maken over de holocaust, maar betwijfelde of dit wel het onderwerp van een speelfilm kon zijn. Het is in ieder geval nog nooit gedaan, vond hij. Nee, ook niet door Steven Spielberg. En Schindler’s List dan? Dat is een successtory, volgens Kubrick. “The Holocaust is about six million people who get killed. Schindler’s List was about six hundred people who don’t. Anything else?”

Frederic Raphael, “Eyes Wide Open. A Memoir of Stanley Kubrick”, Ballantine Books, New York, 190 blz., 12 dollar.

Patrick Duynslaegher

Reageren op dit artikel kan u door een e-mail te sturen naar lezersbrieven@knack.be. Uw reactie wordt dan mogelijk meegenomen in het volgende nummer.

Partner Content