‘En vooral een goeie gezondheid’ wensen de mensen elkaar met nieuwjaar. Wat zo belangrijk is, mag geld kosten. Het overgrote deel van de gezondheidskosten komt natuurlijk uit de sociale zekerheid: 15,34 miljard euro, of zo’n 60.000 oude Belgische franken per landgenoot. Onder de huidige regering is de gezondheid erop vooruitgegaan. Althans, het overheidsbudget is fenomenaal gestegen, met dertig procent. Zozeer tot ongenoegen van de liberale coalitiepartners, dat VLD-voorzitter Karel De Gucht de socialistische minister van Sociale Zaken Frank Vandenbroucke onbekwaamheid verweet – al vindt de publieke opinie hem nu juist een van de besten van de paars-groene klas.

Een beetje besparingen kreeg Vandenbroucke wel gerealiseerd. Responsabilisering van de ziekenhuizen en de zorgverleners, rem op de kinesitherapie, prijsafspraken met de farma-industrie en de apothekers, zelfs de patiënten krijgen een financiële straf als ze te snel naar de spoeddienst van het ziekenhuis lopen. Maar daarmee is hij aan het einde van zijn Latijn. De minister botst op de vrije markt. Daarmee zijn alle politieke partijen het eens, en de liberalen nog het meest.

De gezondheidsmarkt is inderdaad een vrije markt. De gezondheidszorg gedraagt zich als een moderne aanbodeconomie. Elke student economie weet dat als het aanbod stijgt, de vraag mee omhooggaat. Ziekenhuizen, artsen, tand- artsen, kinesisten en apothekers zijn min of meer onderworpen aan tarieven, maar op hun aanbod staat geen rem. Niemand controleert hoeveel scanners en bloedonderzoeken een ziekenhuis nodig heeft alvorens een operatie te beginnen. Een arts die onnodig terugkerende huisbezoeken aflegt voor een griepje, heet gewetensvol te zijn. Geen specialist stuurt iemand met een banale verkoudheid naar zijn huisarts.

Zo’n aanbodeconomie met een groeinorm beteugelen, lukt niet. De begroting gezondheidszorg mag niet meer stijgen dan 2,5 procent per jaar. De groei bedroeg de voorbije jaren een veelvoud daarvan. Geen overheid kan ergens tegen de laatste maanden van het jaar de zieken meedelen dat tot haar grote spijt het geld voor hun genezing op is. Omdat niemand op hun gezondheid wil besparen, blijven de uitgaven stijgen. En betaalt iedereen meer, nu via de sociale zekerheid, straks wellicht voor een stuk door belastingen. Regionaliseren noch privatiseren leidt tot een goedkopere gezondheidszorg. Een goedkopere gezondheidszorg is uiteindelijk een bespa- ring op de gezondheid zelf.

Guido Despiegelaere

Reageren op dit artikel kan u door een e-mail te sturen naar lezersbrieven@knack.be. Uw reactie wordt dan mogelijk meegenomen in het volgende nummer.

Partner Content