Gewapende vrede liet vorige zondag de gemeentelijke verkiezingen van Mostar veel rustiger verlopen dan verwacht.

MOSTAR IS IN TWEE gedeeld, door de oorlog en de Neretva, de rivier die er door een kloof vloeit. Kroaten controleren het westelijke stadsdeel, Moslims het oostelijke. Sinds juli 1994 probeert de administratie van de Europese Unie de twee te herenigen. Maar zelfs nu de barricades zijn opgeruimd, blijven ze in de hoofden van de ?Mostari? bestaan. Slechts een handjevol van hen durft naar de andere kant van de voormalige frontlijnen.

De incidenten waren talrijk, tot de politie van de West-Europese Unie (Weu) een nieuw patrouille-systeem op poten zette : combi’s met twee politiemannen van de Weu, een Kroaat, een Moslim en een tolk. En er moesten ook verkiezingen komen om de stad te herenigen binnen de Moslim-Kroatische Federatie een constructie, begin 1994 in Washington bedacht, om een einde te maken aan de oorlog die een jaar eerder was uitgebroken tussen Moslims en volkskroaten, nu op papier bondgenoten. Die Federatie vormt het tegenwicht van de Servische entiteit in Bosnië, de Republika Srpska.

Tot zover was Mijo Brajkovic burgemeester van West-Mostar, Safet Orucevic burgermeester van de Moslims en had de Europese Unie een administrator ter plekke, de Spanjaard Ricard Perez Casado de opvolger van de Duitser Hans Koschnick. De aanvankelijke streefdatum voor de verkiezingen, 31 mei, werd niet gehaald omdat Moslims en volkskroaten het niet eens werden over procedures. Moesten de kieslijsten van voor de oorlog (1991) worden gehanteerd of diende rekening gehouden met de danig veranderde toestand ? Voor de oorlog telde Mostar 127.000 inwoners 34 procent Moslims, 33 procent volkskroaten, 19 procent volksserviërs. Nu wonen er nog maar 70.000 mensen, van wie 40.000 aan de Kroatische kant en blijven er nog slechts 3.000 volksserviërs over. Driekwart van de bevolking ontvluchtte de stad of stak de Neretva over om aan te sluiten bij de eigen volksgroep.

De volkskroaten vonden dat iedereen moest stemmen waar hij nu woonde, ?etnische schoonmaak? ter wille. De Moslims en de Europese Unie zagen die oplossing niet zitten, want dan zou er niets in huis komen van een hereniging. Nadat de partij van de Bosnische Moslimpresident Alija Izetbegovic (SDA) dreigde met een verkiezingsboycot, werd de stembusgang uitgesteld tot 30 juni. Iedereen zou stemmen in zijn vroegere wijk en wie naar het buitenland was gevlucht, kon daar eventueel naar de Bosnische ambassade. Vanuit Duitsland en Engeland, maar ook uit Belgrado zouden bussen naar Mostar vertrekken met stemgerechtigden ; betaald door de Europese Unie. In Bonn, Stockholm, Oslo en Bern zouden stemhokjes worden geïnstalleerd voor diegenen die liever niet terugkeerden.

STENEN.

Voor de Kroatische burgemeester van West-Mostar, Mijo Brajkovic, hoeft de stad niet herenigd : ?Als we dan geen Kroatische staat in Bosnië krijgen, laat dan ten minste Mostar zuiver Kroatisch zijn,? verklaarde hij nog vorige week. De Kroatische Pure Partij van het Recht pakte uit met de slogan ?Als het maar zuiver is…?. Aan de overkant van de Neretva afficheerde de SDA ?Ons geloof, in ons land?.

Oppositiekandidaten werden geïntimideerd, de zendtijd van televisiestations ging bijna uitsluitend naar de twee grote nationalistische partijen, SDA en HDZ (de partij van president Franjo Tudjman van Kroatië). Die tweede verdelen ongetwijfeld de verkiezingskoek.

Mostar is verdeeld in zes districten (drie Kroatische, drie voor de Moslims), en de ?centrale zone? van de EU. Elk district levert 25 afgevaardigden en 4 schepenen in het stadsbestuur. De zetelverdeling in het stadsbestuur staat vast : de volkskroaten en de Moslims hebben elk recht op 16 zetels, de ?anderen? (volksserviërs) krijgen er vijf. Er kon alleen op partijen worden gestemd, maar de naam en de volksgroep van de lijsttrekker stonden op het stembiljet. Een ?gentleman’s agreement? bepaalde al voor de verkiezingen dat de burgemeester een volkskroaat zou worden en de kantongouverneur een Moslim.

Mostar was een internationaal belegerde stad toen zondagochtend om zeven uur de eerste bussen met Moslims de gerestaureerde ?Tsarenbrug? overstaken. Een paar volkskroaten staken de middenvinger op, maar de verwachte stenenregen bleef uit. Bij de stemlokalen vonden voormalige buren elkaar weer. Geen grote omhelzingen, geen pathos, maar een beleefd knikje en snel even vragen hoe het met de bekenden ging. Dan netjes in de rij, drie stembiljetten deponeren en buiten wachten op de bus retour naar Oost-Mostar. Aan de Moslim-kant ging het er net eender aan toe.

Pedro Vilanova, juridisch adviseur van Ricard Perez Casado, kon zijn ogen niet geloven : ?Niemand had verwacht dat alles zo gedisciplineerd en probleemloos zou verlopen.?

De Bosnische Moslim-premier Hasan Muratovic klaagde wel. Volgens hem kwamen velen van ver aangereisd om vast te stellen dat ze niet op de lijst van kiesgerechtigden stonden. ?Twintig procent of meer mensen…? Vilanova noemde dat schromelijk overdreven, trouwens, de lijsten lagen al enige tijd ter inzage. Bovendien had de administratie van de EU die lijsten niet opgesteld. De verkiezingscommissie kreeg ze van de centrale regering in Sarajevo. Vilanova schat dat er zo’n twee procent niet heeft kunnen stemmen en beloofde dat, als dat cijfer nog zou stijgen, er zou worden nagegaan of de verrichtingen in bepaalde districten niet opnieuw moeten worden overgedaan. De grootste verrassing was echter dat in alle districten samen meer dan de helft van de gerechtigden hun stem uitbrachten.

Op 14 september worden in Bosnië-Hercegovina zeven verkiezingen op allerlei hogere niveaus gehouden. De ervaring in Mostar laat hopen dat die vrij normaal zouden kunnen plaatshebben.

Johan Verheyden

Burgemeester Brajkovic van het vooralsnog Kroatische West-Mostar heeft niet veel zin in de hereniging van de stad.

Reageren op dit artikel kan u door een e-mail te sturen naar lezersbrieven@knack.be. Uw reactie wordt dan mogelijk meegenomen in het volgende nummer.

Partner Content