‘HET HEEFT NIET EENS MET SEKS TE MAKEN. HET GAAT OM DOMINANTIE, OM MACHT’

YASMINE EL BARAMAWY Uitgegroeid tot een symbool in de strijd tegen seksueel geweld in Egypte. © VIRGINIE NGUYEN

Seksueel geweld tegen vrouwen is een diepgeworteld probleem in Egypte. Tijdens de demonstraties op het Tahrirplein eind juni waren er in vier dagen tijd 91 meldingen van aanranding en groepsverkrachting volgens Human Rights Watch. Omdat de werkwijze van de daders altijd dezelfde is, lijkt het erop dat het om een georganiseerd fenomeen gaat. ‘Mijn belagers zullen nooit gepakt worden. Dus voer ik strijd tegen de gemeenschap die dit geweld nog altijd negeert.’

Telkens als ze beelden op tv ziet over het Tahrirplein houdt ze haar broekriem vast. Net als toen, op 23 november 2012 tijdens de protesten tegen het falende beleid van Mohamed Morsi. Meer dan een uur lang hield ze verbeten haar hand op haar riem, als enig houvast in een blinde poel van geweld. Yasmine El Baramawy (30) was samen met vrienden naar Tahrir gegaan om mee te betogen. De avond liep uit in een drama. Ze werd aangerand, mishandeld en verkracht door tientallen mannen. Toen ze uiteindelijk werd gered, had ze geen kleren meer aan, alleen het bovenste deel van haar broek, met de riem.

El Baramawy is inmiddels uitgegroeid tot een symbool in de strijd tegen seksueel geweld in Egypte. Ze is een van de weinige slachtoffers die besloten om niet te zwijgen over wat hen was overkomen. Twee maanden na de fatale avond op Tahrir verscheen ze op tv met haar verhaal. Iemand móést hierover praten, vond ze. Sindsdien wordt ze bewonderd, gesteund, maar ook verguisd en vernederd. Ze verwelkomt ons wat verlegen, op een late dinsdagmiddag in haar appartement in het hart van Caïro. Op een bank in de gang ligt haar oud, het antieke snaarinstrument waarmee ze optreedt. Ze is muzikant van opleiding.

‘Nadat ik zo dikwijls in de media was verschenen, wilde ik niet meer optreden. Ik was bang dat mensen zouden denken dat ik mijn bekendheid wilde misbruiken om verder te raken als muzikant. Tegenwoordig draai ik het om. Ik heb iets te vertellen en gebruik mijn muziek om dat naar buiten te brengen. Het blijft ontzettend pijnlijk om erover te praten, tegelijk helpt het bij het verwerken.’

Had je maar niet naar de bekende donkere plekken op Tahrir moeten gaan, krijgt ze soms te horen. Want dan wéét je dat het kan gebeuren.

‘Dat er seksueel geweld op Tahrir plaatsvond, was bekend. Maar ik was op een plaats net buiten het plein zelf, midden tussen de diehard demonstranten, met een bende vrienden. Ik had nooit verwacht dat daar iets zou gebeuren, zeker niet tijdens de rellen met de veiligheidsdiensten. Het seksueel geweld is onvoorspelbaar. Aanrandingen gebeuren ook op plekken waar wel veel licht is. Het maakt ook niet uit hoe je als vrouw gekleed gaat. Wel of geen hoofddoek of traditionele kledij; feit is dat iedere vrouw slachtoffer kan worden. Dat is allang gebleken uit de honderden meldingen.’

Jeans aan flarden

Waarom ze haar precies uitkozen die avond, is een zinloze vraag beseft ze. ‘Een kwestie van het verkeerde moment op de verkeerde plaats. Middenin de chaos van de rellen en het traangas voelde ik plots overal handen op mijn lichaam. Ze pakten mijn handen vast, het was een groep van een man of vijftien. Ze hadden me heel snel verwijderd van mijn vrienden, ik zag niemand meer die ik kende. Mijn hemd werd uitgetrokken, mijn hoofddoek weggegooid, ik kreeg slagen in mijn gezicht toen ik me los wilde worstelen. Ik gilde, probeerde naar de grond te duiken, naar het gas dat zich er verspreidde. Ik hoopte erin te verdwijnen, uit het zicht te zijn van mijn belagers. Maar ze tilden me op, sleurden me mee. Ik voelde hoe ze mijn broek probeerden open te maken. Mijn ene hand had ik vrij gekregen. Zolang ik mijn riem vasthield, had ik in elk geval nog íéts aan, dacht ik. Intussen sneden ze met messen mijn jeans aan flarden, zodat ik totaal onbeschermd was. Zo werd ik weggedragen, omsingeld door een groep mannen die me zo veel mogelijk uit het zicht hield van het publiek. Er was een kleine kring rond me, daaromheen ontstond een grotere kring, van tientallen mannen. Ze bedreigden omstanders met messen zodat ze zich een weg door de mensenzee konden banen. Sommigen leken me te willen helpen. Dat was erg verwarrend, ze zeiden tegen de mensen dat ze ons moesten doorlaten want ik was hun zuster, of hun vrouw, en moest gered worden. Dat bleken allemaal leugens, niemand hielp. Ze stopten uiteindelijk bij een muur waar ik met mijn rug tegen werd gesmeten. Toen pas kon ik voor het eerst om me heen kijken. Wat ik zag, kan ik nog altijd niet begrijpen. Overal stonden mannen me te filmen met hun telefoons, een aantal van hen met een lach op hun gezicht. Ik lag daar tegen die muur, mijn gezicht bloedde door de slagen, ik zat onder het vuil van de straten waar ik doorheen gesleurd was, naakt, terwijl ik verkracht werd… Hoe konden ze daar in godsnaam lachend naar kijken? Ik weet nog dat ik dacht: Máák maar foto’s, fílm het. Het zal later als bewijs tegen jullie gebruikt worden.

‘Ze tilden me op, hielden me ondersteboven, sleurden me mee aan mijn handen, voeten… Ik haatte mijn lange haar want daar trokken ze allemaal aan, in een poging om íéts van me te kunnen aanraken. Op zeker moment voelde ik niets meer, ik was totaal uitgeput. Maar er waren momenten dat ik werd opgeschrikt uit mijn roes. Toen een jongen zijn tong in mijn mond stak bijvoorbeeld. Ik beet hem zo hard dat ik ervan overtuigd was dat ik zijn tong bijna had afgebeten. Ik stopte pas nadat hij me keihard in mijn gezicht sloeg. Op het laatst schrok ik wakker toen iemand me penetreerde met een mes. In eerste instantie besefte ik niet wat er gebeurde, alleen dat het anders voelde.

‘Het bizarre was dat ik besef bleef houden van de tijd. Ik schat dat het in totaal zo’n zeventig minuten heeft geduurd. De groep rondom me was groter geworden, ik vermoed dat er zeker honderd mannen bij betrokken waren. Toen stond er plotseling een vrouw voor me. Ze woonde in de buurt en was samen met haar echtgenoot en een aantal vrienden op het tumult afgekomen. Ze slaagden erin om me vrij te krijgen, de vrouw had kleding bij zich die ze om me heen sloeg. Ik kwam in de een of andere winkel terecht en ben daarna meteen naar huis gegaan, waar een vriend me heeft opgevangen.

Terug naar Tahrir

‘De volgende dag heb ik hulp gezocht bij een vrouwelijke arts. Naar een ziekenhuis wilde ik niet. Omdat ik weet hoe je daar behandeld wordt als slachtoffer van verkrachting. Ze beschouwen je als een slet, vernederen je. Thuis ontdekte ik elke dag een nieuwe wond op mijn lichaam. Het duurde drie dagen voor ik al het vuil uit mijn haar had gewassen, er blééf bruin water komen. Ik heb er meer dan de helft van afgeknipt, ik kon het niet meer verdragen. Dagenlang heb ik in mijn huis gezeten, en nagedacht over mijn leven. Ik begon wat te researchen over andere verkrachtingszaken en merkte dat ik kwaad werd op de vrouwen die dit vóór mij hadden meegemaakt. Omdat ze geen aangifte hadden gedaan, er niets over naar buiten hadden gebracht. Hadden ze dat wel gedaan, dan had ik tenminste geweten dat dit kon gebeuren, ook op de plaats waar ik me bevond.

‘Na een maand ben ik teruggegaan naar Tahrir. Ik wilde de plekken zien waar ze me naartoe hadden gebracht, om me alles opnieuw helder te herinneren. Want mijn brein weigerde te geloven dat het allemaal echt was gebeurd. Het was een afschuwelijke ervaring. Ik schokte en beefde over mijn hele lichaam, en ik wilde iedereen slaan. Maar ik nam me voor dat ik net zo lang zou teruggaan tot ik me weer normaal voelde. Het schokken is opgehouden, maar de angst heb ik niet onder controle. Soms ga ik naar Tahrir, altijd omgeven door een groep vrienden. Soms kan ik het niet opbrengen. Maar ik wil niet dat de angst wint. Ik zal winnen.

‘Het gaat een stuk beter met me, maar verwerkt heb ik het nog lang niet. Ik besef dat dit altijd aan me zal blijven kleven, dat zal ik moeten aanvaarden. In maart heb ik met zes andere slachtoffers een klacht ingediend. Tegen onbekenden. We hebben er tot nu toe niets van gehoord, en ik verwacht ook niets. Dáárom praat ik erover. De samenleving in Egypte neemt seksueel geweld tegen vrouwen nog altijd niet serieus. Als er iets met een man gebeurt, dan staat iedereen op zijn kop. Maar gaat het om een vrouw, dan wordt er in alle talen gezwegen. Of je wordt zelf beschuldigd. Zo zette iemand mijn telefoonnummer online, als seksnummer. Ik krijg nog altijd telefoons met seksuele voorstellen. De moslimbroeders noemen me een hoer, de seculiere actievoerders zeggen dan weer dat ik een agent ben van de moslimbroeders. Niemand wil erkennen dat er problemen zijn op Tahrir, dus geven ze de slachtoffers de schuld. Dat kan en zal ik nooit aanvaarden. Vrouwen moeten blijven gaan naar Tahrir. Ze maken tenslotte de helft van de bevolking uit, hun stem telt mee in de protesten.

Toch verandert er wel iets. Omdat de overheid niets doet, zijn er burgerinitiatieven ontstaan. Organisaties die vrouwen op Tahrir helpen. Ze worden steeds bekender, hun aanwezigheid maakt een verschil. Alleen al door er te zijn, wordt het probleem stilaan erkend. We zijn er nog lang niet, maar ik zie het positief in. Ik zal blijven protesteren voor de vrijheid van dit land, maar mijn persoonlijke strijd gaat over de vrijheid van de vrouwen.’

Wilde dieren

Als vrouwen massaal wegblijven van demonstraties en andere publieke gelegenheden wordt het probleem alleen maar erger, vinden ze bij Operation anti-sexual Harassment (OpAnTiSH), een vrijwilligersorganisatie die sinds november 2012 actief is op het Tahrirplein. Samen met ‘Tahrir Bodyguard’ en ‘Harassmap’ waarschuwen en informeren ze het publiek en helpen vrouwen die tijdens betogingen in problemen raken. De driehonderd vrijwilligers van OpAnTiSH zijn op verschillende plaatsen aanwezig, ze dragen allemaal hetzelfde shirt en treden op als een vrouw wordt aangevallen. De organisatie beschikt over vier hotlines die via posters en flyers bekend worden gemaakt op het plein. Daar kunnen mensen naar bellen als er iets gebeurt. Een team, bestaande uit mannen en vrouwen, rukt dan uit, gaat the circle of hell binnen, zoals ze het bij OpAnTiSH noemen, en haalt de vrouw weg. ‘De teams moeten vaak vechten om bij het slachtoffer te komen’, zegt Mariam Kirollos, die vanaf het begin bij de organisatie betrokken is. ‘Ze worden aangevallen met stokken, messen, vuur.. Het is heel gevaarlijk, maar íémand moet het toch doen. Als we een vrouw weghalen van het plein, blijven we bij haar en volgen haar zaak op, als ze dat wenst.’

De aanvallen gebeuren het meest op plaatsen waar het donker is, maar ook midden in het publiek. Vaak kijken omstanders gewoon toe, soms doen ze zelfs mee. Of ze wimpelen het af met: ‘Het is maar een gevecht’ en draaien zich om. Waardoor het aantal daders snel toeneemt. De werkwijze van de bendes is altijd hetzelfde. In de chaos van de mensenmassa wordt een vrouw omsingeld en zo snel mogelijk naar een andere plaats gebracht. De een trekt haar schoenen uit, de andere haar broek. In El Nadeem, een centrum voor opvang van slachtoffers van foltering en seksueel geweld, horen ze vaak verhalen van vrouwen die na de groepsverkrachting hun persoonlijke bezittingen zoals telefoons en handtassen terugkregen. Dat doet vermoeden dat het om een georganiseerde daad gaat. Door wie, is voor niemand duidelijk. Volgens de een zitten de moslimbroeders erachter om het moreel van hun tegenstanders te ondermijnen en ze te kunnen beschuldigen van ‘beestachtigheden’, volgens de ander zijn het straatbendes die op eigen houtje opereren. ‘De groepsverkrachtingen zijn een combinatie van een vast patroon én van omstanders die meedoen. Dat maakt het moeilijk te definiëren of het al dan niet georganiseerd zou zijn’, zegt Kirollos.

Volgens Moustafa Endil, vrijwilliger bij OpAnTiSH en leider van een van de interventiegroepen, is zo’n tachtig procent van de gevallen georganiseerd. Jongens tussen pakweg 16 en 19 jaar worden betaald en gevraagd om ‘vrouwen aan te raken’, met de bedoeling chaos te veroorzaken. ‘Ik geloof niet dat er wordt gezegd dat ze iemand moeten verkrachten, dat zou wel heel ver gaan. Maar aanraken, dat is iets anders. Dat wordt niet als een crimineel feit beschouwd, eerder als ‘lol hebben’. Helaas loopt het in de praktijk uit de hand. In de massale razernij die uitbreekt, komen kennelijk onze meest primitieve instincten boven. Het spijt me dat ik het moet zeggen maar ik vergelijk de daders soms met wilde dieren die allemaal op één prooi afvliegen, blind en doof voor wat er om hen heen gebeurt. Zolang ze maar krijgen wat ze op dat moment willen.’

Eén dag als vrouw

‘Seksuele intimidatie en seksueel geweld zorgen al heel lang voor problemen in Egypte’, zegt Mariam Kirollos. ‘Alleen werd er nooit over bericht. In 2006 verschenen er plots berichten van bloggers over groepen mannen die vrouwen betastten en vastgrepen, midden op straat in Caïro, tussen het publiek. Het was tijdens de vieringen na de ramadan. Daarna gebeurde het ook steeds vaker tijdens betogingen. De slachtoffers waren zowel gesluierd als ongesluierd. Soms eindigde zo’n incident in een groepsverkrachting. De overheid doet er helaas bijna niets tegen, er zijn tot nu toe heel weinig daders veroordeeld. Die straffeloosheid is een van de redenen dat het fenomeen escaleert. Maar het ligt niet alleen aan de regering, de hele samenleving is er schuldig aan. Het is een heel gelaagde en complexe kwestie. Als ik op straat seksistische opmerkingen krijg, is de man in kwestie het zich niet eens bewust dat hij iets verkeerds zegt. Ook niet als het een stap verder gaat.’

Na de rechtszaak die Yasmine El Baramawy en de zes andere slachtoffers aanspanden, schoot de overheid eindelijk wakker. Een klein beetje toch. Ze richtte een politie-eenheid van vier vrouwen op die voor psychologische bijstand moeten zorgen nadat een vrouw seksueel geweld heeft meegemaakt. Het initiatief is nog in de ‘voorbereidende fase’. De straffen voor verkrachting kunnen variëren van een paar jaar tot levenslang.

Dat het om een hardnekkig en ingewikkeld probleem gaat, werd nog maar eens bewezen door de Egyptische documentaire Awel Ek Kheit, ‘De Bedreiging’, die afgelopen mei werd uitgebracht. Net zoals Sofie Peeters in Brussel rondwandelde voor haar reportage Femme de la rue, trok acteur Waleed Hammad (24) een dag lang als vrouw verkleed door de straten van Caïro. Hij werd achtervolgd, nagefloten, en kreeg tientallen seksuele voorstellen.

‘Toen ik het aanbod kreeg om als vrouw over straat te gaan, aarzelde ik geen seconde’, zegt Hammad lachend als we hem in een café vlakbij het Tahrirplein ontmoeten. ‘Het diende een goed doel, waarom zou ik weigeren? Dat doel was om de verregaande seksuele intimidatie in dit land nu eens via een mán aan te kaarten. Want helaas worden de vrouwen niet genoeg gehoord en niet serieus genomen, hoe hard ze ook roepen. Ze zijn meer dan drie uur bezig geweest met mijn make-up. Mijn grote, mannelijke neus werd zo veel mogelijk gecamoufleerd, ik kreeg borst- en bilimplantaten en een pruik. We hebben er zorgvuldig op gelet dat ik een heel doordeweekse vrouw zou zijn, geen opvallende verschijning. Want we wilden aantonen dat het niets met het uiterlijk van een vrouw te maken heeft, of met de manier waarop ze zich beweegt. Ik liep op een normale manier, heb niets overdreven. De eerste paar uur droeg ik geen hoofddoek. De opmerkingen waren niet van de lucht. Ze varieerden van ‘schatje, ga je met me mee?’ tot rechtstreekse grove sek- suele voorstellen. Op zeker moment zakte mijn bilimplantaat af. (lacht) Het ding zat ergens halverwege mijn broek, en ik begon helemaal scheef te lopen zodat het niet op straat zou vallen. Toen kwam de productie-assistente, die mee volgde in een busje, en fluisterde in mijn oor dat ik mee moest komen. Daarna begon de tweede sessie, mét hoofddoek. Wat bleek? Mét was het erger dan zonder. Ik werd twee keer achtervolgd, meer dan een half uur lang. Een van de mannen kwam op zeker moment voor me staan, pakte mijn arm vast en zei dat ik wel met hem móést afspreken, ik kon niet weigeren, vond hij. Maar ik heb mijn mond niet opengedaan, anders zou hij meteen weten dat ik een man was. Ik heb hem hardhandig van me afgeschud en ben weggewandeld. Er was ook een man die voorstelde of ik tegen betaling seks wilde.’

Waleed Hammad was niet geschokt of verrast door wat hij meemaakte.

‘Iedereen in Caïro weet dat dit gebeurt. Van vriendinnen ken ik verhalen die nog veel erger zijn. Maar nu weet ik tenminste hoe het voelt voor een vrouw. Dat ze altijd op haar hoede moet zijn, zich altijd begluurd weet. Het gaat er niet om of een vrouw mooi of lelijk is, het heeft niet eens met seks te maken. Het gaat om dominantie, om macht. Het soort mannen dat vrouwen op straat benadert of naroept, ziet hen als het zwakkere geslacht waar ze hun frustraties op kunnen botvieren. De mannen zijn evengoed slachtoffers van de samenleving als de vrouwen. Want daar gaat het om: de hele maatschappij is er schuldig aan. Het zou wel heel makkelijk zijn om alleen de mannen als monsters af te schilderen en de vrouwen als onschuldige slachtoffers. Natuurlijk, het is vreselijk wat er met de vrouwen op Tahrir gebeurt. Maar vrouwen doen even hard mee aan hun eigen onderdrukking. Jongens worden in dit land nog steeds opgevoed als prinsen. De zonen mag geen haar breed in de weg worden gelegd, zij zijn de baas. Terwijl de meisjes zich ondergeschikt moeten gedragen. Moeders voeden hun kinderen op deze manier op, zussen behandelen hun broers als meerderen, vrouwen zijn onderdanig tegen hun echtgenoten. Ik werd trouwens ook hard aangepakt door de vrouwen toen ik als vrouw rondliep. Ik kreeg opmerkingen als: ‘Wat draagt die nu? Waarom heeft ze geen man bij zich? Wat denkt ze wel om hier alleen rond te wandelen?’ Dat is het probleem. We zoeken de schuld bij de vrouw. Ze had zich maar anders moeten kleden, of niet naar een bepaalde plaats moeten gaan. Veel jongens denken werkelijk dat meisjes ervan genieten als ze worden lastiggevallen, dat ze er zelf om vragen. Dat zijn allemaal misvattingen die diepgeworteld zijn. Met deze documentaire hebben we niets veranderd, dat besef ik maar al te goed. Maar we hebben in elk geval de discussie op gang gebracht. Het was de eerste keer in de hele Arabische wereld dat een man als vrouw gekleed ging om een serieus doel te dienen, niet als grap. Dat de documentaire meer aandacht kreeg in het buitenland dan in Egypte zelf, zegt veel. Het zal nog generaties duren voor er enige gelijkheid zal zijn tussen man en vrouw. Maar het begin is er, daar ben ik van overtuigd.’

DOOR JOANIE DE RIJKE IN CAÏRO/ FOTO’S VIRGINIE NGUYEN

‘De moslimbroeders noemen me een hoer, de seculiere actievoerders zeggen dan weer dat ik een agent ben van de moslimbroeders.’

‘Niemand wil erkennen dat er problemen zijn op Tahrir, dus geven ze de slachtoffers de schuld.’

‘Vrouwen doen even hard mee aan hun eigen onderdrukking. Jongens worden in dit land nog steeds opgevoed als prinsen.’

‘Ik zal blijven proteste-ren voor de vrijheid van dit land, maar mijn persoonlijke strijd gaat over de vrijheid van de vrouwen.’

Reageren op dit artikel kan u door een e-mail te sturen naar lezersbrieven@knack.be. Uw reactie wordt dan mogelijk meegenomen in het volgende nummer.

Partner Content