Hoe een boek uit 1645 het geweten van het België uit 1997 kan stutten.

Het had lang geduurd en ik was dan ook niet in het minste verbaasd toen de deur van mijn werkkamer werd opengestoken en de vervaarlijke woorden : ?Dag der wrake, dag des Heren, als Davids Sybilles woord’ vermeeren en aard en hemel in as verkeren? weerklonken.

Niemand die ik van na of verre ken, put nog uit die vooroorlogse schat van lofzangen, jeremiaden en doemgedichten, tenzij mijn vriend Guido die nu binnentrad, triomfantelijk als de engel des oordeels nadat hij zijn bazuinstoot geblazen heeft.

?Wat denk je er zoal van, burger ?? vroeg hij zonder me zelfs eerst te groeten. ?Wat denk ik van wat ?? was mijn terechte wedervraag, want een gesprek neemt zelden een vliegende start, er moet eerst een weinig terplaatse rondgetrappeld worden, opwarmen zou men het kunnen noemen.

?Hoe is het in vredesnaam mogelijk dat een man als jij, die toch rechtop loopt, de duim kan gebruiken en zijn oren niet kan bewegen, niet overborrelt van misnoegdheid en gegronde verontwaardiging ?? klonk het berispend.

?Maar zeg dan toch in vredesnaam waarover we het hier hebben,? riep ik uit. ?Ik verlies zienderogen aan gewicht van nieuwsgierigheid.?

?Over de krabbenmand waarin wij hier leven, citoyen, over de krabbenmand !? zei hij beschuldigend terwijl hij zich een glas bier inschonk. Hij nam een slok.

?Niet heel koud,? zei hij, ?maar te koel bier in de voormiddag snijdt de eetlust.?

?Ja, van die krabbenmand, dat zijn natuurlijk toestanden die thuishoren in landen waar de lambada het nationale lied is, maar naar ik verneem, zwoegt men zich te pletter om een nieuwe politieke cultuur in de steigers te zetten?, antwoordde ik.

?Een jonge jockey op een oud paard, man. Zo zie ik dat. Ze moeten de eerste haag nog nemen en het beest is al buiten adem,? zuchtte hij.

?Maar wat wil je dan dat die kerels doen. Met gedroogde erwten in hun schoenen langs de nationale monumenten gaan bedevaarten of in het justitiepaleis gaan pensjonkelen ??

?Zwijg, spotter, dit moeten die kerels altijd op zak dragen,? riep mijn vriend terwijl hij met een in leder gebonden boekje zwaaide. ?En niet enkel op zak, ook in het hoofd zoals Mao’s Rode Boekje, dan kunnen wij de oude lei breken.?

?Wat is dat voor een magisch boek dat in staat zou zijn om een krabbenmand in een bloemenvaas te veranderen ?? vroeg ik, duidelijk zijn enthousiasme niet delend.

?Het draagt de verheven titel ?Résolutions de plusieurs Cas de Conscience touchant la Morale?, door niemand minder bij mekaar gepluimd dan Jaques de Saintebeuve, professeur due Roi en Théologie. ?Tome quatrième?, want aan een laag sujet die de lectuur broodnodig had, heb ik de andere delen uitgeleend en hij heeft er geen cas de conscience of graten in gezien om ze te houden. Maar wees gerust, een of andere bijbelse straf zal over hem neerdalen. Zijn tent wordt wellicht neergegooid, misschien overvallen hem steekvliegen of verschijnt de engel met het ijskoude zwaard van financiën in de hand om zijn boekhouding onder de scanner te leggen. Totdaar, want in dit vierde deeltje staat genoeg gewetensmateriaal om van België een plechtige communiestaat te maken.?

?Dan zal men iets in het drinkwater moeten doen,? meende ik.

?Jij altijd met je neerhalende gedachten en meningen,? gromde hij. ?Ik vind dat je voor zulk een uitlating een gaatje in je paspoort moest krijgen.?

?Zo, laat dan eens horen waarmee je de kinderen der duisternis het smalle blinkende pad gaat opjagen,? zei ik uitdagend.

?Er moeten natuurlijk aanpassingen aangebracht worden,? zei hij. ?Er is sinds 1645 heel wat vervuild water naar de gepollueerde zee gelopen, maar hier een greep in het wilde weg. Cas CXLVIII : Celui qui est pourvûd’un Bénéfice par simonie, doit le quitter purement & simplement anders excommunicatie en nog wat gegooi in zijn glazen erbovenop. Cas CLVII : Conduite que doit tenir un curé envers des Marchands de bestiaux qui commettent des tromeries dans leur commerce. Ziedaar vriend, vervang simonie door je weet wel wat en tromperies door ook je weet wel wat en we staan in volle 1997 met de reuk eraan en erbij. Er zullen koppen rollen.?

?Alweer zo bloeddorstig en nog vóór het middagmaal,? spotte ik.

?Hoeft niet bloedig te zijn,? zei hij. ?Heb je ooit al eens mijn waterguillotine gezien ?? en hij toonde mij een steendruk. Ik greep de fles bier uit zijn handen eer zij geledigd was. Ik had dringend een slok nodig.

Gommaar Timmermans

Reageren op dit artikel kan u door een e-mail te sturen naar lezersbrieven@knack.be. Uw reactie wordt dan mogelijk meegenomen in het volgende nummer.

Partner Content