De beenderen van de tsaar die tachtig jaar geleden werd terechtgesteld en de mummie van de bolsjevistische leider die de moord beval, verdelen de Russische samenleving.

Een kleine, donkere man met een puntbaardje en levendige ogen, het uiterlijk van een intellectueel. Hij heette Jakov Joerovski en de gevangen ex-tsaar nam hem eerst voor een arts: hij kon zo goed met zijn zieke zoon, kroonprins Aleksej om. In werkelijkheid was hij zijn cipier en zijn latere moordenaar. Tsaar Nicolaas II was na zijn troonsafstand in 1917 en na een reeks omzwervingen door Siberië in de hoofdstad van de Oeral, het rode bolwerk Jekaterinburg, gevangengezet. Daar zou hij samen met tsarina Aleksandra, hun vier dochters Olga, Tatjana, Marie en Anastasia, kroonprins Aleksej, de hofarts Botkin, de kok Charitonov, de kamerknecht Trupp en de meid Demidova worden vermoord door een commando onder leiding van de “vriendelijke dokter”.

Joerovski was trots op zijn rol in het laatste hoofdstuk van de Romanovs en voor het nageslacht schreef hij op wat er die nacht van 17 juli 1918 in Jekaterinburg gebeurd is. Dankzij de “nota-Joerovski” vonden een amateur-historicus en een filmmaker 61 jaar later de resten terug van negen van de elf slachtoffers. Twee werden nooit gevonden, koren op de molen van al wie gelooft in de ontelbare mythes en legenden die uit die tragische nacht zijn voortgesproten.

TROONSAFSTAND

“Abdiqué, abdiqué…” schreef de tsarina ongelovig in haar dagboek toen ze vernam dat haar man was afgetreden. Het was voorjaar 1917. De bolsjevistische revolutie in datzelfde noodlottige jaar trof de keizerlijke familie in het verre Siberië. De voorlopige regering van Alexis Feodorovitsj Kerenski had de tsaar en zijn familie naar Tobolsk in veiligheid gebracht. Later werden ze op transport gezet naar Jekaterinburg.

Het getouwtrek om de keizerlijke familie begon. Lenin, pragmatisch als altijd, zag in Nicolaas en Aleksandra mogelijke pasmunt in onderhandelingen met de Duitsers. Trotski wou een groot showproces waarin hij met zijn groot redenaarstalent voor de rest van de wereld “Nicolaas de bloedige” aan de schandpaal kon nagelen. De bolsjevistische kameraden van de rode Oeral wilden zelf hun rekeningen met de tsaar vereffenen. Ze waren bang dat Lenin – voor velen een Duitse agent – hen deze kluif zou afnemen. Toen Lenin de vrede van Brest-Litovsk had gesloten, waarbij een groot deel van Europees Rusland en de hele Oekraïne aan Duitsland werden gelaten, was de familie van de tsaar niet langer bruikbaar. De kameraden in Jekaterinburg konden hun gang gaan.

De burgeroorlog woedde volop. Het witte leger van admiraal Koltsjak, de latere dictator van Siberië, was tot op enkele kilometers van Jekaterinburg genaderd. De gevangen familie kon ’s nachts geweersalvo’s en kanonschoten horen.

De keizerlijke familie werd gevangengehouden in het huis van de ingenieur Ipatiev, dat de plaatselijke Tsjeka, de geheime dienst, voor dat doel had aangeslagen. In de nacht van 16 op 17 juli 1918 wekte Joerovski de tsaar en zijn gezelschap. “We moeten u naar de benedenverdieping brengen”, zei hij. “Het wordt hier te gevaarlijk.”

Joerovski – een voormalige fotograaf – bracht de familie, in totaal elf personen, naar een kamer in de kelderverdieping en stelde ze op voor een groepsfoto. Maar in plaats van de fotograaf kwam een twaalfkoppig commando binnen, gewapend met pistolen en revolvers. Joerovski las een korte verklaring voor: “Aangezien u en uw familieleden uw aanvallen op Sovjetrusland voortzetten, heeft het Uitvoerend Comité van de Oeral besloten u te executeren.”

Nog voor hij de zin had afgemaakt, klonken de eerste schoten. De tsaar en de tsarina waren vrijwel op slag dood. Met de dochters hadden de beulen meer problemen. De kogels bleven afketsen op hun korsetten. Later bleek waarom: de Romanovs hadden een fortuin aan juwelen en edelstenen in het ondergoed van de dochters en de keizerin genaaid. Ook de jonge ziekelijke kroonprins Aleksej vertoonde volgens een later rapport van Joerovski een “opmerkelijke vitaliteit”. De moordenaars moesten hun slachtoffers met bajonetsteken afmaken.

KOFFERTJE MET RESTEN

Pas vijf dagen later werden het Kremlin en de plaatselijke bolsjevisten het eens over de versie die de buitenwereld zou worden opgedist. “Gezien het feit dat de Tsjechische benden de Rode Hoofdstad van de Oeral bedreigen (…), heeft het plaatselijk presidium overeenkomstig de wil van het volk besloten ex-tsaar Nicolaas Romanov, schuldig aan ontelbare bloedige misdrijven, dood te schieten. De familie is overgebracht naar een veiliger plaats.”

Acht dagen na de moord maakten de witte troepen met de hulp van Tsjechische voormalige krijgsgevangenen zich meester van Jekaterinburg. De nieuwe autoriteiten stelden meteen een onderzoeker aan om de waarheid te achterhalen over wat er kort daarvoor in het Ipatiev-huis was gebeurd. Nicolaas Sokolov zou er de rest van zijn leven aan besteden. Hij ontdekte de plek waar de bolsjevieken van de Oeral vermoedelijk hun slachtoffers hadden begraven. Hij vond een geamputeerde, perfect gemanicuurde vinger, een parel uit een oorring van de tsarina, het valse gebit van de lijfarts, een dasspeld en sporen van vuur. Maar lichamen vond hij niet.

Toen de rode troepen een jaar later Jekaterinburg weer innamen, pakte Sokolov de fragmenten die hij gevonden had in een koffertje en vluchtte naar het buitenland. In 1924, kort voor zijn dood, publiceerde hij in Parijs zijn conclusies in zijn boek “Enquête Judiciaire sur l’assassinat de la famille Impériale Russe”. Sokolov was ervan overtuigd dat de moordenaars hun werk grondig hadden gedaan: behalve de paar fragmenten die hij had gevonden, bleef er van de lichamen niets over. Zijn koffertje kwam in Brussel terecht, de beenderen werden ingemetseld in het altaar van de orthodoxe kerk Sint-Job de Lijdende in Ukkel. Orthodoxe gelovigen in het buitenland en Russische monarchisten zweren tot op de dag van vandaag bij de versie van Sokolov.

Aleksander Avdonin is een inwoner van Jekaterinburg, een bescheiden man die zacht praat en bij bezoekers een lichtjes raadselachtige indruk achterlaat. Hij is geoloog van beroep, maar zijn passie is de geschiedenis van wat er in zijn stad met de familie Romanov is gebeurd. Tot 1926 hielden de sovjetautoriteiten vol dat ze niets afwisten over het lot van de familie van de vermoorde tsaar. Na de publicatie van Sokolovs boek in Parijs verspreidden zij een bijgestelde versie van het gebeuren. Pavel Bykov, de nieuwe voorzitter van de Sovjet van de Oeral kreeg de toestemming om zijn boek “De laatste dagen van het tsarendom”, grotendeels gebaseerd op de bevindingen van Sokolov, te verspreiden.

Avdonin was een teenager toen hij de Bykov-versie onder ogen kreeg. Hij begon – in het grootste geheim – met overlevenden en familieleden van ooggetuigen te praten. Later, veel later, kreeg hij hulp van Geli Rijabov, een Moskouse filmmaker die goed stond aangeschreven bij de sovjetautoriteiten en daardoor toegang had tot archieven die voor Avdonin gesloten bleven. Rijabov praatte met de zoon van Joerovski en die gaf hem een kopie van de fameuze nota die zijn vader had opgesteld. Joerovski vertelde niet alleen gedetailleerd hoe de tsarenfamilie aan haar einde kwam, hij beschreef ook nauwgezet wat er achteraf met de lichamen is gebeurd. Twee ervan heeft hij verbrand, maar omdat de tijd drong – de witten stonden voor de deur – werd de rest in een ondiep graf gedumpt.

TABOE OP SCHEDELVONDST

Het was 1979, glasnost en perestroika moesten nog uitgevonden worden. Rijabov en Avdonin gingen, alweer in het diepste geheim, graven op de plek die Joerovski had beschreven. “Ik hoopte bijna dat ik niets zou vinden”, zei Avdonin achteraf. Zo taboe was het thema nog aan het eind van het Brezjnev-tijdperk. Maar de angstaanjagende ontdekking bleef de amateur-historicus niet gespaard. Precies op de plek die Joerovski had beschreven, vonden Avdonin en Rijabov op een meter diepte drie schedels.

Rijabov nam twee schedels mee naar Moskou. Hij hoopte dat hij dank zij zijn contacten een laboratorium zou vinden waar de resten konden worden onderzocht. Maar hij kreeg overal nul op het rekest en een half jaar later besloten de twee speurders de schedels dan maar terug te plaatsen en betere tijden af te wachten. Twee jaar later stierf president Leonid Brezjnev.

Op 12 juni 1991 werd voor het eerst in de duizendjarige geschiedenis van Rusland een politieke leider gekozen door zijn onderdanen. Met een grote meerderheid kozen ze een man uit Sverdlovsk, het voormalige Jekaterinburg, dat kort daarop zijn oude naam terugkreeg. Boris Jeltsin, de voormalige partijsecretaris van Sverdlovsk had al eens eerder met de geschiedenis van de Romanovs te maken gehad: op bevel van sovjetleider Joeri Andropov had hij het Ipatiev-huis laten afbreken, een beslissing waar hij zich later voor zou schamen.

Misschien was het om iets goed te maken dat Jeltsin – hij had nog maar pas de eed afgelegd – het groene licht gaf voor een tweede opgraving van het clandestiene graf in de buurt van Jekaterinburg. Dit keer in aanwezigheid van een professor in de archeologie, vertegenwoordigers van de autoriteiten en televisiecamera’s. De resten van negen mensen werden bovengehaald en naar het forensisch instituut van Jekaterinburg gebracht.

Gouverneur Rossel van Sverdlovsk (de regio heeft de oude naam behouden) verklaarde aan de pers dat “met grote waarschijnlijkheid” de gevonden beenderen toebehoorden aan de tsaar, zijn familie en zijn dienaars.

Om zekerheid te hebben, moest er nog een lange weg worden afgelegd. Net zoals Moskou en de Oeral destijds bakkeleiden om de levende tsaar, begon een weinig verheffend getouwtrek om de beenderen. Gouverneur Rossel droomde er hardop van om van de resten van de tsaar een toeristische attractie te maken, samen met een nieuw te bouwen kerk, annex hotel, op de plek waar het Ipatievhuis heeft gestaan.

De Moskouse forensische specialist Sergej Abramov was intussen begonnen met de identificatie van de beenderen. Abramov moest uit 700 beenderen en 250 fragmenten proberen menselijke skeletten te reconstrueren. Sommige schedels waren vreselijk verminkt. De opgraving was niet helemaal volgens de regels van de kunst gebeurd en daardoor was veel kostbare informatie verloren gegaan. Bovendien was er geen geld: niet voor computers, niet voor medewerkers, niet voor verplaatsingen. Abramov ging aan de slag met vrijwilligers en liet zich sponsoren door een tv-station dat camera’s ter beschikking stelde. Hij ontwikkelde een methode om door superpositie van foto’s en computerbeelden de identiteit van de schedels te achterhalen.

Na een lang en moeizaam proces kon hij de skeletten een voor een identificeren. Hij kwam tot de conclusies dat de twee ontbrekende lichamen die waren van kroonprins Aleksej en de op een na jongste dochter, Marie. Niet iedereen was overtuigd. Gouverneur Rossel liet een eigen team – Amerikaanse – specialisten aanrukken. Nee, het ontbrekende meisje is Anastasia, de jongste dochter, zei patholoog Maples uit Florida. De Russische orthodoxe kerk had geen vertrouwen noch in Abramov, noch in de buitenlandse onderzoekers.

GRAF VAN NEPMARMER

Er komt een regeringscommissie. Er wordt contact gezocht met het British Home Office Forensic Science Service in Aldermaston, wellicht het best gereputeerde forensische laboratorium ter wereld. Daar voert Peter Gill, een van de uitvinders van de “DNA-vingerafdruk” een vergelijkend DNA-onderzoek uit op fragmenten van de beenderen uit Jekaterinburg. De resultaten worden vergeleken met het DNA uit bloedstalen van de Britse prins-gemaal Filip, een familielid van de Romanovs. Gill verklaart dat hij 98,5 procent zekerheid heeft dat de beenderen die zijn van Nicolaas, zijn vrouw en zijn dochters.

Er worden plannen gemaakt voor een plechtige begrafenis van de Romanovs. Maar de orthodoxe kerk blijft met vragen zitten. De begrafenis wordt uitgesteld, er komt nieuw DNA-onderzoek. Dit keer wordt het lichaam van Nicolaas’ broer George in Sint-Petersburg opgegraven. Zijn DNA komt overeen met dat van Nicolaas. Er komt bijkomend onderzoek, de commissie antwoordt op tien specifieke vragen van de kerk. De voorzitter van de regeringscommissie, vice-premier Nemtsov, zegt dat er nu 99 procent zekerheid is met nog negentig keer negen achter de komma. Er wordt een nieuwe datum vastgesteld voor de begrafenis: 17 juli in Sint-Petersburg.

Maar wat een plechtige openbare akte van berouw moest worden, een verzoening tussen de Russen en het begraven van de bloedige conflicten van de twintigste eeuw, dreigt te ontaarden in een farce. Het hoofd van de orthodoxe kerk, patriarch Aleksej komt niet naar Sint-Petersburg. De dienst zal worden opgedragen door een lokale priester. De kerk twijfelt aan de resultaten van het wetenschappelijk onderzoek en gelovigen in binnen- en buitenland houden het bij de versie van Sokolov: er zijn geen resten. De kerk wil de tsaar heilig verklaren en dan zijn de beenderen heilige relikwieën. “De kerk kan het zich niet veroorloven zich te vergissen”, vindt metropoliet Juvenalis, die voor de kerk in de regeringscommissie zat. “Want het vereren van valse relikwieën is een zware zonde.”

President Jeltsin die zich al in de rol van de grote historische verzoener zag, verkiest in die omstandigheden ook maar weg te blijven. Al is het met de onberekenbare Jeltsin nooit uitgesloten dat hij op het laatste moment toch komt opdagen.

Gennadi Zjoeganov volgt het standpunt van de kerk. “Het komt alleen God en de kerk toe zich uit te spreken over de echtheid van de resten”, zou de communistenleider gezegd hebben. De afstammelingen van de Romanovs zijn ook verdeeld: een deel van de familie zal eveneens wegblijven. Net als het wetenschappelijk onderzoek, wordt ook de plechtige begrafenis van de laatste tsaar geteisterd door geldgebrek. Er is om sponsorship van commerciële partners gevraagd. Aeroflot heeft toegezegd de resten gratis uit de Oeral over te vliegen.

Rusland was geschokt toen bleek dat er geen geld is voor marmeren grafstenen. De tsaar en zijn familieleden moeten zich (voorlopig) tevredenstellen met imitatiemarmer op houten panelen. Het is waar: Nicolaas was een politieke verliezer tot het bittere einde.

Johan Depoortere

Reageren op dit artikel kan u door een e-mail te sturen naar lezersbrieven@knack.be. Uw reactie wordt dan mogelijk meegenomen in het volgende nummer.

Partner Content