Fair is plots cool geworden

Anders gaan leven: daar hoef je tegenwoordig geen geitenwollen sok meer voor te zijn. De bewuste consument van vandaag belt met een Fairphone, drinkt een Fritz-kola en laat zijn kinderen spelen met een Lammily-pop.

U beseft het misschien niet, maar de kans is groot dat u bloed aan uw handen hebt. Gewoon, door elke dag op uw smartphone te zitten tokkelen. Dat ding zit – net als laptops en andere elektronica – vol mineralen die voornamelijk uit Congolese mijnen komen. Bloedmineralen, want de gewapende rebellen ter plaatse financieren er hun strijd mee. Bovendien lopen er in die mijnen ook kinderen rond en zijn de werkomstandigheden er niet bepaald koosjer. Om nog te zwijgen van de Chinese fabrieken, waar de meeste smartphones worden geproduceerd. Enter Fairphone, een Nederlands bedrijf dat al bijna 50.000 eerlijke smartphones heeft verkocht. Of liever: eerlijker, zegt communicatieverantwoordelijke Roos van de Weerd. ‘In 2010 zijn we begonnen met een bewustwordingscampagne rond misbruiken in de elektronicaproductie. Mensen beseffen niet meer wat er allemaal in hun telefoon zit en waar die duizend kleine onderdeeltjes vandaan komen. Maar om echt iets te veranderen, konden we maar één ding doen: zelf een telefoon maken.’

Ze begonnen met een crowdfundingcampagne, waarbij mensen 325 euro moesten storten voor een telefoon die nog niet eens in productie was. Maar de interesse bleek groot, en ze konden eraan beginnen. ‘We proberen de volledige levenscyclus van zo’n smartphone te verbeteren: de ontginning van mineralen, het design (twee simkaarten in één telefoon, bijvoorbeeld), de productie, de distributie en de recyclage. Onze tin en tantalum halen we al uit conflictvrije mijnen, en in onze Chinese fabriek hebben we een worker welfare fund uit de grond gestampt, waardoor de arbeiders beetje bij beetje meer inspraak krijgen.’ Maar ze zijn er nog lang niet, geeft Van de Weerd toe. ‘Dit is nog maar de eerste stap. Om een telefoon te produceren die volledig eerlijk is, heb je bijna wereldvrede nodig. Je kunt niet in elke fabriek of mijn gaan controleren of er zeker geen kinderen werken. Je zou de daadwerkelijke productie natuurlijk ook naar Europa kunnen halen, maar dan sluit je je ogen voor de echte uitdagingen ter plaatse. Wij willen de problemen aanpakken waar ze zich voordoen en niet wegkijken.’

Kromme komkommers

Maar wie zijn die 50.000 Fairphone-gebruikers dan? ‘Mensen die consumeren met hun hart en erg kritisch zijn tegenover de merken die ze kopen’, zegt Roos van de Weerd. En ja: er zijn ook aardig wat Belgen bij, al is Duitsland voorlopig de belangrijkste afzetmarkt. Dat eerlijke producten het goed doen bij onze oosterburen, bewijst ook Fritz-kola, een Duits drankje dat onlangs in Antwerpen werd gesignaleerd. Het lijkt op gewone cola, maar het bevat een stuk meer cafeïne (het wettelijk toegelaten maximum), de ingrediënten zijn allemaal natuurlijk (veganistisch zelfs), de leveranciers zijn zo kleinschalig mogelijk (het liefst familiebedrijven) en de flesjes zijn volledig recycleerbaar. Of wat dacht u van Lammily, de alternatieve barbiepop met realistische vrouwenmaten van de Amerikaanse kunstenaar Nickolay Lamm. Een vleugje protest, een snuif idealisme en een drang naar authenticiteit: precies wat de moderne consument zoekt. ‘Uit ons trendonderzoek blijkt dat mensen op zoek gaan naar manieren om de toekomst te overleven’, vertelt Tom Palmaerts van het onderzoeks- en marketingbedrijf Trendwolves. ‘De nostalgietrend is volledig voorbij, onze blik is nu vooruit gericht. Imperfectie, authenticiteit en ruwheid zijn cruciaal. Denk bijvoorbeeld aan de “imperfecte groenten” waar de Franse supermarktketen Intermarché mee uitpakt: ineens zijn kromme komkommers cool.’

Al lijden die eerlijke smartphone, cola of barbie toch ook aan het quornburger-complex: als je zo nodig helemaal anders en bewuster wilt leven, waarom blijf je dan zo dicht bij het origineel hangen? Is het échte alternatief geen leven zonder telefoon, waarbij je water drinkt en met houten stokken speelt?

‘Dat was vroeger zo. Toen de milieu- en fair-tradebewegingen net opkwamen, was dat enkel iets voor echte idealisten. Maar de doorsneemens wilde daar niet mee geassocieerd worden’, zegt Palmaerts. ‘Dus kwamen er ecologische en sociaal verantwoorde producten op de markt waar niets aan te zien was, zodat je zeker niet betrapt zou worden op hippiegedachten. Tot het ineens hip werd om bewust te consumeren, en mensen dat wél wilden laten zien. De volgende stap is dat de overheid die vernieuwingen in wetten giet.’

DOOR STEFANIE VAN DEN BROECK

Is het échte alternatief geen leven zonder telefoon, waarbij je water drinkt en met houten stokken speelt?

Reageren op dit artikel kan u door een e-mail te sturen naar lezersbrieven@knack.be. Uw reactie wordt dan mogelijk meegenomen in het volgende nummer.

Partner Content