‘Een vrouwenlichaam roept kennelijk een enorme poel van verderf op’

Zestig procent van de vrouwen is van mening dat een vrouw die 'uitdagende' kleding draagt, er zelf om vraagt dat ze wordt aangerand of verkracht. © Jordis Antonia Schlösser/Ostkreuz

‘Politieke en economische veranderingen zijn onlosmakelijk verbonden met de manier waarop een samenleving tegen seksualiteit aankijkt.’ Met die gedachte in het achterhoofd reisde arts en journaliste Shereen el Feki vijf jaar lang door de Arabische regio – met name Egypte – om mensen uit te horen over seks.

Als dochter van een Egyptische vader en Britse moeder groeide Shereen el Feki op in Canada als liberale moslima. Ze specialiseerde zich in de moleculaire immunologie, waarna ze aan de slag ging als journaliste bij The Economist. Daar hield ze zich bezig met gezondheid en wetenschap en bleef ze ver weg van de grote politieke discussies. Tot 11 september 2001. El Feki zag hoe haar collega’s worstelden met de complexe Arabische wereld. Ze begrepen niet goed waarom de Irakezen de westerse ideeën over democratie niet met open armen ontvingen, waarom ze zo anders reageerden dan de VS hadden voorzien. Dat zette El Feki ertoe aan haar eigen wortels nader te onderzoeken.

Ze kende Egypte omdat ze er elk jaar met haar ouders op familiebezoek ging, ze bleef weg van varkensvlees en alcohol en bestudeerde al Fatiha, het eerste hoofdstuk van de Koran, maar verder was ze zo westers als maar kon. ‘Nooit gedacht dat de zoektocht naar mijn identiteit me tot in de slaapkamer van de Egyptenaren zou brengen’, grinnikt ze als we haar in Antwerpen ontmoeten vanwege haar boek Seks en de Citadel. ‘Of dat ik in Caïro met vibrators zou komen aanzetten op een koffieochtend voor huisvrouwen en dat ik het ooit met Egyptische mannen over hun obsessieve angst voor impotentie zou hebben. Maar het was een goede keuze, zelfs logisch.’

Als journalist schreef El Feki onder andere over hiv. Haar nieuwsgierigheid werd gewekt toen bleek dat er in de Arabische regio heel weinig hiv voorkwam. Hoe kon dat in een tijd van massale migratie, vroeg ze zich af.

Shereen el Feki: ‘De werkelijkheid was iets minder rooskleurig dan de cijfers. Hoewel het aantal hiv-geïnfecteerden nog altijd erg laag is, sterven er relatief gezien veel mensen aan de ziekte. Terwijl alle medicatie voorhanden is. Maar het huizenhoge taboe weerhoudt velen om naar een arts te stappen, amper twintig procent neemt medicatie. Ik heb in Egypte hele families ontmoet met hiv. In Tunesië is er uitgebreid onderzoek geweest, blijkt dat tien procent van de bevolking hiv heeft. Een angstaanjagend hoog aantal. En het zijn niet alleen mannen, de helft is vrouw. De meeste mannen in de Arabische regio die seks hebben met andere mannen, hebben dat ook met vrouwen. Het gebruikelijke patroon gaat als volgt: jonge vrouw krijgt een baby, het kind komt ziek ter wereld. Blijkt dat het hiv heeft. De moeder was maagd toen ze trouwde en wist niet dat haar echtgenoot al seksuele ervaring had opgedaan. Bij andere mannen. Daar wordt uiteraard nooit over gesproken. Intussen gaan de cijfers over het aantal infecties de hoogte in, het is een epidemie geworden. Maar begin eens over condooms, niemand wil daar iets over horen. Hoe meer ik ontdekte, hoe meer ik besefte dat het grootste verschil tussen de schijn en de werkelijkheid seks was. Zo ben ik begonnen aan mijn onderzoek.’

Wil je een volk echt leren kennen, kijk dan in hun slaapkamer, schrijft u. Hoe zag die eruit in Egypte?

SHEREEN EL FEKI: Er zijn veel problemen. Door de opkomst van internet hebben de mannen porno ontdekt. Dat beïnvloedt hun seksuele verwachtingen, ze willen hetzelfde van hun echtgenotes als wat ze op internet zien. Omdat ze over het algemeen echt niet beter weten. De vrouwen voldoen daar niet aan. Ze kunnen sowieso niet te veel initiatief tonen in bed want dan denkt hun man dat ze al ervaring hebben opgedaan en dat kan niet als maagd. Ze moeten puur en zuiver in het huwelijk stappen. Maar zijn ze te verlegen, dan is het ook niet goed want de man wil meer. Uit angst dat hij vreemd zal gaan, wringen vrouwen zich in de raarste bochten. Superkinky lingerie onder een nikab is heel normaal. Die dubbele moraal van kuisheid en verleiding zorgt voor verwarring en onbegrip. Gevolg is dat zowel de mannen als de vrouwen gefrustreerd zijn.

De opkomst van het salafisme zal het er niet beter op maken.

EL FEKI: Klopt. Seks is een van hun grootste zorgen. Ik sprak een salafistische sjeik die vond dat de globalisering de oorzaak was dat zo veel moslims ‘overliepen van lust’. Als dat niet aan banden zou worden gelegd, zakte het land onherroepelijk weg in chaos. Elke vorm van verleiding moet daarom verdwijnen. Een vrouwenlichaam roept kennelijk een enorme poel van verderf op. Terwijl de essentie van de islam een ander verhaal vertelt. In de Koran worden vrouwen als seksuele wezens beschouwd. De profeet Mohammed wijst op het belang van het voorspel; vrouwen moeten bevredigd worden, zo simpel is het. Maar de conservatieve moslims hebben dat allemaal weggeduwd. Door een periode van zestig jaar dictatuur is dit soort conservatisme erg populair geworden. Als vlucht voor de dagelijkse ellende maar ook uit protest ertegen, keerden mensen zich meer tot de islam en zijn sociale en politieke organisaties. Kijk naar het succes van de Moslimbroeders bij de eerste verkiezingen. Dat is inmiddels alweer een stuk verminderd, maar de strenge seksuele moraal blijft.

Er wordt steeds later getrouwd in de Arabische regio. Hoe zit het met de frustraties van de singles?

EL FEKI: Die zijn even erg als bij de getrouwde koppels. Want je mag geen seks hebben voor het huwelijk, masturbatie wordt veroordeeld, seksuele voorlichting is er niet, abortus is verboden. Terwijl de leeftijd waarop mensen trouwen inderdaad stijgt. In Tunesië zijn de mannen gemiddeld een jaar of dertig voor ze huwen, vrouwen zijn halverwege de twintig. In Egypte is dat ongeveer hetzelfde. Wat moeten al die singles intussen doen? De ongetrouwde vrouwen die ik sprak, hoefden niet per se seks voor het huwelijk. Hun definitie van seksuele vrijheid was de controle over hun eigen lichaam. Als ze maagd wilden blijven, was dat hun eigen keuze, niet die van de hele familie of de maatschappij. De mannen echter wilden wel graag seksuele ervaring opdoen. In de praktijk betekent dat meestal anale of orale seks met vrouwen zodat die hun maagdelijkheid niet verliezen. Hoewel de meeste vrouwen dat nooit zullen toegeven. Cijfers staven dat. Tachtig procent van de mannen in de Arabische wereld zegt dat ze seks hebben voor het huwelijk. Van de vrouwen is dat slechts veertig procent.

Egypte staat samen met India bekend als land van de meeste seksuele gewelddadigheden. Waarom specifiek Egypte en niet de buurlanden?

EL FEKI: Ik ben ervan overtuigd dat het in de omringende landen even erg is als in Egypte. De cijfers over lichamelijk en seksueel geweld binnenshuis zijn in de meeste Arabische landen ongeveer gelijk. Het verschil is dat in Egypte en India meer seksueel geweld op straat voorkomt en daar berichten de media over. Ik was laatst voor een lezing in India. Mijn boek verkoopt daar enorm goed. Omdat de Indiërs er hun eigen problemen in herkennen maar ze van op een afstand kunnen bekijken omdat het over een ander werelddeel gaat. Een vrouw uit het publiek vertelde me dat India en Egypte als zusters waren. De taal en het uiterlijk waren misschien verschillend, maar onze bouwstenen stamden af van hetzelfde DNA: een patriarchale samenleving. In het dictatoriale, paternalistische systeem dat Egypte de laatste dertig jaar kende, zijn allerlei hiërarchieën ontstaan waarin iedereen op zijn eigen manier macht uitoefent. Daarbij is de werkloosheid enorm. Dertig procent van de mannen heeft geen baan. Dat houdt in dat ze niet kunnen trouwen en niet weg kunnen van hun ouders. Met andere woorden: ze kunnen geen man worden. De torenhoge spanningen die daardoor ontstaan, resulteren onder andere in seksueel geweld. Het is louter een machtsmiddel, het gaat niet eens om seks. Hetzelfde geldt voor India, al heeft dat een andere geschiedenis.

Het heeft ook te maken met opvoeding, met name door de vrouwen. Veel jongens worden nog altijd grootgebracht alsof het prinsen zijn. Hun moeders klagen steen en been over hun luie, egocentrische echtgenoten, maar ze werken er zelf aan mee door hun zonen op hun wenken te bedienen en ze geen haarbreed in de weg te liggen. En als die zonen dan seksueel gewelddadig zijn, roepen hun moeders en hun zussen als eersten dat het de schuld van het slachtoffer is.

EL FEKI: Dat klopt. Als je het seksueel geweld in Egypte wilt aanpakken, moet je eerst en vooral bij de vrouwen beginnen. Uit ons onderzoek naar seksueel geweld in 2009 bleek dat zestig procent van de vrouwen van mening is dat een vrouw die ‘uitdagende’ kleding draagt, er zelf om vraagt dat ze wordt aangerand of verkracht. Onder die zestig procent bevonden zich heel wat hoog opgeleide vrouwen. Terwijl allang gebleken is dat kleding of uiterlijk er helemaal niets mee te maken heeft. Op Tahrir worden alle soorten vrouwen aangerand, het maakt niet uit of ze zich totaal bedekken of in jeans lopen met losse haren. Het patriarchale systeem is complex. Vrouwen draaien erin mee en geven normen en waarden door, generatie op generatie. Vrouwenbesnijdenis is daar een goed voorbeeld van. Tachtig procent van de meisjes tussen 15 en 17 jaar is besneden in Egypte. Het zijn niet de vaders die dat beslissen, maar de moeders. Ze zien besnijdenis als de beste manier om seksuele lust te bedwingen. Dat het wettelijk verboden is, maakt niet veel verschil. Vrouwen zien het als een privézaak, de staat heeft er niets mee te maken.

Het zal zeker een generatie lang duren voor hier iets verandert, vrees ik. En je moet op twee niveaus werken: zowel vanuit de overheid als vanuit de opvoeding. Als er binnenshuis niets verandert, wordt het nooit beter. Kijk naar India waar ze sinds zestig jaar in een democratische structuur leven. Maar de bevolking hanteert dezelfde seksuele normen en waarden als vroeger. Het gevolg is bekend.

Als het politieke systeem invloed heeft op de wijze waarop een volk tegen seks aankijkt, dan kun je concluderen dat na de omwenteling in Egypte en andere Arabische landen straks ook een seksuele revolutie volgt.

EL FEKI: Ik denk niet dat we dit binnen nu en tien jaar mogen verwachten, ook niet daarna trouwens. Er is sprake van een voorzichtige seksuele evolutie, geen revolutie. Soms vergelijk ik de huidige situatie in Egypte met de seksuele revolutie van de jaren zestig in het Westen. De achterliggende gronden zijn dezelfde: een strijd voor democratie en individuele rechten, toenemende druk op de gezinsstructuur, de veranderende rol van vrouwen, jongeren die zich steeds minder aantrekken van wat hun ouders en de lokale mullahs hen meegeven, een snelle groei in de steden… We staan in de Arabische wereld nog maar aan het begin.

De opstanden – ik noem ze geen revoluties want het gaat niet om een drastische breuk met het verleden – hebben nog niet veel vooruitgang opgeleverd. Maar ik geloof er wel in, al gaat het traag. Hopelijk resulteert dat in meer tolerantie ten opzichte van de ‘norm’. In Saudi-Arabië beginnen ze het belang in te zien van seksuele voorlichting op school, in Egypte kun je foto’s van mannen die je seksueel aanranden op de Facebookpagina ‘Zet je aanrander voor schut’ plaatsen, verschillende organisaties beschermen vrouwen tijdens demonstraties op Tahrir; het zijn allemaal kleine stappen, maar er beweegt wel íéts.

Het belangrijkste is dat de bevolking anders tegen de wet gaat aankijken. Mensen zien de wet nog steeds als een controlemiddel, een instrument ten voordele van de elite, niet van de gewone man op straat. Van de wet kun je het best zo ver mogelijk wegblijven, is de opvatting. Dus ook van wetten op seksueel vlak. Geen vertrouwen in de overheid betekent geen vertrouwen in de wet, laat staan respect. Om die houding te veranderen, zijn gigantische veranderingen nodig. Te beginnen bij het onderwijs en de economie. Met beide is het bar slecht gesteld in Egypte. Dit jaar wordt het belangrijkste voor Egypte sinds de opstand. In 2014 zal blijken of we vooruit of achteruit zullen gaan. Maar als het allemaal nog slechter wordt dan nu, moeten we denken aan de eerste achttien dagen van de opstand in 2011. Dat was iets heel bijzonders, een opvallend hoofdstuk in de geschiedenis. Iedereen kwam samen met hetzelfde doel, alle verschillen vielen weg. Er is weliswaar een abnormale situatie nodig om zoiets voor elkaar te krijgen, maar we moeten het ook koesteren. Want het is een bewijs dat Egypte nog altijd niet uiteenvalt.

Shereen el Feki, Seks en de Citadel, de Geus, 337blz., 22,95 euro.

DOOR JOANIE DE RIJKE

‘Dertig procent van de mannen heeft geen baan. De torenhoge spanningen die daardoor ontstaan, resulteren onder andere in seksueel geweld.’

‘Tachtig procent van de meisjes tussen 15 en 17 jaar is besneden in Egypte. Het zijn niet de vaders die dat beslissen, maar de moeders.’

Reageren op dit artikel kan u door een e-mail te sturen naar lezersbrieven@knack.be. Uw reactie wordt dan mogelijk meegenomen in het volgende nummer.

Partner Content