In de VS lossen de twee regeringspartijen elkaar af, al duurt het soms lang vooraleer ze moe zijn. Zo gaat dat nu al honderd jaar.

EEN BERICHT UIT NEW YORK

DE traagheid van het snelste land van de wereld. Omdat de geschiedenis daar gepasseerd is, stemmen die van West Virginia, rednecks en hillbilly’s dooreen, nog altijd steevast voor de Democratische Partij. Terwijl ze toch in wezen en in overtuiging voor honderd procent conservatieve, rechtse Republikeinen zijn, zoals ze daar leven in hun gesloten gemeenschappen, tussen hun geweren en hun bijbel, ver weg van alle toegeeflijkheid. De traagheid. Ooit zullen ze hier Republikeins beginnen stemmen, maar dan zal al lang de tijd daar zijn dat Democratisch kiezen weer zin zou hebben.

Over het verschil tussen twee traag verschuivende mastodonten van politieke partijen, die eigenlijk, als je te dichtbij gaat kijken, als twee druppels water op elkaar gelijken. Zodat ze over de jaren heen moeiteloos elkaars plaats kunnen innemen. Of ook niet. Honderd jaar geleden waren de Republikeinen voor een actieve federale staat, terwijl hun tegenstanders-Democraten tegen de staat waren, en segregationistisch erbij. Net als nu, alleen zijn nu de Republikeinen tegen de staat en voor een fiscaal conservatieve politiek, en de Democraten voor federale actie.

De stoelen lijken verwisseld. Maar nog niet helemaal : een jaar geleden was speaker Newt Gingrich, de Republikeinse voorman in het Congres, de man die het conservatieve Contract with America aan het uitvoeren was, een van de populairste politici in de VS. Hij was een uithangbord, een banier, een belofte van revolutie. Nu is hij nauwelijks aanwezig, aan Republikeinse kant dan. Op de Republikeinse Conventie was hij weggemoffeld, in de toespraken van de campagne komt hij zelden voor. Het zijn de Democraten die met hem campagne voeren en het hebben over zijn contract on America, een moordcontract voor een huurmoordenaar dus, die zijn presidentskandidaat Bob Dole onverbiddelijk aan zijn naam koppelen, die hem als plakkaat en als banier gebruiken.

De vakbonden hebben daar miljoenen dollar in geïnvesteerd : schrikbeeld van een politiek van sociale afbraak, besnoeiingen in het onderwijs, de sociale wetten, de gezondheidszorg, de voorzieningen voor ouden van dagen. Dit is de man die tegen Kerstmis vorig jaar de federale regering deed sluiten de shutdown, een historische onbestaanbaarheid die het land voor schut zette en tienduizenden ambtenaren onbetaald de feestdagen deed ingaan , en de man ook die dan op 5 januari gauw gauw de regering weer van start liet gaan. De Democraten maken er dankbaar gebruik van. Zeker nu de economie in hun voordeel is gekeerd en Bill Clinton met meer dan tien miljoen nieuwe banen kan schermen (niemand vraagt wat voor banen dat zijn) en in de richting van een sluitend budget evolueert (hij laat niet na daar gebruik van te maken), zodat hij minder kwetsbaar is voor Republikeinse aanvallen. ?We moeten van Dole en Gingrich een onscheidbaar duo maken,? heet het in de Democratische hoofdkwartieren. ?Dan voert Newt Gingrich onze campagne voor ons.?

Het is zo erg dat de arme Bob Dole, die heel zijn campagne het water in zag gaan (hoewel dit niets over de verkiezingsuitslag hoeft te zeggen), nu verplicht is in het defensief te gaan. En met één hand zijn paradeslogan voor de campagne te hanteren, die vijftien procent belastingvermindering belooft, en met de andere hand de cryptosociaaldemocraat uit te hangen die aan de welfare niet zal raken en aan de medicare voor zijn ouden van dagen nog minder…

Bob Dole, met zijn 35 jaar politieke ervaring in Washington, hoe graag was hij Clinton niet te lijf gegaan als een stealth liberal, een heimelijke linkse, een vakbondsman zonder karakter, een halve gangster die er in Arkansas ook al een potje van had gemaakt. En nu moest hij beleefd zijn en de president berispen omdat hij de oudjes de angst op het hart jaagt met zijn griezelverhalen over de Republikeinen die de medicare willen halveren. Bob Dole die de sociaaldemocraat uithangt in zijn toespraken, is dat cynisme ? Of dan het andere, Bob Dole die zonder verpinken vijftien procent belastingvermindering belooft, én een sluitend budget, is dàt cynisme ?

RALLY.

Het tafereel is een kruispunt van twee straten met lage huizen, een kille wind, een schrale late zomerzon. Hier vindt een verkiezingsrally van de Republikeinen plaats. Het kruispunt is afgezet door de geheime dienst. De politie heeft geelzwarte plastic linten gespannen. Aan één kant staat een perstribune, aan de andere een spreekgestoelte. Aan de kanten een fanfare met majorettes, een detachement kadetten in uniform. Ballons, een paar plakkaten, misschien vijftig toeschouwers : dit isUnion Township, Hudson County, New Jersey. Een steenworp van Manhattan, en totaal geen belangstelling. En hier komt BobDole z’n running mate zijn tijd verdoen. Jack Kemp, oud sportman, witte haarbos in de wind, die een stel oude vrienden van hem komt voorstellen aan het publiek, als per toeval allemaal African Americans.

En een nieuwe vriendin, dan, de gouverneur van de staat New Jersey, Christine Todd Whitman, die twee jaar geleden haar verkiezingen won met de belofte van dertig procent belastingverlaging in haar programma, die ze ook uitgevoerd heeft, en die nu centraal staat in de Dole-campagne. Als mascotte, zeggen kwatongen, als levend bewijs dat men altijd kan blijven hopen. Of omdat ze er belang bij heeft uit New Jersey weg te zijn, zeggen anderen, als de besnoeiingen in het onderwijs en de sociale voorzieningen pijn beginnen te doen. Maar wat zij komt zeggen in Union Township, is dat Jack Kemp het zo goed doet, om het over Bob Dole maar helemaal niet te hebben. En wat Jack Kemp komt zeggen is, dat Bob Dole zo goed is. En dat zij samen de Amerikanen, àlle Amerikanen, de kans gaan geven om een zaak te beginnen, en rijk te worden. Het is als een koude echo van Jacobse en Van Es, in de Tegenpartij : ?Geen gezeik, iedereen rijk !?

In de tweede helft van de verkiezingscampagne heeft Bob Dole in arren moede dan toch maar naar het moddervat gegrepen. Hij had al bij al, met opiniepeilingen die zijn tegenstander de president hardnekkig meer dan tien punten voorsprong bleven geven, niets meer te verliezen dan zijn goede manieren. Die moesten er dus ook maar aan geloven vooral omdat Dole bekend staat om zijn scherpe tong en zijn ruige spot die vaak onder de gordel aankomt. Tot de week voor zijn finale debat met Clinton had hij die troeven nochtans niet van stal gehaald. Enigszins tot verrassing van de verzamelde waarnemers : de campagne was ongewoon rustig verlopen, en zelfs tijdens de eerste twee debatten, tussen de presidentskandidaten en tussen de vice-presidentskandidaten, Jack Kemp en Al Gore, werd er niet op de man gespeeld. Zodat zowel Gore als Clinton bij afloop van het debat hun tegenspeler konden feliciteren met de hoffelijkheid en de sereniteit waarin de oefening verlopen was. Waarom dat zo was ? Geen toeval dat men het aan Dole vroeg, die in de twijfelachtige persoonlijke reputatie van Clinton in de ogen van de pers immers een sterk thema had. Geen toeval dat Dole, of all people, ijskoud zei dat gooien met modder niet in zijn aard lag.

Dat is dus voorbij. Het laatste debat, in het Californische San Diego, werd door Dole resoluut op het terrein van ?het karakter? getrokken. Het gaat hier over veel geld, en Bob Dole zal de gentleman wel uithangen als hij president is. Om dat te worden, doet hij intussen rare sprongen, die hem ogenschijnlijk niet dichter bij zijn doel brengen. Maar uiteindelijk zullen de Amerikaanse kiezers daarover beslissen, de vijfde november, en het lijkt erop dat zij dat zullen doen aan de hand van hun eigen criteria, die met de verkiezingscampagne weinig of niets te maken hebben. Hoe dan ook zal het debat in San Diego, volgens de meeste toeschouwers door Bill Clinton routinematig gewonnen, weinig of niets veranderd hebben aan de vooruitzichten op het presidentschap van de Verenigde Staten.

Er is iets enigmatisch aan de traagheid van het Amerikaanse politieke systeem. Republikeinen en Democraten, die elkaar nu bestrijden als erfvijanden, die door een diepe en onoverbrugbare kloof gescheiden lijken, en die, even aan de macht, zo sterk op elkaar lijken dat ze mekaars plaats kunnen innemen. Wat is het verschil tussen die twee, is er wel een verschil ?

Er is een verschil, zegt analist Walter Russell Mead, die voor het World Policy Institute werkt in New York City, en tegelijk is er ook weer géén. Er is in de Verenigde Staten traditioneel plaats voor twee verschillende partijen, met programma’s die nogal gelijk blijven, maar de twee grote partijen wisselen ondereen nogal eens van plaats. Er is altijd wel een partij die voor een actieve centrale staat is, en een andere die daar tegen is, op vaak populistische argumentaties, en die fiscaal conservatief is. Hoe die partijen heten moeten, dat is nooit vast komen te staan.

LINCOLN.

Oorspronkelijk waren de Republikeinen de partij van het noorden. De partij van Abraham Lincoln, zoals Christine Todd Whitman het graag zegt als ze weer voor de vraag staat hoe zij, een pro choice-feministe met sociale bekommernissen, op een Republikeinse lijst kan opkomen. Het imago van de Republikeinen is immers het tegengestelde. Hun aanhang is sterk tegen het recht op abortus gekant wil de wet laten veranderen in de zin van een ondubbelzinnig verbod ; in het Congres hebben zij onder Newt Gingrich hun reputatie van sociale hardvochtigheid voor jaren bevestigd ; en qua feminisme spreekt de uitzondering Christine Whitman boekdelen. Zij is een vrouwelijke Republikeinse gouverneur : dat is wat speciaal aan haar is, want zij is de enige. De partij van Abraham Lincoln dus, de Grand Old Party, familiair afgekort GOP de partij van de burgerrechten, de afschaffing van de slavernij, de Amerikaanse Droom… Tevens, misschien het vermelden waard, de partij van de noorderlingen, de Yankees, de partij van de kant die de Burgeroorlog won, en van Wall Street.

Terwijl de Democratische Partij de partij van de zuiderlingen, van de verliezers van de oorlog was. De partij van de Confederatie, de planters, de slavenhouders, van het blanke zuiden van de Verenigde Staten. Generaties lang zijn de zuidelijke staten van de Confederatie massief Democratisch blijven stemmen (de zuidelijke uitdrukking a yellow dog Democrat : iemand die nog op een gele hond zou stemmen als die voor de Democraten opkwam.)

Het was president Franklin Roosevelt die de Democraten naar het noorden bracht, zegt Walter Mead, en dat legde de basis voor een meerderheidspartij die een generatie standhield. Uiteindelijk was dat de New Deal-coalitie, met haar vakbondsbasis en haar burgerrechten- en minderhedenfracties : de joodse gemeenschap en de zwarte gemeenschap één front voor de Democraten. De coalitie, met haar bijna sociaaldemocratische ondertonen in programma en retoriek (iets minder in het beleid), heeft decennialang standgehouden, maar is nu wel ongeveer uitgespeeld. Als de Democratische Partij in moeilijkheden verkeert (en dat is toch al een tiental jaren het geval), dan zeker ten dele omdat haar oude coalitie niet meer werkt, en ze nog geen nieuwe gevonden heeft.

En in de jaren zestig dan, bracht president Richard Nixon de Republikeinse Partij naar het zuiden. Hoe hij daarin geslaagd is, is een ander verhaal. Maar dat blanke zuiden, dat homogene electorale blok, met zijn populistische neigingen, zijn argwaan tegen de centrale regering, zijn afkeer van Wall Street en van vreemde centrale banken, liep over naar de Republikeinen. Het leverde de partij enkele presidenten op, een aardverschuiving in het Congres, waar de meerderheid twee jaar geleden Republikeins werd zowel in de Kamer als in de Senaat. Maar ook een serieus probleem, dat een vraagteken zet bij de toekomst van de partij, zeker als Bob Dole deze verkiezingen zou verliezen.

De centrale moeilijkheid dan, het feit dat beide partijen, ondanks de verschillen in sociale basis en de uiteenlopende retoriek de bijna sociaaldemocratische bezorgdheid van de Democraten over sociale wetten, ziekteverzekering, vangnetten voor invaliden, zwangere vrouwen, bejaarden, tegenover de geafficheerde hardheid van een zich als conservatief rechts voordoende Republikeinse Partij, twee aspecten die in de respectieve partij-inhouden ongetwijfeld ook werkelijk aanwezig zijn , zodanig als twee druppels water op elkaar lijken. Gelijkenis én verschil worden ten dele verklaard door het feit dat de VS nooit een noemenswaardige arbeiderspartij heeft gekend van de in Europa als socialistisch of sociaaldemocratische bekende denominatie. Maar dat is de afgelopen jaren, meer bepaald sinds de conservatieve vleugel van de partij onder Ronald Reagan het roer overnam, aan het veranderen gegaan.

AFBRAAK.

Reagan heeft eerst en vooral de vakbonden gebroken. Daarmee speelde hij niet alleen de rechterzijde van zijn electoraat in de kaart (de industrie kon aan de elektronische revolutie beginnen zonder dat er iemand moeilijk zou doen over massa-ontslagen), hij brak er ook een heel luik van de machtsbasis van de Democraten mee af. Zodat de georganiseerde arbeidersfactor in de VS sindsdien nog voor minder telt dan tevoren het geval was. Tegelijk zette de partij haar opmars in het zuiden voort. Daar, in het blanke, christelijke zuiden van de Confederatie, de bible belt, waar men nog steeds niet van zwarte Amerikanen houdt, tegen Wall Street is en het oude ?militair-industriële complex?, en tegen de in Washington gecentraliseerde staat, was de christelijke rechterzijde intussen belangrijk geworden. Met, in een bevolking die voor zestig tot tachtig procent doopsgezind is en door en door conservatief, een woekering van sekten en kerken, genootschappen en de zogenaamde ?televisiepredikers? als Pat Robertson en zijns gelijken, met kruisvaarten tegen seks en ?pornografie? in popsongs en op de zo kuise Amerikaanse tv. En, vooral, met hun steeds harder wordende campagnes tegen het recht op abortus.

De nadruk op de family values kwam van die kant, zodat alle politici zich na een tijdje verplicht zagen uitspraken te doen over de traditionele christelijke waarden en het belang van de Amerikaanse familie. Net of zij werden ervan verdacht daar tégen te zijn. Daardoor werden zijzelf automatisch meer in de conservatieve hoek gedrongen. Terwijl ineens, in het kielzog van de epidemie van crack-verslavingen met dodelijke afloop, de schrik voor drugs en crime hoog oplaaide in een maatschappij die geen poot had uitgestoken om de verloedering van de arme binnensteden tegen te gaan, waar misdaad en drugsverslaving een zo vanzelfsprekende voedingsbodem gevonden hadden. Hoe dan ook, dit alles deed het beeld van Amerika veranderen, zij het in het buitenland misschien méér dan in Amerika zelf. Dat de cijfers van gewelddadige misdaad in New York de voorbije paar jaar met zowat vijftig procent gedaald zijn, en zich weer op het niveau van de late jaren zestig bevinden, kan ondertussen de pret van de morele herbewapenaars niet drukken.

Terugkomend op de Republikeinse Partij. Drijvend op haar zuidelijke vloedgolf en op dit soort gevoelens heeft die onmiskenbare talenten getoond om daar haar profijt mee te doen (onder andere door de oude Confederate flag te doen opnemen in de vlaggen van door haar gecontroleerde staten). Daardoor, en gekoppeld aan een diepe geloofscrisis bij het electoraat in Amerika zelf, veroverde ze in 1994 voor het eerst sinds 1952 de meerderheid in zowel de Kamer van Volksvertegenwoordigers als de Senaat, en kwam daarmee dicht bij de absolute macht. Alleen : de invloed van deze conservatief christelijke populistische ideologie dreigt de partij in twee te splitsen.

Een mogelijk scenario is dan dat er een noordelijke Republikeinse Partij komt, tegenover een Republikeinse Partij van het zuiden. De logica zijnde dat een zuidelijke partij rond het christelijk rechtse blok wel een meerderheid kan halen in het zuiden (men voorspelt dat de enkele staten die nog in Democraten-handen waren, nu ook wel naar de Republikeinen zullen overgaan), maar niet op nationaal vlak. Dat maakt op termijn van de christelijke rechterzijde in het zuiden voor de Republikeinen op nationaal vlak zowel een kracht hun aantallen zijn groot en ze stemmen homogeen als het voornaamste zwakke punt. Hun bagage is reactionair en niet aangepast aan de moderne maatschappij, die de Republikeinen toch moeten aanvaarden als ze de VS willen regeren. Het gevaar is dan dat de zuiderlingen van de Republikeinse partij een populistische en tegen Wall Street en de staat gekante, permanente minderheidspartij zullen maken. De andere partij, die daar tegenover zal staan, een partij van de zakenwereld, niet vies van staatsinterventie waar dat lonend is, dat zou de Democratische Partij kunnen zijn, als ze een nieuwe coalitie vindt waarop ze haar macht kan bouwen.

EVENWICHT.

Ziet dat er slecht uit voor de Republikeinse Partij het is ook niet méér dan een berekening van een linkse Democraat, en het spookbeeld is in ieder geval nog zo ver weg dat het voor de huidige verkiezingen geen rol speelt. Geen grote rol. Het is maar als het bestaande machtsevenwicht verbroken wordt, dat nieuwe scenario’s aan bod zullen komen. Wint Bob Dole de verkiezingen, en doet hij dat met een iets of wat comfortabele marge, dan zitten de Republikeinen gebeiteld voor nog eens vier jaar, en wordt de stijgende lijn van hun invloed en macht gewoon voortgezet. Het is maar als Clinton een tweede mandaat zou winnen, en dat zo afgetekend dat er een aantrekkingskracht van zou uitgaan naar het Congres, dat die lijn omgebogen kan worden. De échte verkiezingsrace, alleszins veruit de meest interessante, is dan ook die voor het Congres. De Democraten hopen daarin zeker het Huis van Afgevaardigden opnieuw te veroveren. En als de zaken zo goed blijven gaan, waarom niet, ook de Senaat. Hoewel dat laatste voor de meeste waarnemers zeer onwaarschijnlijk lijkt.

Wat de meeste cijferaars het waarschijnlijkste vinden, is dat de huidige tendensen zich zullen voortzetten. Dat wil zeggen dat Clinton zal herkozen worden, maar dat de Democraten het Congres niet zullen heroveren. Doen zij dat wèl, dan zal dat alleen het Huis van Afgevaardigden zijn, en niet de Senaat. In het Huis, waar Gingrich heeft huisgehouden, is men bij verkiezingen wel gewend aan grote aardverschuivingen. En er zijn nu zoveel vers verkozen Republikeinse afgevaardigden die maar met luttele stemmen hun overwinning hebben behaald, dat de Democraten al een meerderheid zouden hebben als ze maar een fractie daarvan terugwonnen. Zo simpel is het niet, maar het geeft een idee. In de Senaat ligt het anders, omdat de Senaat nooit volop met de conservatieve revolutie van Gingrich heeft meegedaan. En omdat er dit jaar te weinig senatoren herkiesbaar zijn : dat maakt het moeilijker voor de Democraten om de meerderheid te halen.

Halen nu de Democraten het Huis opnieuw binnen, dan is het waarschijnlijk dat zij veel van wat de Republikeinen daar onder hun protest veranderd hebben, gewoon zullen overnemen. Want zo groot zijn de verschillen nu eenmaal niet. Ook Bill Clinton wil een sluitend budget in 2002. En de logica is dat de Republikeinen in een opgaande fase zitten, en de Democraten in moeilijkheden. Maar of de Amerikaanse kiezers logisch denken en handelen daar heeft het World Policy Institute geen studie over gemaakt.

Sus van Elzen

Beckley, West Virginia : Tom Crowder, een typische redneck, werkt in een drukkerij.

Hertenjacht met pijl en boog. Een van de 400.000 jagers op Thanksgiving Day in de bossen van West Virginia.

Beckley, W.V. Elke dag wordt hier nog de vlag gehesen.

Cool Ridge, W.V. Paramilitaire plunjes zijn in trek bij deze hillbilly’s, vaak lid van lokale milities.

De New River, W.V., is de oudst bekende stroom in de VS.

Stotesbury, W.V. Een mijnwerkersweduwe die overleeft van een uitkering die alsmaar laattijdig arriveert.

In een zeer conservatieve, gesloten gemeenschap is de campagne tegen choice, het recht op abortus, zeer levendig.

Reageren op dit artikel kan u door een e-mail te sturen naar lezersbrieven@knack.be. Uw reactie wordt dan mogelijk meegenomen in het volgende nummer.

Partner Content