Koen Dassen wordt de nieuwe baas van de Staatsveiligheid, maar daarmee zijn de problemen daar nog niet van de baan. Zeker niet als hij die zelf in de hand werkt.

Advocaat-generaal Jean-Claude Leys blijft dus vooralsnog op het parket-generaal in Bergen. Op donderdag 26 september hebben de premier en de betrokken ministers op de valreep beslist Leys niet langer voor te dragen als administrateur-generaal van de Staatsveiligheid. Het blijft echter hemeltergend dat de regeringstop dé kandidaat van vice-premier en minister van Buitenlandse Zaken Louis Michel (MR) niet vroeger heeft afgevoerd. Leys’ duister zakelijk verleden, zijn tuchtsancties als onderzoeksrechter, zijn ondeontologisch optreden, zijn gerechtelijk betwiste bewijslast in het KBC/KBLux-onderzoek, het zijn stuk voor stuk dossiers die de Brusselse procureur-generaal André Van Oudenhove, zijn collega Gaston Ladrière in Bergen en justitieminister Marc Verwilghen (VLD) al jaren kennen ( Knack 25/9/02). Maar blijkbaar verzwegen ze met zijn allen waar het bij een benoeming aan de top van de Staatsveiligheid om gaat.

Met dezelfde lichtzinnigheid, waarmee zij Leys over het paard tilden, maken de media nu van Koenraad ‘Koen’ Dassen ‘de Vlaamse Duquesne’, alsof de kabinetschef van minister van Binnenlandse Zaken Antoine Duquesne (MR) diens beleid bepaalde. Wel liet men Dassen, als Vlaming van dienst maar vaak niet gehinderd door kennis van zaken, opdraven én terugfluiten. Naarmate echter het einde van deze regeerperiode en van Duquesne op Binnenlandse Zaken nadert, laat ook deze minister zijn trouwe medewerkers, ongeacht hun geschiktheid, een prestigieus emplooi kiezen. Zo heeft de regering op vrijdag 27 september finaal Koen Dassen aangewezen als administrateur-generaal van de Veiligheid van de Staat. Vreemd genoeg wordt deze dienst terzelfder tijd door dezelfde Dassen met uitholling bedreigd. En dat zien de vroegere rijkswachters aan de top van de federale politie – alweer in samenspel met Binnenlandse Zaken – graag gebeuren.

GEKLUNGEL

Binnenlandse Zaken leurt al geruime tijd met een ontwerp van koninklijk besluit om de elf jaar oude Anti-terroristische Gemengde Groep (AGG) te vervangen door wat aanvankelijk een Federale Directie voor de strijd tegen het Terrorisme en gewelddadig Extremisme (FDTE) heette: met Dassen aan het hoofd. De 26 artikelen van het ontwerp-koninklijk besluit werden de voorbije dagen nog druk besproken in een interkabinettenwerkgroep onder voorzitterschap van Dassen.

De initiële versie mag dan wel afgezwakt zijn, de bedoeling blijft duidelijk: Binnenlandse Zaken wil – aanleunend bij zijn Coördinatie- en Crisiscentrum van de Regering (CGCCR) – een federale directie oprichten die, onder leiding van de minister van Binnenlandse Zaken, ‘de evaluatie en de analyse van de dreiging van het terrorisme en van gewelddadige terroristische gedragingen’ (FDTT) overneemt van andere inlichtingen-, veiligheids- politie- en gerechtelijke diensten. Met inbegrip van een gespecialiseerde gegevensbank, het personeel, het veldwerk en de internationale betrekkingen in die sector. Een stille machtsgreep.

Aanvankelijk stipuleerde artikel 8 dat de FDTT ‘slechts onderzoeken van gerechtelijke aard’ zou mogen uitvoeren, terwijl de oorspronkelijk Franstalige tekst precies het tegendeel beweerde. Maar dat zijn niet de enige ongerijmdheden in de tekst.

Het jongste ontwerp zoekt wel minder conflicten met andere diensten, maar blijft gericht tegen de Staatsveiligheid en de AGG. Want Binnenlandse Zaken en Justitie proberen alweer iets nieuws uit de grond te stampen om te verdoezelen dat zij de bestaande diensten verwaarlozen. De Anti-terroristische Gemengde Groep krijgt niet meer de nodige mensen en middelen om zijn coördinerende taak te vervullen. En ook de Staatsveiligheid laat men doodbloeden. Adjunct-administrateur-ge- neraal Jozef ‘Jos’ Buyse – die zich begin vorige week nog als de nieuwe grote baas van de Staatsveiligheid gedroeg – is een lichtzinnige stokebrand, maar zal nu wellicht moeten opstappen, gezien Dassen het vereiste taalevenwicht aan de top van de Staatsveiligheid komt verstoren. Noch Buyse, die er door Verwilghen is geparachuteerd, noch administrateur-generaal Godelieve Timmermans, die er door Michel was neergezet, slaagden erin de Staatsveiligheid de slagkracht te geven die zo’n dienst nodig heeft. Het is echter zeer de vraag of het beter kan met Dassen aan de top en met de FDTT erbovenop.

De grote schuldige voor al dit geklungel blijft premier Guy Verhofstadt. Als voorzitter van het Ministerieel Comité voor Inlichtingen en Veiligheid weet hij dit comité niet uit te bouwen tot een beleidsorgaan dat ’s lands inlichtingendiensten aanstuurt en hen de rol toekent die strategen hen reeds eeuwen toekennen.

Frank de Moor

Reageren op dit artikel kan u door een e-mail te sturen naar lezersbrieven@knack.be. Uw reactie wordt dan mogelijk meegenomen in het volgende nummer.

Partner Content