Een bomaanslag op het Marriott Hotel in Jakarta afgelopen week heeft elf levens geëist en 150 gewonden veroorzaakt. De aanslag werd direct in verband gebracht met de aanslag in Bali op 12 oktober vorig jaar, waarbij 202 mensen om het leven kwamen. En het brein bevindt zich wellicht in Indonesië zelf.

De politie heeft na een reconstructie de identiteit van de dader bekendgemaakt. Op de vijfde verdieping van het Marriott Hotel werd het losgerukte hoofd van Asmar Latin Sani (28) gevonden. Hij zou deel hebben uitgemaakt van de radicale moslimbeweging Jemaah Islamiyah, een regionaal netwerk dat een pan-islamitische staat nastreeft in Zuidoost-Azië. Twee eerder gevangen genomen JI-leden wisten hem te identificeren. Dezelfde beweging wordt verantwoordelijk gehouden voor de aanslag in Bali.

De jongste terreurdaad in het hartje van Jakarta maakt duidelijk dat Indonesië steeds meer in de greep raakt van terrorisme. Sinds 2000 wordt de hoofdstad geplaagd door bomaanslagen. In de afgelopen maanden nog werd een kantoor van de Verenigde Naties, het vliegveld en het parlementsgebouw getroffen. Het is vooralsnog niet duidelijk wie deze laatste drie daden op zijn geweten heeft. De verantwoordelijkheid wordt niet zozeer gezocht bij de Jemaah Islamiyah, maar veeleer in verband gebracht met de binnenlandse oorlog die nu al bijna drie maanden in het Noord-Sumatraanse Atjeh woedt.

De aanslag op het Marriott Hotel op 5 augustus is echter van een andere orde. De kracht van de explosie toont gelijkenissen met die van de bommen op de nachtclubs in Bali. De politie heeft al bevestigd dat het soort explosief vergelijkbaar is. Ook werd de lading in beide gevallen ontstoken door middel van een mobiele telefoon. ‘We hebben een patroon vastgesteld dat specifieke gelijkenissen vertoont met de Bali-bommen’, verklaarde het hoofd van de Indonesische recherche, hoofdinspecteur Erwin Mappaseng, al na enkele dagen.

De verdenking dat Jemaah Islamiyah verantwoordelijk is voor de aanslag wordt gesterkt omdat hij werd uitgevoerd enkele dagen voor het vonnis zou vallen in het proces tegen een van de hoofdverdachten van het bloedbad in Bali. De explosie zou hebben gediend als een waarschuwing.

De aanslag op het Marriott Hotel kwam in die zin dan ook niet onverwacht. ‘Ik denk dat de voortdurende rechtszaken van JI-leden het land kwetsbaar maken voor terroristische aanslagen’, erkende de coördinerende minister voor Veiligheid Susilo Bambang Yudhoyono enige weken geleden. En een dag na de aanslag ontving de Indonesië-correspondent van de Singaporese krant Straits Times een telefoontje waarin de aanslag door JI werd opgeëist.

WAARSCHUWINGEN

De Amerikaanse, Australische en Britse inlichtingendiensten waarschuwden al maandenlang voor mogelijke bomaanslagen in Indonesië. De Indonesische politie zegt vorige maand documenten in beslag te hebben genomen waarin het zakencentrum van Jakarta expliciet als doelwit is aangewezen. En nadat een bomexpert van JI, Fathur Rohman Al-Gozhi, op 14 juli uit een gevangenis op de Filipijnen wist te ontsnappen, had de Indonesische regering nog meer reden om ongerust te zijn.

Amrozi bin Nurhasyim is inmiddels schuldig bevonden aan het bloedbad in Bali. De lachende terrorist is ter dood veroordeeld. In de komende weken zullen de vonnissen over nog meer verdachten volgen. De politie heeft veel lof geoogst voor haar daadkrachtige optreden in het onderzoek naar de Bali-aanslag. Tegen de verwachting in accepteerde Indonesië de hulp van Australische en Amerikaanse recherchediensten en kwam de politie binnen enkele maanden met een overtuigende reconstructie van de aanslag.

Nog altijd worden verdachten gearresteerd. Begin juli zijn opnieuw negen mensen opgepakt bij invallen op schuilplaatsen in het Centraal-Javaanse Semarang. De politie vond 900 kilogram kunstmest die vaak wordt gebruikt bij het maken van bommen zoals die in Bali. Bovendien nam ze vier dozen TNT en een aanzienlijk aantal ontstekingsmechanismen in beslag.

De verantwoordelijkheid voor de terreurdaden van Jemaah Islamiyah wordt vaak toegewezen aan Abu Bakar Bashir (64), die kort na de aanslag in Bali is aangehouden. De rechtszaak tegen hem loopt deze maand af. Bashir wordt gezien als de spirituele leider van het JI-netwerk. Door de openbare aanklager wordt hij beschuldigd van betrokkenheid bij de aanslagen op kerken in Jakarta in de kerstperiode van 2000. Bovendien zou hij deel uitmaken van een complot om Megawati Soekarnoputri te doden toen zij nog vice-president was.

Vreemd genoeg wordt Bashir echter niet beticht van betrokkenheid bij de Bali-bommen. Als hijzelf niet de opdrachtgever was, dan zou hij als leider van JI toch minstens goedkeuring moeten hebben gegeven voor de aanslag. Maar bij gebrek aan bewijs beperken de aanklagers zich tot Bashirs eerdere activiteiten om de staat te ondermijnen.

Bashir ontkent het bestaan van een militant moslimnetwerk met de naam Jemaah Islamiyah. Hij zegt dat JI een creatie is van de regering om hem zwart te maken en zijn ambitie om het islamitische recht – de sharia – in te voeren, te frustreren. Desondanks hebben diverse onderzoekers Bashirs islamitische school in de plaats Ngruki, niet ver van de Centraal-Javaanse stad Solo, in verband gebracht met de vele terreuraanslagen sinds 2000. Ook de dader van de laatste aanslag, op het Marriott Hotel, heeft zijn school bezocht. Net als Amrozi, Ali Imron en Imam Samudra, die deze maand worden berecht voor de Bali-bom.

HET MEESTERBREIN

De bomaanslag op het Marriott Hotel vestigt echter vooral de aandacht op de Indonesische verdachte die de politie tot dusver nog niet heeft kunnen vangen. De meest gezochte man van Zuidoost-Azië, Riduan Isamuddin (36), ook wel bekend als Hambali, is nog altijd spoorloos. Hij wordt gezien als de schakel tussen JI en Al-Qaeda, de terreurorganisatie onder leiding van Osama bin Laden. Hambali zou een logistieke rol hebben gespeeld in de aanslag op de WTC-gebouwen in New York op 11 september 2001 en wordt gezien als het brein achter de aanslag in Bali.

Hambali zou de leider zijn van de cellenstructuur van Jemaah Islamiyah. Analisten vrezen dat het netwerk beschikt over grofweg 300 slapende cellen bestaande uit mannen tussen de dertig en veertig jaar verspreid over heel Zuidoost-Azië. Deze mannen, onder wie Hambali zelf, vochten in de jaren ’80 en ’90 als vrijwilliger in Afghanistan tegen het binnengetrokken Sovjetleger. In geheime, door Osama bin Laden gefinancierde kampen zouden zij hebben geleerd bommen te maken en aanslagen te plegen.

Nu, twintig jaar na hun vertrek uit Afghanistan, leven deze strijders in dorpen tussen nietsvermoedende buren en zijn ze veelal getrouwd met nietsvermoedende vrouwen. Zij hebben een schijnbaar doodgewoon leven en werken als boer op het veld of richten als handelaar een eigen bedrijfje op. Maar met een enkele boodschap, een seintje van Hambali worden deze slapende cellen in Zuidoost-Azië weer geactiveerd.

Ook de aanslag op het Marriott Hotel wordt op het conto van Hambali geschreven. In opdracht van Hambali zouden de Maleisische terrorist Azahari en de Indonesische bommenexpert Dul Matin de explosieven naar Indonesië hebben gesmokkeld en de bom hebben geproduceerd. Zij verbleven enige tijd in het huis van Asmar Latin Sani, de man die geïdentificeerd is als de uiteindelijke dader.

‘Alle individuele terreurcellen rapporteren aan Hambali. Hij laat de planning en uitvoering over aan de Azaharis en Dul Matins van deze wereld. Maar hij is het brein en de leider van het netwerk’, schreef de Singaporese krant Straits Times onlangs.

Vrijwel heel Zuidoost-Azië jaagt op Hambali. Maar telkens blijken de autoriteiten achter de feiten aan te lopen. Na Afganistan zou Hambali lange tijd in Maleisië hebben gewoond. In zijn geboorteland, onder het repressieve bewind van president Mohamed Suharto, was hij niet welkom. In Kuala Lumpur was Hambali aanwezig bij een ontmoeting met de terroristen die later een van de vliegtuigen zouden kapen bij de aanslag van 11 september 2001. In verband daarmee zou hij ook korte tijd in Europa zijn geweest.

Sindsdien is hij voortvluchtig. Afgezien van enkele incidentele meldingen is er bijna geen spoor van hem te bekennen. Er zijn berichten geweest dat hij in Pakistan, Afghanistan en vrijwel alle Zuidoost-Aziatische landen is gesigna- leerd. Onlangs maakte een Thaise regeringsfunctionaris nog bekend dat Hambali zich tot voor kort even in Thailand moet hebben verscholen. Inlichtingendiensten menen dat hij in 2002 in Bangkok de aanslag in Bali heeft uitgedacht.

Andere signalen duiden erop dat Hambali zich ergens in Indonesië bevindt. De uitgestrekte archipel wordt door veel experts gezien als de veiligste schuilplaats voor islamitische terroristen. Ondanks het overwegend gematigde karakter van de grootste moslimbevolking ter wereld zijn er voldoende extremistische gemeenschappen in afgelegen gebieden waar Hambali zou kunnen onderduiken. Zolang deze man op vrije voeten is, blijft de regio en Indonesië in het bijzonder in de greep van de terreur, zo is de algemene inschatting.

Alexander Weissink

Reageren op dit artikel kan u door een e-mail te sturen naar lezersbrieven@knack.be. Uw reactie wordt dan mogelijk meegenomen in het volgende nummer.

Partner Content