Om te zien, hebben we ogen nodig, en vooral ook hersenen. Het beeld dat de ooglens op het netvlies projecteert, leidt pas tot een bewuste waarneming als het de hersenen prikkelt. Een visuele ervaring speelt zich niet in de ogen af, maar in het netwerk van hersencellen onder de schedel.

Tussen die bolronde schedel van het menselijke hoofd en de wereldbol waarop wij leven wordt de gelijkenis ondertussen steeds groter. Ook in de gekromde ruimte van het aardoppervlak voltrekt zich, wonderlijk genoeg, een proces van kijken en bewust worden. De aarde lijkt op één groot mensenhoofd vol gedachten en met ogen die nieuwsgierig naar buiten kijken.

De voorbije eeuw is een netwerk van communicaties over de planeet geweven en tot één wereldwijd web aaneengeregen. Het internet is het hersenweefsel van het planetaire organisme dat de mensheid is. In dit dichtgeknoopte vlechtwerk van verbindingen voltrekken zich de gedachtewisselingen, bewustwordingen en waarnemingen van de planeet.

Al is dit wereldbrein pas kort geleden ontstaan, het lag allang in het verschiet. Een visionaire geest als Teilhard de Chardin zag het fenomeen driekwart eeuw geleden aankomen als een volgende stap in de historische ontwikkeling van de mensheid. Uit de laag van de levende wezens, ‘de biosfeer’, die zich in een ver verleden uit de aardkorst ontwikkeld heeft, zag Teilhard een ‘noösfeer’ groeien, een laag van geestelijke activiteiten, gedachten en gevoelens waaraan alle mensen zouden deelnemen. De noösfeer zou zich om de aarde spannen als een netwerk van communicaties en interacties, het collectieve bewustzijn van de verenigde mensheid. Dat was de visie die hij van 1925 af verkondigde, een bijna perfecte definitie van het internet van vandaag.

Het is nu geen visioen meer, het bestaat, en het werkt. Onoverzienbare menigten individuen, bedrijven, verenigingen, regeringen, anarchisten, verliefden, vredestichters, oorlogstokers, hypochonders, zonderlingen allerhande, weldoeners, fortuinzoekers, vaders, moeders en schoolkinderen, verspreid over de hele aarde, wisselen signalen uit zoals de geprikkelde cellen in de hersenen. Geen enkel georganiseerd politiek initiatief heeft ooit zoveel verbondenheid tot stand gebracht als dit spontaan gegroeide wereldorgaan.

Voortaan kan de aardbol zich dus over het bezit van hersenen verheugen. Ogen heeft hij al langer. De grote telescopen die op de hemel gericht staan, zijn de kijkers waarmee deze planeet de omgeving bespiedt. Het voorbije decennium werden reusachtige instrumenten in bedrijf genomen die de blik verder verruimen. De twee Keck-telescopen op Hawaï, vierduizend meter boven de zeespiegel, zijn monsterogen van tien meter diameter. De Europese landen hebben in het Chileense Andesgebergte de VLT gebouwd ( Very Large Telescope), een combinatie van vier achtmetertelescopen die elk afzonderlijk of samen als één superoog kunnen kijken. Rond de aarde wentelt de bekwame Hubble-telescoop, niet gehinderd door de lucht die hier beneden het beeld altijd vertroebelt. Deze en nog veel meer instrumenten vangen het licht op van de hemellichamen en geleiden het naar elektronische detectoren die het in beelden omzetten. Deze detectoren zijn het netvlies van de telescoop. Vandaar gaan de beelden naar computergeheugens waar ze bewaard worden. Soms worden er fotografische afdrukken van gemaakt, maar meestal is het handiger ze op een scherm te bekijken.

Met dat materiaal kunnen de astronomen aan de slag. Maar als het gezichtsvermogen niet tot het brein van de wereld doordringt, blijft de mensheid zelf blind. Weliswaar vindt af en toe een opname zijn weg naar de media en komt hier en daar wat in boeken met fraaie prenten terecht, maar dat is een flauwe afstraling van de stroom netvliesindrukken die de sterrenwachten verwerken. Van die blindheid is het mensdom nu – de hemel zij dank – genezen. Het wereldbrein staat open voor de stroom. Elke aardbewoner (in het bezit van een pc) kan op het internet over de schouder van de astronoom meekijken.

Geen landschap op aarde, geen kunstwerk, geen wereldwonder biedt een zo adembenemend schouwspel als een buiten onze eigen melkweg gelegen ander melkwegstelsel, draaikolk van miljarden sterren, elke ster een zon, elke zon het daglicht van ongekende planeten. Tussen de sterren worden uit donkere nevels nieuwe sterren geboren, en her en der slingert de nagloeiende as rond van vergane en tot witte dwergen verschrompelde sterren. In de meest nabije melkwegstelsels (nog altijd op tientallen miljoenen lichtjaren afstand) kan men de afzonderlijke sterren nog onderscheiden, maar de verder afgelegen stelsels zijn niet meer dan minuscule lichtvlekjes op de zwarte hemelachtergrond. Op een deep field-opname van de Hubble-telescoop zijn duizenden van deze sterreneilanden te zien, deinend aan de horizon van het uitdijende heelal, op tien miljard lichtjaar van hier. Dichterbij, in het eigen melkwegstelsel (op een afstand van nog slechts enkele honderden lichtjaren), trekken actieve stervormingsgebieden de aandacht, turbulente wolken, overgoten met het witblauwe schijnsel van jonge en onstuimige sterren. Woeste rode reuzen, tien keer groter dan de zon, stoten gigantische gasslierten uit. Elders staan oude sterren, met honderdduizenden dicht opeengepakt, zacht te gloeien.

Het uitzicht is vrij. Iedereen kan kijken vanop de eerste rij. Het volstaat een woord als Keck, VLT of Hubble in een zoekmachine te stoppen, en die levert de adressen. Men kan ook zelf zoeken, niets is makkelijker. Een geschikte website die toegang verschaft tot een overweldigend beeldmateriaal is de populaire Astronomy Picture of the Day (http://www.star.ucl.ac.uk -apod/apod/astropix.html). Elke dag wordt hier een nieuwe opname aangeboden, meestal afkomstig van een grote telescoop. Via de links in de tekstuitleg reist de surfer naar elke sterrenwacht waar iets te beleven valt of naar galerijen waar méér hemelopnamen te zien zijn. Al het materiaal van de APOD-site wordt bewaard in een archief, maar wie het waagt daarin te grasduinen, is verloren. Hij surft door de ruimte-tijd, trekt van melkweg naar melkweg, en zal zich nooit meer thuisvoelen op de planeet waar hij nog op vastzit.

Maar wat is vastzitten, op een planeet waarvan de ogen zijn opengegaan?

Gerard Bodifée

Reageren op dit artikel kan u door een e-mail te sturen naar lezersbrieven@knack.be. Uw reactie wordt dan mogelijk meegenomen in het volgende nummer.

Partner Content