Familiaal geweld en geweld tegen vrouwen treft alle lagen en alle gemeenschappen. Maar in sommige allochtone families komt er nog een dimensie bij: eerwraak. Wat in uitzonderlijke omstandigheden kan leiden tot eermoord. Een complexe problematiek waar in België nog bijna niets aan wordt gedaan.

Miss België werd zij net niet. Wel eredame. Dat was niet het enige feit dat de eer van de familie aantastte. Ook het feit dat Nadia toen van huis wegliep en een Belgisch vriendje had. Maar de missverkiezing was door de hele allochtone gemeenschap in de gemeente ademloos op televisie gevolgd. ‘Het is een schande in badpak te paraderen’ klonk het bij de ene nog koeltjes. ‘De eer van de familie staat op het spel’ klonk het bij een ander al wat dreigender. En het hardst achter haar rug: ‘Nadia is een hoer.’ Roddel en achterklap, daar was haar moeder zo beducht voor. Wat de mensen zullen zeggen. De smet op het blazoen, die Nadia levenslang zou achtervolgen. ‘Jij hebt de familie te schande gemaakt’, vond haar moeder.

Kuis blijven, dat was haar belangrijkste taak als meisje, zo was Nadia van kinds af aan ingeprent. Niet studeren. ‘Waarom studeren? Jij wordt zo snel mogelijk uitgehuwd’, zei haar moeder. Ze moest als een kindslaaf werken in het huishouden. Zeker vanaf haar eerste menstruatie draaide alles rond haar maagdelijkheid. Als ze nog maar vijf minuten te laat van school kwam, regende het al verwijten: ‘Waar zat je? Denk aan je eer!’ Als ze niet meteen luisterde of gehoorzaamde, werd ze door haar moeder geslagen en mishandeld. Soms zag ze zo bont en blauw dat er op school ongeruste vragen werden gesteld. Dan loog ze dat ze een ongeluk had gehad.

De mooie Nadia mocht niets en werd kort gehouden. Zij ging gebukt onder de controle. Altijd achterom kijken en op je hoede zijn. Altijd ogen in je rug hebben. Op een dag werd zij thuis opgewacht door haar oudste broer, die zei dat hij haar met een jongen én met een sigaret had gezien. Hij sloeg op haar gezicht tot het bloed uit haar neus stroomde. ‘Pas op of je gaat eraan…’ Zij stapte naar de politie en diende een klacht in. Om zich beschermd te voelen. Maar de politie deed niets en het maakte de schande alleen nog erger. Op een andere dag stelden haar ouders haar voor aan een dertigjarige man aan wie ze zou worden uitgehuwd. Ze weigerde resoluut. Kort daarna liep ze van huis weg, zonder kleren, zonder iets.

Ze dook een tijdje onder bij vrienden, maar ook dan werd ze nog voortdurend achtervolgd door de hatelijke roddels in de gemeente. Ze ging er psychisch aan kapot. Ze vermagerde zienderogen tot ze zo dun als een lat was. Uiteindelijk verhuisde ze naar een andere gemeente om te ontsnappen. Nu is ze nog altijd bang om haar verhaal te vertellen, maar ze heeft de steun van Helima Guerra die met de organisatie Vrouwenstem allochtone meisjes bijstaat. ‘We doen het om anderen te helpen’, zeggen ze. ‘Want duizenden meisjes maken nu hetzelfde mee.’ Het ergste blijft Nadia geschokt door haar ijskoude moeder die haar nog altijd als hoer afschildert. Haar invalide vader was gelukkig soepeler. ‘Als hij even fanatiek was geweest als haar, was ik slachtoffer van eermoord geworden, net als die Sadia in Charleroi.’

HET TOPJE VAN DE IJSBERG

Enkele weken geleden werd op de computer van de jonge Pakistaan Mudusar Sheikh een soort bekentenis gevonden: ‘ De meisjes moeten stoppen met hun gsm, met mailen, met hun vriendjes… Ik wil een einde maken aan deze situatie.’ Eind vorig jaar schoot hij voor het ouderlijk huis in Lodelinsart, bij Charleroi, zijn 20-jarige zus Sadia dood. Sadia had een relatie met een Belgische jongen en weigerde een gearrangeerd huwelijk met haar neef. Ze liep van huis weg en zocht hulp van de politie. In Brussel werd ze in een vluchthuis voor vrouwen op een geheime locatie ondergebracht. Uiteindelijk liet ze zich overhalen voor een verzoeningsgesprek. Met fatale afloop. Niet alleen haar broer, maar ook haar vader werd opgepakt, als vermoedelijke opdrachtgever.

‘Eermoord is de meest extreme vorm van eerherstel’, zegt commissaris Marc Van de Plas van de federale politie. Na een enquête telt hij 17 eermoorden en pogingen tot eermoord in de laatste vijf jaar in België. Het conflict gaat vooral over maagdelijkheid, gearrangeerde huwelijken en niet-aanvaarde relaties. De slachtoffers zijn doorgaans vrouwen, maar niet altijd. Ze komen uit Algerije, Marokko, Turks-Koerdistan, Kosovo, Albanië, Georgië, Pakistan, Afghanistan en India. Meestal zijn het moslims, maar er zijn ook twee zaken van Assyrische christenen bij en één hindoe uit India. ‘Maar dat is maar het topje van de ijsberg. Er zijn nog veel andere vormen van eerwraak: mishandeling, opsluiting, ontvoering, gedwongen huwelijk, terugsturen naar het herkomstland, enzovoorts. Een jarenlange glijdende schaal van bedreiging en geweld.’

De commissaris geeft een schokkend voorbeeld. Een allochtoon meisje is zwanger van een Belg. Nadat ze het maanden verborgen heeft, komen de ouders het toch te weten. In familiekring wordt beslist dat zij dood moet. Het slachtoffer wordt eerst naar de kelder gebracht en daar neergestoken door haar broer. De broer stelt vast dat zij nog niet dood is en neemt haar mee in zijn wagen. Finaal wurgt hij haar en laat het lichaam achter op de snelweg. Commissaris Van de Plas: ‘Dat is natuurlijk zeer uitzonderlijk. Meestal schikken ze zich naar de regels. Soms verdwijnen ze ineens. Terug? Uitgehuwd? Of toch dood? Het dark number van onbekend geweld is waarschijnlijk enorm. Het zijn gesloten gemeenschappen met een grote sociale druk om de gebeurtenissen stil te houden. De aangiftebereidheid is erg laag.’

Het politieonderzoek ligt moeilijk: veel familieleden ontkennen alles, zijn medeplichtig of voorzien de dader van een vals alibi. Andersom wordt soms een ‘verdwijning’ aangegeven, waarbij de politie wordt misbruikt om een weggelopen meisje juist terug te halen. Van de Plas: ‘We moeten bekennen dat we in België nergens staan. Als politie hebben we geen enkele expertise, in tegenstelling tot Nederland en andere landen. Integendeel, soms verergeren we de zaak nog. Een overhaaste interventie met veel ophef kan de schande juist vergroten en de zaak doen escaleren. Daarom is er dringend nood aan samenwerking en informatie-uitwisseling tussen politie, gezondheidszorg, vrouwenopvang en allochtone verenigingen.’

De commissaris heeft nu een in Nederland gebruikte checklist naar de politie van Verviers gestuurd om een recente zaak te onderzoeken. Karima, een Belgische van Marokkaanse afkomst, publiceerde medio maart een boek over het geweld dat ze in haar jeugd meemaakte ( Insoumise et dévoilée). Zij is geboren en getogen in Antwerpen, maar werd als klein meisje geplaatst in het preventorium Pulderbos. Jaren later werd ze door haar vader opgehaald en meegenomen naar Verviers, waar ze in de schaduw van de moskee een strikt islamitische opvoeding kreeg. Als ze haar hoofddoekje niet droeg, werd ze afgetuigd. Tegen haar wil werd ze uitgehuwd aan haar neef Moussa. Uiteindelijk kon ze met de hulp van parket en hulpverlening ontsnappen. Maar wegens haar boek is ze nu prompt weer door haar familie bedreigd (‘denk aan Charleroi’) en zelfs voor de rechter gesleurd.

VEILIGE MELDPUNTEN

In sommige regio’s is het niet weg te denken uit de plaatselijke cultuur: eergerelateerd geweld, zoals het in Nederland met een breed begrip heet. Vooral in patriarchale, rurale gemeenschappen in het Middellandse Zeegebied, het Midden-Oosten en Azië. De eer van de mannen en de familie is er afhankelijk van de kuisheid van de vrouwen, in de ruimste zin van het woord. Cruciaal is de maagdelijkheid voor het huwelijk en de seksuele trouw erna. De seksuele eer is in het geding, wat zware sociale gevolgen kan hebben voor de familie, en moet desnoods met geweld worden ‘gezuiverd’. Jenny Vanlerberghe, de vrouwenactiviste die zelf met een vrouwencentrum begon in Afghanistan, waar alles rond eer en trots draait, heeft nu voor de Koning Boudewijnstichting een enquête gehouden bij verenigingen en autoriteiten. Besluit: in andere landen is er een heel beleid ontwikkeld, maar in België staan we gewoon nog nergens.

Voorbeelden genoeg. Op 17 maart 2007 werd in Sint-Joost-ten-Node een Marokkaanse vrouw door haar familie ontvoerd omdat ze een lesbische relatie was begonnen. Ze werd in de auto gedwongen en is spoorloos verdwenen. Op 20 november 2006 werd een schooldirecteur in Mechelen in elkaar geslagen omdat hij een zwanger meisje van de christelijke Turks-Assyrische gemeenschap naar een onderduikadres had gebracht. De politie van Genk spreekt over vijf of zes zaken van eergerelateerd geweld per jaar. Maar andere worden in het land van herkomst gepleegd en blijven onbekend. In 2006 was er nog een Turkse man die zijn vrouw voor overspel vermoordde. Een Turks meisje van 16 jaar werd door haar vader en broer zwaar gefolterd omdat ze verliefd was op een jongen die niet door de familie werd geaccepteerd.

Zegt een Genkse politiecommissaris: ‘Het ministerie van Onderwijs licht nu de politie in als er jongeren niet meer op school verschijnen. Maar de ouders antwoorden meestal dat ze hen naar een islamschool in Nederland sturen. Wat door onze politie niet te controleren is. Men kondigt hier in de scholen een medische controle al niet meer vooraf aan. Want gegarandeerd zijn de helft van de allochtone leerlingen die dag afwezig.’ Jenny Vanlerberghe: ‘In Nederland heeft men eerwraak hoog op de politieke agenda gezet. Er is specifieke opvang en hulpverlening. Justitie in België zou een inhaalbeweging moeten maken. En er moeten zeker veilige meldpunten komen Ook de allochtone gemeenschap zal zich wat opener moeten gedragen.’

Terwijl in Nederland allochtone verenigingen er de schouders onder zetten, is er hier bijna geen medewerking, door angst of schaamte. Alleen het Koerdisch Instituut in Brussel hield in 2005 een studiedag – het probleem is dan ook enorm toegenomen in de Koerdische gebieden, waar er sprake is van honderden eermoorden. Toen het Forum van Vlaamse Vrouwen er vorig jaar debatten over hield, was er ondanks honderden uitnodigingen geen enkele allochtoon op afgekomen. Een levensgroot taboe.

VOORLOPIGE VERBLIJFSVERGUNNING

In de Lange Leemstraat in Antwerpen ontvangt de Algerijns-Belgische Helima Guerra voortdurend slachtoffers van eerwraak. Zij zet zich al sinds de jaren tachtig in voor de ontvoogding van kansarme allochtone vrouwen en kreeg daar de Marie Popelinprijs voor. Als voorzitster van de organisatie Vrouwenstem streeft ze nu zowel naar individuele begeleiding als naar maatschappelijke bewustmaking. Ze wil de vrouwen een stem geven en weerbaar maken. Daarom vindt ze het een overwinning dat Nadia, die ze al lang opvangt, nu haar verhaal durft te vertellen, een blijk van assertiviteit. De meeste slachtoffers hebben weinig gevoel van eigenwaarde. Ze schamen zich en verbergen hun blauwe plekken. ‘Ik probeer hen te zeggen dat zij niet de slechteriken zijn, maar de slachtoffers. Duizenden vrouwen hebben in België met eergeweld te maken. Maar het blijven onzichtbare drama’s.’

Ze betreurt sterk dat er in België niets tegen ondernomen wordt. Het is belangrijk dat de problematiek eindelijk erkend en het taboe doorbroken zou worden. ‘Het gebeurt ook hier bij ons in Antwerpen, om de hoek. Er is een grote nood om iets aan de problemen te doen, maar zonder de groep te stigmatiseren. Want anders zal er bij die vrouwen nog minder bereidheid zijn om mee te werken.’ Gezinsgeweld en partnergeweld treft alle bevolkingslagen en alle gemeenschappen, ook autochtone Belgen. Maar hier zit het in een moeilijke context van migratieproblemen, precair verblijfsstatuut, cultuurverschillen, en soms dus ook eergerelateerd geweld. Dat kan veel verschillende vormen aannemen, van maagdenvliesreconstructies tot verstoting en gedwongen abortussen. ‘En vooral psychische druk. Ik ken veel vrouwen die er psychisch onderdoor gaan. Tot zelfmoord toe.’

Eind februari werd er in het Antwerpse park Rivierenhof een dode baby achtergelaten met een briefje waarin de moeder zei ‘dat het niet mocht van haar geloof’. Kort ervoor was er een zuigeling in de vondelingenschuif van Moeders voor Moeders gedropt, en eind vorig jaar was ook al een dode baby op het strand in Oostende gevonden. Helima: ‘Dat heeft niet noodzakelijk met eergerelateerd geweld te maken, maar het is mogelijk. Ik ontmoet vooral islamitische slachtoffers, maar ook christenen, joden en hindoes.’ Zij verwacht dat er steeds meer conflicten en drama’s zullen bovenkomen. Aan de ene kant gaan allochtone vrouwen meer emanciperen en westers leven. Aan de andere kant zijn er mannen die, verbitterd door werkloosheid en discriminatie, meer terugplooien op de traditionele waarden en cultuur. ‘Daarom is het zo belangrijk dat politie en justitie leren hoe het in elkaar zit.’

Als er kennis is van de achtergrond, zou men het fenomeen ook sneller herkennen. Zo kan een meisje dat na vakantie niet terugkeert op school, een mogelijk slachtoffer zijn. Helima: ‘Kijk, ik heb weer wanhopige sms’jes gekregen van twee Belgische meisjes van 15 en 16 jaar uit Hasselt die al drie maanden bij familie in Marokko opgesloten zitten, zonder school. Waarom? Omdat ze in het bushokje met jongens hadden gekletst en zo. Ze moeten uitgehuwd worden. Ik probeer hen samen met de procureur te bevrijden, desnoods door hun vader hier te laten opsluiten.’ Uit angst laten ook steeds meer meisjes hun maagdenvlies operatief herstellen. Helima boos: ‘Dat wordt onder meer in Gent gedaan door een bekende gynaecologe en senator. Dat vind ik zo hypocriet. Het gaat in tegen de emancipatie en het is juist toegeven aan de cultuur van eerwraak.’ ( zie kader)

De kwetsbaarste vrouwen zijn de ‘importbruiden’ die net uit het moederland overkomen, bij de schoonfamilie moeten inwonen, en daar de laagste positie innemen. Het is vooral die groep die in de vluchthuizen terechtkomt. Helima: ‘De jacht op schijnhuwelijken speelt ook vaak in hun nadeel. Ik ken vrouwen die mishandeld en opgesloten worden, maar die durven de eerste jaren niet weg want anders kunnen ze hun papieren verliezen wegens een schijnhuwelijk. Er zijn gewelddadige echtgenoten die hen daarmee bedreigen en chanteren. Ik kan u vrouwen laten zien die in dramatische omstandigheden leven. Als ze teruggestuurd worden, heeft hun leven geen perspectief meer. Ik ken nu al 70 vrouwen die zo hun papieren zijn kwijtgeraakt, vaak ten onrechte. Zo was er een geval van een man die zijn vrouw gewoon beu was en een klacht indiende wegens schijnhuwelijk. De politie nam haar mee en de volgende dag was ze al teruggestuurd naar Casablanca. Zonder tijd om zich te verdedigen.’

Op wettelijk vlak moeten er volgens haar verschillende maatregelen genomen worden: slachtoffers van eerwraak een voorlopige verblijfsvergunning geven, zoals hier al voor slachtoffers van mensenhandel wordt gedaan; én verdachten van schijnhuwelijken voldoende gelegenheid geven om zich te verdedigen. En verder voor allochtone bemiddeling en specifieke opvang zorgen. Naar gewone vluchthuizen gaan is soms moeilijk, want daar is slechts tijdelijke opvang in groep en de verschillen in taal en cultuur zijn enorm. Helima: ‘Zeker voor de zomervakantie, wanneer de meisjes bang zijn om in het land van herkomst achtergelaten te worden, zitten de vluchthuizen vol. Maar ik pleit er niet voor om iedereen op geheime onderduikadressen onder te brengen. Je helpt ze niet door hen af te schermen van de boze buitenwereld, maar door ze bewust en weerbaar te maken.’

NAAR HET VLUCHTHUIS

Het vluchthuis in Gent zit soms helemaal vol met allochtone meisjes en vrouwen, vaak ook slachtoffers van eergerelateerd geweld. Regelmatig moeten aanvragen tot opname worden afgewezen wegens plaatsgebrek. Onlangs waren er twee extreme gevallen. Twee jonge Albanese zusjes, die uitgehuwelijkt werden maar weigerden, sloegen op de vlucht voor eerwraak. Ze waren echt bang om vermoord te worden. Een van hen is bij vrienden ondergebracht. Het andere is van het ene vluchthuis naar het andere verplaatst. Het is zelfs de bedoeling haar identiteit te veranderen. In totaal telden de vluchthuizen in Vlaanderen in 2006 al 44 procent allochtonen. Met de kinderen erbij zelfs een ruime meerderheid. Vooral uit landen met een strenge traditie rond eer.

Volgens Helen Blow van het Steunpunt Algemeen Welzijnswerk, dat de vluchthuizen ondersteunt, moet dit delicate probleem dringend bespreekbaar gemaakt en op de agenda gezet worden: ‘Het is onacceptabel geweld en die slachtoffers hebben evengoed recht op bescherming als wij.’ In het najaar wil men met vormingssessies voor hulpverleners beginnen. Ook agenten moeten worden opgeleid. De politie van Mechelen geeft alvast het goede voorbeeld door allochtone vertrouwenspersonen naar gezinnen met familiaal geweld te sturen. Maar uiteindelijk moet er vooral een mentaliteitswijziging bij sommige allochtone families komen. Nu wordt eergerelateerd geweld nog niet altijd als negatief bekeken. Als de eer maar gered is.

DOOR CHRIS DE STOOP

Reageren op dit artikel kan u door een e-mail te sturen naar lezersbrieven@knack.be. Uw reactie wordt dan mogelijk meegenomen in het volgende nummer.

Partner Content