Kunst, liefde en revolutie : het leven van de communistische fotografe Tina Modotti, die net een eeuw geleden werd geboren. Ze heeft haar inzet betaald met een permanente ballingschap.

MEXICO-STAD, 6 januari 1942, kort na enen in de ochtend. Een donkere taxi rijdt een kleine, tengere, niet meer zo jonge vrouw naar huis. Ze had de taxi aangehouden aan het huis van Hannes Meyer, de gewezen directeur van het Bauhaus, de vermaarde, maar door de nazi’s opgedoekte kunstschool in het Duitse Dessau, bij wie ze op een etenje was geweest. Tijdens de rit door de koude nacht hoort de taxichauffeur een vreemd, suizend geluid achterin. Hij keek om en zag zijn passagierster scheefgezakt in de kussens hangen. Het was letterlijk haar laatste adem die hij haar had horen uitblazen, want even later stelde hij vast dat ze daar op zijn achterbank was gestorven. In het ziekenhuis kwam de politie erachter dat deze 46-jarige vrouw als de Spaanse María of Carmen Ruiz door het leven ging, maar eigenlijk de Italiaanse Tina Modotti was.

Ze was niet illegaal in het land, want zelfs de Mexicaanse president, generaal Lázaro Cardenas, had haar onder zijn bescherming genomen. Maar ze wou zich gedeisd houden om niet de aandacht te trekken van de voor het grootste part conservatieve Mexicaanse pers. Voor de ene krant droeg ze een verleden als lichtekooi of mannenverslindster mee, de andere beschouwde haar, een vooraanstaande communiste, als een politieke intrigante. En voor de meeste bladen was ze dat allebei, wat het allemaal des te erger maakte. Die anti-Modotti-hetze was bijna dag op dag dertien jaar tevoren begonnen, op 10 januari 1929, toen Tina’s toenmalige minnaar, de Cubaanse revolutionair Julio Antonio Mella, naast haar op straat in Mexico werd doodgeschoten.

MENEER X.

Toen ze meteen na de moord door de politie werd ondervraagd, was er ook al een valse naam in het spel, want ze had gezegd dat ze Rose Smith Saltarini heette. Waarom ? Om niet in het schandaal betrokken te raken, want ze had een handeltje met nogal wat hooggeplaatst volk onder haar cliënteel. En Mella was niet alleen een communist, hij had ook veel vijanden. Natuurlijk had in de eerste plaats het Cubaanse regime van dictator Gerardo Machodo goede redenen om hem van kant te laten maken. Maar ook de Mexicaanse regering was hem liever kwijt dan rijk, want niet alleen zag ze in hem een gevaarlijke opruier, bovendien belastte Mella’s agitatie Mexico’s diplomatieke relaties met Cuba. En zelfs de Mexicaanse, Moskou-getrouwe communisten bekeken hem met een scheef oog, want zij verdachten Mella van Trotskistische scheurmakerij. Er bestaat een beroemde foto die Tina maakte van zijn schrijfmachine, waarin een vel papier zat gedraaid waarop hij een tekst van Lev Trotski had getypt.

Tina werd van medeplichtigheid in de aanslag verdacht. Nu eens zochten de politie en de pers daar politieke motieven achter, dan weer zou het om een passiemoord gaan, waarin de toen in Moskou verblijvende schilder Xavier Guerrero, Tina’s vorige minnaar, een rol zou hebben gespeeld (de ?X? waarmee Guerrero zijn brieven aan Tina ondertekende, gewoon de afkorting van zijn voornaam, zag er natuurlijk wel zeer verdacht uit). De naaktfoto’s van Tina die de politie bij haar thuis in beslag had genomen, vonden snel hun weg naar de pers en zelfs de processen-verbaal van haar ondervragingen stonden ’s anderendaags in extenso op de frontpagina’s van de kranten. Tina, toen 34, werd uiteindelijk buiten vervolging gesteld, maar ze kwam de zaak emotioneel nooit echt meer te boven. Ze had vele mannen het hoofd op hol gebracht en velen van hen hadden ook de weg naar haar bed gevonden, maar Mella was haar laatste grote liefde.

Misschien had een goede bekende van Tina wél een rol gespeeld in de moord op Mella : Vittorio Vidali, alias Eneas Sormenti, alias Carlos Contreras. Deze uit Italië gevluchte ?beroepsrevolutionair? was een door de wol geverfde agent van de Komintern, de (derde) communistische internationale, die in feite een instrument van de Sovjetse buitenlandse politiek was. Vidali zou na de zaak-Mella Tina’s mentor en beschermer en, na enkele jaren, haar hartsvriend worden. Toch nam deze liefde nooit bijzonder hartstochtelijke vormen aan. Ze steunde op kameraadschap in de revolutionaire strijd en het was kennelijk vooral een door de partij gearrangeerde relatie. Aan het eind van haar leven zei Tina wel eens lelijke woorden over Vidali. Al in 1927 had ze een foto van Vidali gemaakt, waarop hij, gekleed in een zwart pak, zelfverzekerd met een hand in de broekzak tegen een muur een sigaretje staat te roken. Door het blakende licht van een laagstaande zon werpt zijn lichaam een onheilspellende, gitzwarte schaduw op de ruwe stenen, terwijl het beeld een ronduit sinistere aanblik krijgt doordat zijn ogen geheel worden overschaduwd door de brede rand van zijn hoed.

Vidali zou het langst Tina’s gezel blijven maar hij had een slechte reputatie. Dat deed een zwarte legende rond hem ontstaan, die niet alleen wou dat hij misschien de hand had in de moord op Tina’s grote passie Mella, maar bovendien ook degene was die Tina zelf het hoekje om hielp. Want 46 jaar, het is een beetje jong om aan een hartstilstand te sterven. Hoewel, Tina’s hart was niet helemaal in orde en in haar familie kwamen hartziekten wel vaker voor. En kon vergiftiging niet worden uitgesloten, enig bewijs is er ook nooit voor gevonden.

Vidali was wel geen pathologische moordenaar, maar hij was soms een beetje onbesuisd. Als Moskou het nuttig achtte om iemand ten bate van het wereldcommunisme uit de wereld te helpen, waren zulke wensen voor hem een bevel. Er bestaat geen twijfel over dat hij als Comandante Contreras aan zulk werk zijn handen vuil maakte ten tijde van de hevig woedende factiestrijd tussen communisten, trotskisten en anarchisten in de Spaanse burgeroorlog. En hoewel recent publiek gemaakte documenten uit Moskou dat niet bevestigen, heette het ook lange tijd dat hij ook betrokken was bij Stalins moordcomplotten tegen Trotski, die in 1941 in Mexico met een ijshouweel werd omgebracht. In de vroege jaren dertig werd Vidali ook ten minste twee keer in België gesignaleerd. Het is maar de vraag wat hij er kwam uitrichten.

INTELLIGENT.

In die taxi eindigde, in het holst van de nacht, een beetje miserabel, het bewogen leven van een trouwe en ongetwijfeld ook moedige revolutionaire, maar ook dat van één van de eerste grote vrouwelijke fotografen. Maar het is een tragische ironie dat deze Tina Modotti, die zowel een kunstenares als een strijdster voor de wereldrevolutie wou zijn, beide ambities nooit echt heeft kunnen verzoenen.

In het panorama waartegen Tina’s leven zich afspeelde, tekent zich het pantheon van kunst en politiek van de eerste helft van deze eeuw af. De feministe Alexandra Kollontai, de fotografen Edward Weston, Imogen Cunningham en Robert Capa, de schilders Diego Rivera en Frida Kahlo, de schrijvers John Cowper Powys, John Dos Passos, Pablo Neruda, Anna Seghers en wellicht ook Ernest Hemingway, de cineast Sergei Eisenstein, de journalist Egon Erwin Kisch, de wetenschappers Joliot-Curie, ?Pasionaria? Dolores Ibarruri of Hannes Meyer, allen hebben ze haar pad gekruist. Toch kon weinig in haar voorgeschiedenis doen vermoeden dat zij ooit met deze lui te maken zou krijgen.

Tina Modotti werd net een eeuw geleden, op 17 augustus 1896, geboren als Assunta Adelaide Luigia Modotti Mondini in een arm gezin in het Noord-Italiaanse Udine. Ze droeg dezelfde voornaam als haar moeder, zodat zij Assuntina werd genoemd, de kleine Assunta, waar ze de roepnaam Tina aan overhield. In 1906 emigreerde haar vader alleen naar de Verenigde Staten en wanneer hij voldoende geld had verdiend zou hij de rest van het gezin laten volgen. Dochter Mercedes maakte als eerste de oversteek in 1911, Tina volgde in 1913 toen ze zestien was, de rest van het gezin nog later.

Van haar twaalfde af moest Tina uit werken in kledingateliers en dat deed ze ook toen ze zich bij haar vader in San Francisco voegde. Maar dat was niet wat ze zich van het leven voorstelde. Ze betreurde het dat ze niet lang naar school had kunnen gaan, hoewel ze daar ongetwijfeld het talent voor had. Velen die haar kenden, noemden haar niet alleen mooi maar ook intelligent, ze sprak ten minste vijf talen en zou later met succes complexe, veelal clandestiene organisaties opzetten en beheren.

Ze zocht voor zichzelf een uitweg in de kunst. Ze maakte snel furore in het theater en waagde toen de sprong naar de beginnende filmindustrie in Hollywood. Nieuwe media interesseerden haar, zoals ook de fotografie een nieuw medium was. Ze speelde in een reeks stomme films, maar haar carrière ontwikkelde zich niet zoals ze wou. Ze kreeg meestal dezelfde rollen, als Latijnse femme fatale, exotisch, donker, geheimzinnig, sensueel, nogal decoratief. Zo’n type casting zag ze niet zitten. Maar via het theater en film was ze wel weggeraakt uit de grote Italiaanse kolonie van San Francisco, wat ze voltrok toen ze in 1918 ook buiten Little Italy trouwde, met de melancholieke en mystiek aangelegde dichter en schilder Roubaix de l’Abrie Richey, ?Robo? voor de vrienden.

Via hem kwam ze in de bohème van Californië terecht, een milieu met veel dromen, plannen ter verbetering van de wereld, discussies, feestjes, drank en seks. Daar werd Tina de geëmancipeerde vrouw die ze altijd zou blijven. Ze leerde er ook de al beroemde fotograaf Edward Weston kennen. Ze aanbad hem, werd zijn model en minnares. Tina, Robo en Weston vormden een merkwaardige ménage à trois en gingen op zoek naar een plek waar ze een nieuwe wereld konden stichten. Ze vonden hun utopie in Mexico, even south of the border, waar de revolutie aan de macht was gekomen met onder meer ingrijpende landhervormingen, het afschaffen van kerkelijke privilegies en de alfabetisering voor alleman.

ANTIFASCISME.

En de Mexicaanse regering voerde ook een progressieve cultuurpolitiek, die komaf maakte met de burgerlijk-academische kunst die overal elders nog het mooie weer maakte. Kunstenaars kregen opdrachten om het leven en de geschiedenis van het hele volk in grote muurschilderijen uit te beelden. Zo ontstond het muralisme, dat een nieuwe inspiratie had gevonden in de tot dan misprezen Indiaanse tradities en die van schilders als Diego Rivera, David Alfaro Siqueiros en José Clemente Orozco op slag internationale beroemdheden maakte. Mexico was het Eldorado voor bevlogen geesten als Robo, Tina of Weston.

Robo ging als verkenner vooruit, maar hij stierf er onverwacht aan pokken. In 1923 liet Weston zijn vrouw en vier zoons achter en trok met Tina naar Mexico. Ze hadden een duidelijke afspraak : hij zou haar leren fotograferen, zij zou het huishouden doen, zijn fotohandel drijven en het bed warm houden. Hun appartement in Mexico-stad werd al snel een middelpunt van het lokale artistieke leven. Het was, bijvoorbeeld, tijdens een wat woest feestje aldaar dat Rivera zijn latere vrouw Frida Kahlo leerde kennen (en bij die gelegenheid Tina’s grammofoon stukschoot). Het was er al kunst en politiek wat de klok sloeg. Want in hun revolutionaire enthousiasme waren veel van die kunstenaars haast vanzelf lid geworden van de toen nog erg kleine Mexicaanse communistische partij, die wel een groot moreel gewicht kreeg omdat zij er de kern van uitmaakten.

En ook Tina werd communiste, maar niet omdat iedereen in haar vriendenkring dat al was. Vader Modotti, een sociaal-democraat, had zijn dochter al op jonge leeftijd gevoelig gemaakt voor een links politiek engagement, Tina had eronder geleden dat ze om sociale redenen nooit de kans had gekregen om te studeren en daar kwam nog bij dat in haar geboorteland Italië in 1922 met Benito Mussolini het fascisme aan de macht kwam. Antifascisme was haar belangrijkste drijfveer om het communisme haar hele leven trouw te blijven. Dat bleek uit de enige keer dat ze bezwaar maakte tegen de partijlijn en dus tegen Moskou : in 1939, nadat Stalin met Hitler een niet-aanvalspact sloot. Stalin ongelijk geven was voor trouwe communisten op zijn zachtst gezegd not done en doorgaans nog gevaarlijk ook. Maar toen Tina voor het eerst over dat pact hoorde, riep ze uit : ?Ik met Hitler ? Nooit !?. Ze nam dat dus nogal persoonlijk. Toen Diego Rivera wegens trotskisme uit de partij werd gezet, had ze er geen moeite mee om hem ook een verrader te vinden en alle relaties met hem te verbreken. Toch had ze nog herhaaldelijk voor hem model gestaan en zoals dat altijd ging met Rivera en zijn modellen met hem een seksuele verhouding gehad.

HARMONIE.

Toen Edward Weston in 1926 naar zijn gezin terugkeerde, bleef Tina in Mexico achter, als een zelfstandige, vrije, ontvoogde vrouw, die haar haar kort knipte, sigaretten rookte en haar minnaars maar te kiezen had. En als een volleerde fotografe. ?Tina heeft een foto gemaakt,? had Weston een vriend eens geschreven, ?die ik graag zelf had willen signeren.? Ze ontwikkelde een zeer herkenbare stijl met een uitgepuurde kadrering, waaruit blijkt dat ze haar objecten niet alleen uitkoos met evenveel precisie als liefde, maar er ook zo naar keek. Ze werkte met een Graflex, een grote camera met een lange belichtingstijd. Dat is bewerkelijk fotograferen, niet zo geschikt voor te veel beweging in het beeld. Haar foto’s lijken soms tot abstracte composities verstilde observaties, intense close-ups van mensen, voorwerpen, planten, taferelen, gemaakt met een groot gevoel voor evenwicht en harmonie, alsof het goed is wat op de foto staat, alsof het altijd zo zou moeten blijven duren.

Tina deed ook aan commerciële fotografie maar werkte vooral voor de communistische pers. Daartoe behoren reeksen foto’s van momenten uit het dagelijkse leven van de arme boeren, dat ze met haar techniek bijna tot stilstand dwong, om het te bewaren. Daarnaast maakte ze ook zorgvuldige composities met symbolen, kunstig gearrangeerde hamers en sikkels of patronengordels met gitaren en maïskolven. Het is agitprop à la Modotti, professionele maar wat geforceerde en weinig dramatisch beladen visuele retoriek, veeleer interessant dan echt mooi te noemen.

Naarmate Tina door het politieke werk werd opgeslorpt, scheen een conflict te rijzen tussen haar artistieke roeping en haar communistische ideaal. Ze loste dat op door steeds minder te fotograferen en maakte daarmee een keuze in haar prioriteiten. Het communistische engagement had zo zijn eigen dynamiek, ook omdat ze ermee de aandacht had getrokken van buitenlandse politiediensten. Het Italiaanse fascisme spoorde haar zelfs actief op.

Na het schandaal rond de dood van Julio Antonio Mella, duurde het niet lang of de nieuwe, conservatieve Mexicaanse regering vond al snel een voorwendsel om haar uiteindelijk, in 1930, het land uit te zetten. Ze kon nauwelijks nog ergens terecht en werd voorgoed een balling. Via Berlijn belandde ze in Moskou, waar ze ging werken voor de Internationale Rode Hulp (IRH), een mantelorganisatie van de Komintern, die zich bezighield met steun aan vervolgde communisten en hun gezinnen en aan slachtoffers van het fascisme. Ze woonde van toen af aan samen met Vittorio Vidali. In die tijd ondernam ze in opdracht van Rode Hulp gevaarlijke reizen als geldkoerier, onder meer naar Polen. Misschien was ze nog het liefst van al naar Italië en het antifascistische verzet aldaar gegaan, maar dat vond Moskou te gevaarlijk. Ze reisde wel, meestal onder valse naam en met ?echte valse? paspoorten, naar Zwitserland, Parijs en Spanje, waar ze, eens daar in 1936 de burgeroorlog uitbrak, samen met Vidali tot het eind daarvan in 1939 actief bleef in Rode Hulp.

SNEEUWWITJE.

Hoe het ondertussen met de fotografie stond, was duidelijker dan ooit. De zware Graflex, die ze helemaal uit Mexico had meegesleurd maar nauwelijks nog had gebruikt, liet ze, samen met haar foto’s, bij haar afreis naar Spanje achter in Moskou. Ondertussen was ze wel in het bezit gekomen van een handiger kleinbeeldcamera, een Leica, maar die leende ze uit en ze keek er nooit meer naar om. De zowat vierhonderd foto’s die ze heeft nagelaten, maakte ze nagenoeg allemaal in Mexico. Politiek of fotografie ? ?Je kan geen twee dingen tegelijk doen,? vond ze.

Na de republikeinse nederlaag concentreerde Tina zich vanuit Parijs op de honderdduizenden Spaanse republikeinen die bij de nationalistische overwinning van generaal Francisco Franco naar Frankrijk waren gevlucht. Maar het duurde niet lang of Moskou plaatste haar over naar de Verenigde Staten vanwaar ze na korte tijd, illegaal, naar Mexico werd teruggestuurd. Daar was weer een linkse regering aan de macht, die de grenzen wijd open had gezet voor Spaanse vluchtelingen. Maar ook tal van opgejaagde trotskisten hadden er een toevlucht gevonden, om te beginnen Trotski zelf, die er met open armen was ontvangen door het echtpaar Rivera-Kahlo, een hartelijkheid die snel bekoelde toen hij wat te intiem werd met Frida. De Komintern wou beletten dat al die vluchtelingen onder trotskistische invloed zouden komen, zodat ze besloot om er de lokale Komintern- en IRH-cellen te versterken. Wie konden ze beter sturen dan mensen met Spanje-ervaring die ook in Mexico de weg al kenden, Tina en ?Carlos Contreras? ?

Tina, 43 geworden, scheen na de nederlaag in Spanje en de kennelijk steeds lastiger relatie met de ondertussen ook al overspelige Vidali, discreter dan ooit, vaak zelfs depressief. Vreugdevolle momenten werden zeldzamer. Vrienden kregen de indruk dat ze zelfs haar libertijnse bestaan van vroeger betreurde. Ze leefde arm in Mexico, in een appartementje dat zo klein was dat Vidali zei dat er slechts plaats was ?voor Sneeuwwitje en één dwerg.? Daar kwam nog het Sovjet-Duits-niet-aanvalspact bij, het uitbreken van de Tweede Wereldoorlog, plus de gevaarlijke paranoia van Moskou die overal spionnen en verraders zag en uiteindelijk ook Tina en Vidali begon te verdenken. Tot aan haar plotse dood zou Tina niet vaak meer uit dat appartementje komen, waar ze alleen zat te schrijven en te vertalen, altijd maar weer en ondanks alles, voor de Goede Zaak.

In de zomer van 1940 was de jonge Amerikaanse fotograaf John Condax haar komen opzoeken. Hij was goed uitgerust, onder meer met een Graflex en een paar Leica’s. Hij stelde haar voor om ze eens uit te proberen. Ze antwoordde slechts : ?Nee, ik fotografeer niet meer.? Of toch. Wat later kwam een jonge Spaanse vluchtelinge bij haar langs, Eladia de los Ríos, die ze zowat als haar dochter beschouwde (ze wist al vroeg dat ze zelf nooit kinderen zou hebben). Haar zus Yolanda was toen net uit New York op bezoek en had een fototoestel bij. Tina zette Eladia een strohoed op het hoofd en liet haar poseren, een beetje zus, een beetje zo. Maar kort daarop werd Vidali opgepakt, in verband met de moord op Trotski. Uit angst dat ze ook zou worden gearresteerd, vernietigde Tina in paniek alles wat maar enigszins belastend kon zijn. Ook die zeldzame foto’s die ze nog had gemaakt van Eladia, zowel de negatieven als de afdrukken.

Marc Reynebeau

Christiane Barckhausen, ?Auf den Spuren von Tina Modotti?, Agimos, Kiel, 1996, 445 blz., ca. 800 fr. (bewerking van : ?Tina Modotti. Wahrheit und Legende einer umstrittenen Frau?, Neues Leben, Berlijn, 1989).Christiane Barckhausen, ?Tina Modotti. Leben, Werk, Schriften?, Agimos, Kiel, 1996, 110 blz., ca. 600 fr.Margaret Hooks, ?Tina Modotti. Photographer and revolutionary?, Pandora, Londen, 1993, X-277 blz., ca. 1250 fr.Mildred Constantine, ?Tina Modotti. A fragile life?, Bloomsbury, Londen, 1993, 199 blz., ca. 850 fr.Pino Cacucci, ?Tina Modotti. Ein brüchiges Leben in Zeiten absoluter Gewißheiten?, Neue Kritik, Frankfurt, 1989, 196 blz., ca. 550 fr. (vertaald uit het Italiaans).Reinhard Schulz (red.), ?Tina Modotti. Photographien & Dokumente?, Sozialarchiv, Berlijn, z.d., 112 blz., ca. 500 fr.Attilio Colombo, ?I grandi fotografi Tina Modotti?, Fabbri, Milaan, 1983, 63 blz.

Telegraafleidingen (1924) : Tina maakte van haar foto’s abstracte composities.

Tina Modotti en Diego Rivera bij de wedersamenstelling van de moord op Mella : niets dan kwalijke geruchten.

Tina op de azotea (1924) : emancipatie was voor Tina geen ijdel woord.

Gitaar, patronengordel, sikkel (1927) : de esthetiek van de propaganda viel Tina tegen.

De boerenvakbond vergadert (1928) : het ware leven, zoals het zich objectief toont.

Tina Modotti, wellicht in 1930 : nooit keerde ze nog naar Italië terug.

Reageren op dit artikel kan u door een e-mail te sturen naar lezersbrieven@knack.be. Uw reactie wordt dan mogelijk meegenomen in het volgende nummer.

Partner Content