Bij een aardbeving en een tsunami op het Indonesische eiland Sulawesi zijn minstens 800 mensen omgekomen, al wordt er gevreesd dat er nog duizenden onder het puin liggen. De ravage rond de Baiturrahman-moskee (foto) in de stad Palu toont hoe groot de schade wel is.
De aardbeving had een kracht van 7,5 op de schaal van Richter. Vervolgens werd er een tsunami-alarm afgekondigd, maar de bevoegde dienst trok het na een uur weer in. Volgens de dienst registreerden de sensoren in zee een waterstijging van nauwelijks enkele centimeters. Een paar uur later sloegen er golven van zes meter hoog over het eiland. Vooral Palu, met meer dan 300.000 inwoners, werd zwaar getroffen.
Omdat de bevoorrading niet op gang komt, dreigt er een voedseltekort, wat het risico van epidemies vergroot. Daarom heeft de overheid aan de bevolking de toestemming gegeven om winkels te plunderen.
